What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Oefentoets H2 § 1 + 2 VersieRemco
Oefentoets H2 § 1 + 2
1 / 22
next
Slide 1:
Slide
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
This lesson contains
22 slides
, with
interactive quizzes
and
text slide
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Oefentoets H2 § 1 + 2
Slide 1 - Slide
Wat zijn endogene krachten?
A
Krachten van binnenuit de aarde
B
Krachten van buiten de aarde
Slide 2 - Quiz
Een v-dal ontstaat door..
A
de uitschurende werking van een Gletsjer.
B
de divergente plaatbeweging tussen twee bergen.
C
de uitschurende werking van een rivier.
D
de uitschurende werking van regen in een dal.
Slide 3 - Quiz
Eindmorenen
Firnbekken
Gletsjermeer
U-dal
Waterval
Zijmorenen
Slide 4 - Drag question
Door welke twee platen zijn de Alpen ontstaan?
A
Pacifische- en Euraziatische plaat
B
Egeïsche- en Afrikaanse plaat
C
Afrikaanse- en Pacifische plaat
D
Afrikaanse- en Euraziatische plaat
Slide 5 - Quiz
Glaciaal is:
A
een warme periode waarin zich op het land uitgestrekte oerwouden vormen.
B
een koude periode waarin zich op het land uitgestrekte heuvellandschappen vormen.
C
een koude periode waarin zich op het land uitgestrekte ijskappen vormen.
D
een warme periode waarin zich op het land hoge bergen vormen.
Slide 6 - Quiz
Wat betekend erosie?
A
Het uiteenvallen van gesteente onder invloed van weer en plantengroei
B
Het uitschuren en afschuren van hard gesteente door met verweringsmateriaal geladen water, ijs of wind.
C
Afzetting van materiaal dat is meegenomen door water, wind of ijs.
Slide 7 - Quiz
Koude pleriode waarin de gemiddelde tempertatuur op aarde een paar graden daalde. Er smelt minder sneeuw dan er valt.
Verpulverd materiaal dat een gletsjer voor zich uitschuift.
Gletjserpuin aan de zijkant van een ijsberg
Warmere periode tussen twee ijstijden
Het sediment dat achterblijft als een gletster smelt.
interglaciaal
ijstijden/glaciaal
Eindmorene
Grondmorene
zijmorene
Slide 8 - Drag question
Wat betekend verwering?
A
Het uiteenvallen van gesteente onder invloed van weer en plantengroei
B
Het uitschuren en afschuren van hard gesteente door met verweringsmateriaal geladen water, ijs of wind.
C
Afzetting van materiaal dat is meegenomen door water, wind of ijs.
Slide 9 - Quiz
Een oud gebergte heeft stijle hellingen.
A
Goed
B
Fout
Slide 10 - Quiz
Een heuvelland heeft toppen tussen de 200m en 500m
A
Goed
B
Fout
Slide 11 - Quiz
Een voorbeeld van chemische verwering is zure regen op kalk gesteente
A
Goed
B
Fout
Slide 12 - Quiz
Een jong gebergte herken je aan...
A
de stijle hellingen en de diepe dalen.
B
de stijle hellingen
C
afgeronde toppen en diepe dalen
D
afgeronde toppen en ondiepe dalen
Slide 13 - Quiz
Er loopt water in een steen, wanneer dit bevriest scheurt de steen. Dit is een voorbeeld van:
A
Mechanische verwering
B
Chemische verwering
C
Karst
D
Erosie
Slide 14 - Quiz
Firn is:
A
Gladde, overjarige en ijsachtige sneeuw
B
Gladde, overjarige en ijskoud water
C
Korrelige, nieuwjarige en ijsachtige sneeuw
D
Korrelige, overjarige en ijsachtige sneeuw
Slide 15 - Quiz
Morenen bij een gletsjer ontstaan door
A
Erosie
B
Sedimentatie
C
Chemische verwering
D
Mechanische verwering
Slide 16 - Quiz
Een Grondmorene is:
A
Gletsjerpuin aan de zijkant van een gletsjer.
B
Sediment dat onder het ijs ligt
C
Verpulverd materiaal dat een gletsjer voorzich uit heeft geschoven.
Slide 17 - Quiz
Het land dat in het westen aan Zwitserland grenst is:
A
Oostenrijk
B
Duitsland
C
Frankrijk
D
Slowakije
Slide 18 - Quiz
Wat is het verschil tussen verwering en erosie?
A
Verwering is wanneer gesteente verbrokkelt door het weer en plantengroei.
B
Erosie is wanneer gesteente wordt afgebroken en verplaatst door natuurlijke krachten.
C
Verwering is wanneer gesteente wordt afgebroken en verplaatst door natuurlijke krachten.
D
Erosie is wanneer gesteente verbrokkelt door het weer en plantengroei.
Slide 19 - Quiz
Wat is sedimentatie?
A
Het proces waarbij gesteente wordt afgebroken en verplaatst door natuurlijke krachten.
B
Het proces waarbij gesteente verbrokkelt door het weer en plantengroei.
C
Het proces waarbij lagen rotsdeeltjes zich ophopen
D
Het proces waarbij gesteente wordt samengedrukt en aan elkaar geplakt.
Slide 20 - Quiz
Hoe ontstaan oude gebergten?
A
Door verwering en erosie
B
Door plaatbewegingen en convectiestromen
C
Door het afkoelen van oude lithosfeer
D
Door het opwarmen en opstijgen van de warme lucht
Slide 21 - Quiz
Wat zijn morenen?
A
Afgezette gletsjerpuin dat een soort landschap vormt
B
Gesteente dat wordt meegenomen door gletsjers en aan de onderkant en zijkant wordt afgezet
C
Gebieden met steile hellingen, spitse bergtoppen en diepe dalen
D
Gesteente dat onder invloed van weer en plantengroei uiteenvalt
Slide 22 - Quiz
More lessons like this
Oefentoets H2 § 1 + 2
8 days ago
- Lesson with
39 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Oefentoets H2 § 1 + 2
10 days ago
- Lesson with
39 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
H2§2
October 2023
- Lesson with
49 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Paragraaf 2.2: Rivieren van ijs
November 2023
- Lesson with
47 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 2
2.2 Rivieren van ijs
30 days ago
- Lesson with
35 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 2
2.2 Rivieren van ijs
September 2023
- Lesson with
25 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
2.2 Rivieren van ijs deel 1
November 2024
- Lesson with
34 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
§2.2: Rivieren van ijs
October 2023
- Lesson with
41 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 2