Het model bestaat uit de volgende categorieën:
Comfort (troost en bemoediging): De behoefte aan warmte, tederheid en troost van anderen. Vooral wanneer iemand zich alleen, onveilig of angstig voelt.
Identiteit: De behoefte om te weten wie je bent en een goed gevoel te hebben over jezelf. En kunnen doen wat je altijd deed (een gevoel van continuïteit met het verleden).
Gehechtheid: De behoefte om je veilig en geborgen te voelen bij andere mensen. Het gaat erom veilige en vertrouwde relaties te hebben.
Bezig zijn (iets om handen hebben): De behoefte om onderdeel uit te maken van het leven en je nuttig te kunnen voelen.
Erbij horen: De behoefte om onderdeel uit te maken van een groep, van een sociale omgeving en je welkom te voelen.
De kern van het model betreft liefde: de behoefte aan liefdevolle aandacht en respect