Mens en gezondheid 2: Gezonde voeding, de schijf van vijf en tafeldekken

• Zorg en Welzijn
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1

Gezonde voeding:

De schijf van vijf en tafeldekken

Wat je gaat leren

- Waarom je gezond moet eten

- Wat de schijf van vijf is

- Welke productgroepen er zijn in de schijf van vijf

- Welke producten in die productgroepen zitten

- Hoe je een tafel moet dekken

Gezonde voeding

Waarschijnlijk weet je wel dat het belangrijk is om gezond te eten.

Maar weet je ook waarom?

En weet je wat gezond eten nu eigenlijk is?

Dat leer je in deze les.

Wat weet je al?

Gezonde voeding

Voor je meer gaat leren over gezonde voeding ga je eerst bedenken wat je daar al allemaal weet.

Waar denk je aan bij gezonde voeding.

Vul het woordweb in op de volgende dia.  

Bedenk zoveel mogelijk woorden die met gezonde voeding te maken hebben.

Wat weet je over...

Gezonde voeding

Wat weet jij over gezonde voeding?

Schrijf in 1 minuut alles op waarvan jij denkt dat bij dit onderwerp past. 

Hoe weet je of je gezond eet?

Als je gezond eet krijg je alles binnen wat je nodig hebt. 

Maar hoe weet je of je gezond eet?

Het Voedingscentrum heeft daar een hulpmiddel voor gemaakt: de schijf van vijf.

Als je volgens de schijf van vijf eet, dan eet je gezond.

De schijf van vijf

De schijf van vijf heeft 5 verschillende vakken.

In elk vak staan gezonde voedingsmiddelen, waaruit je kan kiezen.

Kies elke dag genoeg uit elk vak en zorg voor afwisseling.

Dan krijgt je lichaam alles wat het nodig heeft om gezond en fit te blijven.

Waarom is het goed om volgens de Schijf van vijf te eten?

Waarom is het goed om volgens de Schijf van vijf te eten?

Waarom is het goed om volgens de schijf van vijf te eten?

Waarom denk jij dat het belangrijk is om niet elke dag hetzelfde te eten?

Wat moet je drinken als je beter voor de aarde wilt zijn.

1. Ranja
2. Sap
3. Kraanwater
4. Koffie

Wat moet je drinken als je beter voor de aarde wilt zijn.

1. siroop
2. sap
3. kraanwater
4. koffie

Minder vlees eten is beter voor het milieu. Eet jij wel eens een dag géén vlees?

1. ja
2. nee

Het groene vak

In het groene vak zitten groente en fruit. 

Hierin zitten veel goede stoffen.

Zorg dat je iedere dag 250 gram groente en 2 stukd fruit eet. Varieer volop, geef kleur aan je eten.

Vind je het moeilijk om genoeg groete en fruit te eten? Denk dan eens aan plakjes komkommer, appel of banaan op je brood. Of snoeptomaatjes bij de lunch of stukjes fruit in je yoghurt.

Hoeveel groente moet je per dag eten?

Hoeveel fruit moet je per dag eten?

Het oranje vak

In het oranje vak zitten brood, aardappelen, rijst en graanproducten. 

Kies volkoren producten: zoals volkorenbrood, volkorenpasta, volkoren ontbijtgranen  en zilvervlies rijst. 

Hierin zitten veel vezels en vitamines.

Vezels zorgen er voor dat je darmen goed blijven werken en dat je minder snel weer honger hebt.

Als je volkorenbrood eet wordt je minder snel te zwaar dan wanneer je wit brood eet.
Leg uit hoe dat komt.

Het roze vak

In het roze vak zitten vlees, vis, peulvruchten, ei, noten en zuivel.

Het is goed om met deze voedingsmiddelen veel te variëren. In ieder product zitten andere voedingsstoffen.

Eet minimaal 1x per week (vette) vis.

Kies magere vlees soorten.

Kies hallfvolle of magere zuivelproducten zonder suiker.

Eet 1 handje ongezoute noten per dag.

Waarom kun je beter halfvolle of magere zuivelproducten nemen?

Het gele vak

In het gele vak zitten alle vetten om te smeren of te bereiden. Zoals: margarine, halvarine, olie, bak- en braadproducten en frituurvet.

Kies voor zacht of vloeibare soorten. Daarin zitten vetten die goed zijn voor je hart en bloedvaten.

Welk soort vet of olie gebruiken jullie thuis om de warme maaltijd in te bereiden?

Het blauwe vak

In het blauwe vak zitten dranken.

Je lichaam bestaat voor onggeveer 60% uit water. Door te ademen, te zweten en te plassen verlies je water.

