H4E - les 27/2 Argumentatiestructuren

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Welkom H4E

Boeken, laptop/schrijfmateriaal op tafel.

Leerdoelen

• We kennen de drie argumentatiestructuren
• We kennen de twee soorten nevenschikkende argumentatei
• We weten  wat verzwegen argumenten zijn en hoe we die herkennen

Argumentatiestructuren

We hebben filmpje gezien

Argumentatiestructuren

Argumentatiestructuren

Welke drie structuren zijn er?

Hoe herken je de structuren in de praktijk?

Argumentatiestructuren

Welke drie structuren zijn er?

Hoe vind je de structuur?

Altijd m.b.v. de formule:

Ik vind X, want Y

Argumentatiestructuren

Enkelvoudig

Nevenschikkend

Onderschikkend

Argumentatiestructuren

Enkelvoudig 

Nevenschikkend

• afhankelijk
• onafhankelijk

Onderschikkend

Argumentatiestructuren

Nevenschikkend

• afhankelijk
  
• onafhankelijk

Onderschikkend

• verzwegen argument

argumentatiestructuren

Argumenten kunnen op verschillende manieren het standpunt ondersteunen. Er zijn vier basisstructuren van argumentatie:

1 enkelvoudige argumentatie

2 onderschikkende argumentatie

3 nevenschikkende argumentatie met onafhankelijke argumenten

4 nevenschikkende argumentatie met afhankelijke argumenten

Bij enkelvoudige argumentatie onderbouw je je standpunt met één argument.

 HET WAS EEN LEUKE LES 

⇑

DE DOCENT WAS IN EEN GOEDE BUI

Bij onderschikkende argumentatie ondersteunt een argument een ander argument.

nevenschikkende argumentatie met onafhankelijke argumenten

Bij nevenschikkende argumentatie gebruik je meer dan één argument. 

Bij onafhankelijke argumenten staat ieder argument los van het andere Deze vorm van argumentatie is de sterkste argumentatiestructuur.

nevenschikkende argumentatie met onafhankelijke argumenten

 nevenschikkende argumentatie met afhankelijke argumentatie

Bij nevenschikkende argumentatie met afhankelijke argumentatie kan het ene argument niet zonder het andere argument: ze zijn van elkaar afhankelijk.

 nevenschikkende argumentatie met afhankelijke argumentatie

Ik ga niet studeren in Leiden.

Mijn broer woont daar en ik wil niet in dezelfde stad wonen als mijn broer.

nevenschikkende argumentatie met onafhankelijke argumenten

Bij onafhankelijke argumenten staat ieder argument los van het andere Deze vorm van argumentatie is de sterkste argumentatiestructuur.

Waarom is dit een onafhankelijke structuur sterker dan een afhankelijke?

Een onderschikkende argumentatie bestaat altijd maar uit één argument bij het standpunt.

1. Juist
2. Onjuist

Een onderschikkende argumentatie bestaat altijd maar uit één argument bij het standpunt.

1. Juist
2. Onjuist

Het Johan de Witt College is een goede school. De leerlingen kunnen zich goed ontwikkelen.

1. enkelvoudige argumentatie
2. nevenschikkende onafhankelijke argumentatie
3. onderschikkende argumentatie
4. nevenschikkende afhankelijke argumentatie

Hij is geschikt voor deze baan als filiaalhouder, want hij heeft al veel ervaring op dit gebied. Hij werkte hiervoor immers in dezelfde functie bij een MacDonald's.

1. enkelvoudige argumentatie
2. nevenschikkende onafhankelijke argumentatie
3. onderschikkende argumentatie
4. nevenschikkende afhankelijke argumentatie

Het Johan de Witt College is een goede school. Het zit in een mooi gebouw en de leerlingen kunnen zich ontwikkelen.

1. enkelvoudige argumentatie
2. nevenschikkende onafhankelijke argumentatie
3. onderschikkende argumentatie
4. nevenschikkende afhankelijke argumentatie

Het Johan de Witt College is voor leerlingen van alle leeftijden een goede school. In de bovenbouw hangt een goede sfeer en in de onderbouw voelt iedereen zich veilig.

1. enkelvoudige argumentatie
2. nevenschikkende onafhankelijke argumentatie
3. onderschikkende argumentatie
4. nevenschikkende afhankelijke argumentatie

Argumentatiestructuren

Tot zover de structuren.

Nevenschikkend

afhankelijk

onafhankelijk

Argumentatiestructuren

Nu nog iets lastigs!

Onderschikkend

• verzwegen argument

Verzwegen argument vinden

Als (argument), dan (standpunt)

Wat is het verzwegen argument?
'Hij zorgt goed voor zichzelf, want hij doucht elke dag.'

1. Als je elke dag doucht, dan zorg je goed voor jezelf.
2. Als je goed voor jezelf zorgt, dan douch je elke dag.
3. Als je niet goed voor jezelf zorgt, dan douch je niet elke dag.
4. Iedereen die elke dag doucht, zorgt goed voor zichzelf.

Wat is het verzwegen argument?
'Hij is een waardeloos politicus, want hij komt nooit na wat hij gezegd heeft.'

1. Als je een waardeloos politicus bent, dan kom je nooit na wat je zegt.
2. Als je niet nakomt wat je zegt, ben je een waardeloos politicus.
3. Als je niet nakomt wat je zegt, dan ben je waardeloos.
4. Als je waardeloos bent, dan kom je niet na wat je zegt.

Wat is het verzwegen argument?
'Ik vond het een gemakkelijke toets; we wisten alle antwoorden al.'

1. Toetsen zijn gemakkelijk als je alle antwoorden weet.
2. Als het een makkelijke toets is, dan weet je alle antwoorden.
3. Als je de antwoorden niet weet, dan is het een moeilijke toets.
4. Als je alle antwoorden al weet, dan is het een gemakkelijke toets.

Opdracht 1

Bedenk zelf een redenering waarbij je een argument verzwijgt.

Expliciteer daarna het verzwegen argument!

Even in tweetallen.

Opdracht 2A

Maak een argumentatie die in onderstaand schema past.

Werk in tweetallen.

Opdracht 2B

Maak een argumentatie die in onderstaand schema past.

Werk in tweetallen.

Zet daarna de stelling en de argumenten los onder elkaar.

Opdracht 2C

Lever de argumenten en stelling in.

Daarna verdeel ik ze weer over de groep.

Plaats de argumenten op de juiste plaats.

Zelf aan het werk

Maak de opdrachten van blz 98-101 van het oefenboek.