H2 - chapitre 6 - het delend lidwoord

H2 le 14 mai 2019
1 / 12
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

H2 le 14 mai 2019

Slide 1 - Slide

Lesdoel: aan het einde van de les...
- weet ik wanneer ik welk delend lidwoord moet gebruiken
- kan ik het delend lidwoord plaatsen in een zin 

Slide 2 - Slide

Le programme:
1. Corriger: ex. 27+28
2. Aantekening bron H
3. Zelfstandig werken

Slide 3 - Slide

Bron I: het delend lidwoord 
Gebruik: 
Als er in het Nederlands géén lidwoord of getal voor het zelfstandig naamwoord staat, krijg je in het Frans een delend lidwoord. 
BV: zij eet vanavond salade  - ce soir, elle mange de la salade. 

Vormen delend lidwoord: 
mannelijk:                   DU
vrouwelijk:                  DE LA
klinker/stomme h:   DE L'
meervoud:                  DES

Slide 4 - Slide

Au marché, j'achète ______ tomates
A
du
B
de la
C
de l'
D
des

Slide 5 - Quiz

Tu prends ______ viande?
A
du
B
de la
C
de l'
D
des

Slide 6 - Quiz

Bron I: het delend lidwoord 
Na een ontkenning / hoeveelheidswoord: DE OF D'
BV: zij eet veel chocolade - elle mange beaucoup de chocolat

Ontkenning: ne...pas, ne...plus, ne...rien, ne...pas encore, ne...jamais 
Hoeveelheidswoord: beaucoup (veel), kilo, litre, un peu 

LET OP: 
- na getallen krijg je in het Frans niets
BV: zij koopt drie bananen - elle achète trois bananes
- na de werkwoorden aimer, adorer, préférer, adorer  --> le, la, l', les
BV: hij heeft liever cola - il préfère le coca 

Slide 7 - Slide

Je bois un litre _____ eau
A
de l'
B
d'
C
l'

Slide 8 - Quiz

Elle adore ________ frites
A
des
B
de
C
les

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Video

Slide 11 - Video

Les devoirs: le 17 mars
Faire: 31+32
Apprendre: vocabulaire E,F,H
+ werkwoord prendre + delend lidwoord 

Slide 12 - Slide