Drink voldoende: ongeveer 1,5 liter per dag.

Kies dranken zonder suiker zoals water, thee en koffie.

Ook melk telt mee als drinken (al zit dat in het roze vak).

 

Hoe verliest je lichaam water?

Hoe zorg je er voor dat dit weer wordt aangevuld?

De schijf van 5

Je hebt het werkblad over de productgroepen nodig.

Kijk in de map of vraag hem aan de docent. 

Op dit werkblad staan tekeningen van producten. 

Bedenk in welk vak van de schijf van vijf een product hoort. Kleur het producten de kleur van het vak waar het in hoort.

Het werkblad moet je inleveren bij de docent als je klaar bent.

Maak een foto van je werkblad en upload het hier.

Eet jij weleens groente of fruit bij je ontbijt?

1. altijd
2. soms
3. nooit

Eet jij weleens groente of fruit bij de lunch?

1. altijd
2. soms
3. nooit

Eet jij weleens groente of fruit bij je avond eten?

1. altijd
2. soms
3. nooit

Eet jij weleens groente of fruit als tussendoortje?

1. altijd
2. soms
3. nooit

Denk jij dat je genoeg groente en fruit eet op een dag?

Wat staat niet in de schijf van vijf

• Tussendoortjes zoals: snacks, chips, snoep en frisdrank
• minder gezonde voedingsmiddelen zoals: appelmoes en vruchtensap, wit brood en witte rijst, rookworst, roomboter, frisdrank of thee met suiker. 

Je kunt deze voedingsmiddelen af en toe eten, maar niet te vaak.

Maak een schijf van 5 

Maak nu zelf een schijf van vijf.

Let op de vakken zijn niet even groot.

Knip producten uit reclamefolders en plak ze op bij de juiste productgroep.

Je moet minimaal 3 producten per vak zoeken.

tafeldekken

Je kan een tafel dekken voor het ontbijt, de lunch of het avondeten.

Eten aan een gedekte tafel is gezellig en fijn.

Er zijn afspraken over hoe je een tafel moet dekken. Dit noem je etiquette.

Hoe dek je een tafel?

- Maak de tafel leeg.

- Leg een tafelkleed of placemats op de lege tafel.

- Zet een bord op de tafel bij de zitplaats van de cliënt.

- Als er soep op het menu staat, ook een soepkom of soepbord.

- Leg aan de rechterkant van het bord het mes en de soeplepel.

- Leg de vork aan de linkerkant.

- Leg boven het bord een klein lepeltje voor het toetje.

- Leg een servet links naast de vork.

- Zet onderzetters neer voor de warme schalen en pannen.

- Leg daartussen een opscheplepel en een juslepel.

- zet een glaasje water bij het bord.

De kinderen in het filmpje doen 1 ding anders dan jij net geleerd hebt.
Wat is dat?

Aan welke kant van het bord leg je de vork neer?

1. links
2. rechts
3. boven
4. onder

Aan welke kant van het bord leg je het mes neer?

1. links
2. rechts
3. boven
4. onder

Aan welke kant van het bord leg je de soeplepel neer?

1. links
2. rechts
3. boven
4. onder

Aan welke kant van het bordleg je het lepeltje voor het toetje neer?

1. links
2. rechts
3. boven
4. onder

Aan welke kant van het bord leg je het servet neer?

1. links
2. rechts
3. boven
4. onder

Waarom dek je de tafel?

De tafel dekken 

Opdracht:

Je gaat nu zelf een tafel dekken voor 4 personen.

Het is voor een broodmaaltijd.

Op het menu staat ook soep.

Bedenk wat je nodig hebt en verzamel alle materialen voordat je begint. 

Wacht nog even met opruimen totdat je de volgende opdracht ook gedaan hebt.

Servet vouwen

Opdracht:

Je gaat een servet in een waaier vouwen.

Volg de stappen op het filmpje van de vorige dia.

Zet het gevouwen servetten op de gedekte tafel.

Vraag aan de docent of die de gedekte tafel wil controleren.

Ruim daarna alles weer op.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen

Extra lesstof

Ben je snel klaar......

Wil je meer meer weten over dit onderwerp......

Dan volgen er nu een aantal dia's met extra lesstof.

De volgorde waarin je ze doet mag je zelf bepalen.

nog meer servetten vouwen

Je kunt op een heleboel verschillende manieren servetten vouwen.

Je weet nu al hoe je een waaier kunt maken.

Opdracht:

Bekijk her filmpje op de volgende dia. 

Kies 1 of meer manieren hoe je een servet kan vouwen en doe te stappen na.