Het christendom

Maken:
Opdracht 4 t/m 6.
1 / 22
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Maken:
Opdracht 4 t/m 6.

Slide 1 - Slide

Welk woord hoort bij het geloven in 1 god?
A
Monotheïsme
B
Polytheïsme

Slide 2 - Quiz

2.4: Het christendom ontstaat
Ga op je eigen plek zitten;
Pak je boek, schrift en pen;
Ga naar LessonUp.app;
Log in met je eigen naam.

Slide 3 - Slide

Het christendom heeft 5 kenmerken:

Slide 4 - Slide

1:
  • Geloven in 1 god;

Slide 5 - Slide

Hoe heette het geloven in 1 god?

Slide 6 - Open question

1:
  • Geloven in 1 god;
  • monotheïsme.

Slide 7 - Slide

2:
  • Ze hebben een Bijbel;
  • Heilig boek;
  • Hier staan de verhalen over Jezus in.

Slide 8 - Slide

3:
  • Christenen houden zich aan 10 leefregels;
  • 10 geboden.

Slide 9 - Slide

4:
  • Eeuwig leven na de dood;
  • In de hemel, de hel of het vagevuur terecht komen.

Slide 10 - Slide

5:
  • Komen samen om te bidden in de kerk.

Slide 11 - Slide

2.4: Het christendom ontstaat
Romeinen en het christendom

Lezen blz. 97 + 98

Slide 12 - Slide

  • In het begin had het christendom weinig aanhangers;
  • Het werd verboden.

Slide 13 - Slide

  • Christenen werden vervolgd;
  • Kwamen samen in het geheim.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Wat is GEEN reden dat christenen in het geheim samen kwamen?
A
Ze vereren de Romeinse goden en keizer niet
B
Het was gevaarlijk omdat het christendom verboden was
C
Ze hadden veel aanhangers die niet gezien mochten worden in het begin

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Slide

  • Na de dood was er een beter leven en iedereen was voor God gelijk;
  • Veel armen en slaven  bekeerden zich tot het christendom.

Slide 19 - Slide

Er werden steeds meer mensen christen in het Romeinse rijk.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quiz

  • Keizer Constantijn stond in 313 n. C. het christendom toe;
  • Einde 4e eeuw was christendom de staatsgodsdienst.

Slide 21 - Slide

Maken:
Opdracht 4 t/m 10;
Zelfstandig;
In stilte.

Slide 22 - Slide