Opletten met organisatieniveaus
Geef antwoord op hetzelfde organisatieniveau waarop de vraag gesteld wordt (molecuul, cel, orgaan, organisme, populatie, soort):
- Een soort en een populatie zijn niet hetzelfde. Bijvoorbeeld: biodiversiteit gaat over meerdere soorten, niet over meerdere populaties.
- Een molecuul en een cel zijn niet hetzelfde. Bijvoorbeeld: cellen kunnen zich delen, moleculen niet.
- Een cel en een weefsel zijn niet hetzelfde. Bijvoorbeeld: tumor bestaat uit cellen in een weefsel, tumor ontstaat niet in een cel.
- DNA is een molecuul, een chromosoom is een DNA molecuul, een gen is een stukje op een chromosoom (en dus geen heel molecuul), een nucleotide is een bouwsteen van DNA (een gen bestaat uit duizenden nucleotiden).