6.4 - Is het eerlijk verdeeld?

• Economie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

Terugblik 6.1 + 6.2 + 6.3

De economische groei daalt. Welk begrip hoort hierbij?

1. Economische groei
2. Economische crisis
3. Recessie
4. Het BBP daalt

Wat is onjuist?

1. Als het BBP stijgt dan stijgt de economie.
2. De economie wordt gestimuleerd als de overheid minimumprijzen instelt.
3. Als de bestedingen dalen dan daalt de economie.
4. Als de economie krimpt dan moet de overheid meer uitkeringen betalen.

Belasting betalen over vermogen. In welke box gebeurt dit?

1. Box 1
2. Box 2
3. Box 3
4. Box 4

In welke box komt het schijventarief voor?

1. Box 1
2. Box 2
3. Box 3
4. Box 4

Het EWF zorgt ervoor dat mensen meer belasting moeten betalen.
Is deze bewering juist?

1. Juist
2. Onjuist

Wat is géén aftrekpost?

1. spaargeld
2. Studiekosten
3. Reiskosten
4. Dividend

Wat is de juiste definitie van het draagkrachtbeginsel.

1. Hoe meer inkomen, hoe meer belasting.
2. Hoe minder inkomen, hoe meer belasting.
3. Hoe meer inkomen, hoe minder belasting.
4. Hoe meer inkomen, hoe meer koopkracht.

Wat is onjuist over de heffingskorting?

1. Door de heffingskorting hoeven mensen met een lage draagkracht nog minder belasting te betalen.
2. Mensen die een heffingskorting krijgen betalen daardoor minder belasting.
3. Iemand die met pensioen is krijgt vaak een extra heffingskorting.
4. Iemand die 2 of meer succesvolle bedrijven bezit krijgt vaak een extra heffingskorting.

Hoe noem je het belastingtarief waar de percentages oplopen zodra je meer inkomen hebt?

1. Progressief tarief
2. Proportioneel tarief
3. Degressief taried
4. Draagkrachtbeginsel

Deel 2?

In land A is er iemand met een inkomen van €10.000 die €1.000 aan belasting betaalt. Iemand anders heeft in dat zelfde land een inkomen van €15.000 en betaalt €1.500 aan belasting. Van wat voor tarief is hier spraken?

1. Progressief belastingtarief
2. Proportioneel belastingtarief
3. Degressie belastingtarief

In land A is er iemand met een inkomen van €10.000 die €1.000 aan belasting betaalt. Iemand anders heeft in dat zelfde land een inkomen van €15.000 en betaalt €4.000 aan belasting. Van wat voor tarief is hier spraken?

1. Progressief belastingtarief
2. Proportioneel belastingtarief
3. Degressief belastingtarief

In welk land is er spraken van een draagkrachtbeginsel? In een land met een ....

1. Progressief belastingtarief
2. Proportioneel belastingtarief
3. Degressief belastingtarief

Wat is onjuist over het solidariteitsbeginsel?

1. Het solidariteitsbeginsel zorgt voor een eerlijkere verdeling van de wezijn.
2. Het houdt in dat iedereen een stukje van zijn inkomen afstaat aan de armere mensen.
3. Een AOW of WW is een voorbeeld van een solidariteitsbeginsel.
4. De sterkeren helpen de zwakkeren.

€4.000 : €2.000 = 2

€2.200 : €1.200 = 1,83

Stel dat het belastingtarief/percentage in de eerste schijf van de inkomstenbelasting in box 1 wordt verlaagd. Wat voor gevolg heeft dit?

1. Nivellering
2. Denivellering
3. Geen verandering

Stel dat ieders inkomen met 3% stijgt. Wat is het gevolg hiervan?

1. Nivelering
2. Denivellering
3. Geen verandering

In de tweede kamer wordt een voorstel gedaan om de algemene heffingskorting met €100 te verhogen. Wat voor gevolg heeft dit?

1. Nivellerling
2. Denivellering
3. Geen verandering

Stel iemand houdt €800 over na belasting te hebben betaald en iemand anders €1.500.

Nu is er een heffingskorting van €100.

€100 is voor iemand met minder geld veeel meer waard. Er is dus spraken van Nivellering. 

Er is spraken van Nivellering omdat: 

€1.500 : € 800 = 1,875

€1.600 : €900 = 1,778

In welk voorbeeld past de overheid het profijtbeginsel toe?

1. Als je een scooter koopt betaal je btw.
2. Als je gaat studeren dan betaal je collegegeld.
3. Elke maand wordt loonheffing op je inkomen ingehouden.
4. Met een laaginkomen krijg je huurtoeslag.

Vraag 39 samen maken

docs.google.com