This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Ik kan figuurlijk taalgebruik herkennen en begrijpen.
Ik kan de betekenis van onbekende uitdrukkingen opzoeken in het woordenboek of op internet.
Ik weet de betekenis van alle woorden en uitdrukkingen van woordenschat H2.
Dit vertelt precies wat er gebeurd is, er zit geen andere betekenis achter
Bijvoorbeeld: tegen de lamp lopen --> je bent écht tegen de lamp aangelopen
Dit heeft een andere betekenis dan dat er staat.
'Tegen de lamp lopen' kan in dit geval ook betekenen: je deed iets stiekem en bent nu gesnapt