het gaat om winst

• Economie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Herhaling hoofdstuk 6

Wat is een voorbeeld van vaste kosten

1. inkoopkosten
2. huur

Veranderen de vaste kosten als je meer produceert?

1. ja
2. Nee

Wat is een voorbeeld van een maatschappelijke opbrengst?

1. milieuschade
2. stress
3. meer werkgelegenheid

Er zijn 4 productiefactoren, welke is geen productiefactor?

1. Natuur
2. Werk
3. Arbeid
4. Kapitaal

5) Maak de volgende zin af: De .....prijs komt tot stand als vraag en aanbod aan elkaar gelijk zijn.

1. consumenten
2. verkoop
3. productie
4. evenwicht

De consumentenprijs is € 25,86. BTW is 21% BTW. Wat is het BTW bedrag?

1. € 4,49
2. € 5,43
3. € 4,75

Variabele kosten zijn:

1. kosten die afhankelijk zijn
2. kosten die onafhankelijk zijn
3. geen van bovenstaande twee beweringen is juist

De consumentenprijs is exclusief btw

1. Juist
2. Onjuist

Welk bedrijf heeft het grootste marktaandeel?

1. Apple
2. LG
3. Huawei
4. Samsung

Bereken het marktaandeel van Samsung

Samsung	30000
Apple	75000
LG	10000
Huawei	25000
Overig	5000

1. 25,3%
2. 21,4%
3. 19,5%
4. 20,7%

Wat is toegevoegde waarde?

1. Alle productiefactoren samen.
2. Alle beloningen van de productiefactoren samen.
3. Alle bedrijven van de productiefactoren samen.
4. Alle aantallen van de productiefactoren samen.

Bedrijven streven naar een hoge arbeidsproductiviteit. De arbeidsproductiviteit kan toenemen door:

1. scholing
2. prestatieloon
3. verbeteren van arbeidsomstandigheden
4. Alle antwoorden zijn goed,

De ouders van Samantha zoeken op internet naar een niet al te dure woning. Is hier sprake van vraag of aanbod?

1. Vraag op de woningmarkt
2. Aanbod op de woningmarkt
3. Op de woningmarkt is geen vraag en aanbod

Omzet: € 12.600
Inkoopwaarde: € 6.500
Bedrijfskosten: € 2.800

Wat is het nettoresultaat?

1. € 6.100
2. € 2.800
3. € 9.800
4. € 3.300

Welk van de volgende markten is een voorbeeld van een abstracte markt?

1. zuivelmarkt in nederland
2. bloemenmarkt op zaterdag
3. kaasmarkt in alkmaar
4. rommelmarkt in de sporthal

De inkoopprijs is € 40. De brutowinstopslag is 150%. De BTW is 21%. De verkoopprijs is...

1. € 60
2. € 100
3. € 121
4. € 72,60

Wat zijn maatschappelijke kosten?

1. Die betaal je als je een auto koopt.
2. Een ander woord voor rente.
3. Kosten om afvalwater te verwijderen.
4. Een ander woord voor recycling.

planning

Terugblik.

Toets vragen 

Opdracht

Vragen 

Afsluiten