Dichtheid - les 1

Lesplanning
  1. Uitleg drijven, zinken en zweven
  2. Maken opgave 3, 6 en 9
  3. Uitleg dichtheid berekenen
  4. Maken opgave 4, 7, 8 en 12
Zinken, zweven 
en drijven
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Lesplanning
  1. Uitleg drijven, zinken en zweven
  2. Maken opgave 3, 6 en 9
  3. Uitleg dichtheid berekenen
  4. Maken opgave 4, 7, 8 en 12
Zinken, zweven 
en drijven

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesdoel
Aan het einde van de les
kan je ...
  • rekenen met de formule van dichtheid;
  • de eenheid van dichtheid omrekenen.
Zinken, zweven 
en drijven

Slide 2 - Slide

Groep op school inzage toets

Slide 3 - Video

This item has no instructions

Dichtheid berekenen
Piepschuim letter
m = 30 kg 
V = 20 dm³

Spijker
m = 5 gram 
V= 0,64 cm³

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

De formule van dichtheid
dichtheid=volumemassa
ρ(cm3g)=V(cm3)m(g)

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Massa berekenen
ρ = 23 g/cm³
V = 200 cm³ 
m = ... g

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Volume berekenen
ρ = 12 g/cm³
m = 132 g
V = ... cm³

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Waarom blijf je drijven in
de dode zee?

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

Drijven, zweven 
en 
zinken

demo

Slide 9 - Slide

Zout water/zoet water. Verschillende plastic soorten mogelijk?

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag
§7.1 opgave 3, 6 en 9
klaar ga verder met opgave 4, 7, 8 en 12
timer
5:00

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Een gouden ketting heeft een massa van 35 g. De dichtheid van goud is
19,3 g/cm³. Bereken het volume.
A
35 : 19,3 = 1,8 cm³
B
19,3 : 35 = 0,55 cm³
C
35 x 19,3 = 675,5 cm³

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

De dichtheid = 2,5 g/cm³.
Het volume = 4 cm³.
Bereken de massa.
A
4 : 2,5 = 1,6 g
B
2,5 : 4 = 0,625 g
C
2,5 x 4 = 10 g

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

540 mg = ... g
A
540 000 g
B
54 g
C
5400 g
D
0,54 g

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

1 L = ... dm³
A
0,1 dm³
B
1 dm³
C
10 dm³
D
100 dm³

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

500 ml = ... cm³
A
50
B
0,5
C
500
D
5000

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

530 cm³ = ... dm³
A
0,53 dm³
B
5,3 dm³
C
53 dm³
D
5300 dm³

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

2,0 L = ... cm³
A
20 cm³
B
200 cm³
C
2000 cm³
D
0,20 cm³

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Dichtheid omrekenen:
10 g/cm³ = .... g/dm³
A
10 000
B
1000
C
0,01
D
0,001

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Dichtheid omrekenen
10 g/cm³ = 10 000 g/dm³

6754 kg/m³ = ...................... kg/dm³ 

23 g/dm³ = ........................... g/cm³ 

1000 g / cm³ = ..................... kg/cm³ 



Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag
§7.1 opgave 3, 4, 6 t/m 9 en 12

Slide 21 - Slide

This item has no instructions