Het is duidelijk van wie de bal is: van Giliam. Toch leest de zin niet prettig. In een zin waar een bezit in staat, gebruik je een verwijswoord.
Giliam speelt met zijn voetbal.
Slide 5 - Slide
Bezittelijke voornaamwoorden
Bezittelijke voornaamwoorden staan altijd vóór het bezit waar het bij hoort: haar moeder; onze vrienden; dit is mijn vulpen. Het verwijswoord past meestal bij het onderwerp van de zin.
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Welke bezittelijke voornaamwoord mist?
Als jullie op dit formulier … nummers achterlaten, worden jullie toegevoegd aan de groep.
Slide 8 - Slide
Waarnaar verwijst het bezit 'ons'?
We hebben met ons elftal een weddenschap staan over wie topscoorder wordt.
Slide 9 - Slide
Welk bezittelijk voornaamwoord mist?
Dilara en Imre zijn blij dat … vrienden het ook met elkaar kunnen vinden.
Slide 10 - Slide
Waarnaar verwijst het bezit 'hun'?
Khalid en Joost spelen een fantastische wedstrijd en bezorgen hun team zo de winst.
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Aan de slag op blz. 218
- Maak opdracht 1 t/m 5.
- Kijk je werk na.
- Klaar? Even lezen, tekenen, puzzelen of verder online oefenen.