6.1 De straat 2A

6.1
De straat (KB)

Meneer van Mook
1 / 19
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

6.1
De straat (KB)

Meneer van Mook

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

To do
- Leerdoelen Paragraaf 6.1
- Uitleg paragraaf 6.1 
- Zelfstandig aan de slag
            - opdrachten paragraaf 6.1
            - Google Streetview
- Huiswerk paragraaf 6.1 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
  • Ik kan een voorbeeld geven van collectieve voorzieningen.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Collectieve voorzieningen
  • Voor iedereen
  • Geregeld door de overheid

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Dit zijn voorzieningen die voor iedereen bestemd zijn.
Bijvoorbeeld:
  • fietspad
  • dijken
  • scholen 
  • ziekenhuizen
  • parkeertereinen

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Collectieve voorziening


  • Betaald uit belastingen

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Parkeren
Iedereen mag gebruikmaken van de straat en mag zijn auto daar parkeren. 
De straat is een collectieve voorziening. 
De overheid zorgt daarvoor. 
De overheid zorgt voor de aanleg, het onderhoud en het gebruik van deze voorzieningen.

Collectieve voorziening: Voorzieningen voor gezamenlijk gebruik waar de overheid voor zorgt.


Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Hieronder staan vier voorzieningen waarvan Nathalie gebruikmaakt:
 Welke van deze voorzieningen zijn collectieve voorzieningen? Sleep de juiste voorzieningen naar het vak hieronder.

Collectieve voorzieningen
 een basisschool;

 een benzinestation; 

 een marktplein;  

 een sportschool. 

Slide 8 - Drag question

This item has no instructions

Overheid beheert
* de overheid betaald
* de overheid zorgt voor het onderhoud
* de overheid stelt regels

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Hoe betaalt de overheid de aanleg en/of het onderhoud van een collectieve voorziening?
A
Via iDeal
B
Niet, dit is een taak van de rechter.
C
Met smeergeld
D
Belastinggeld

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Aan de slag!
--> Maak paragraaf 6.1 opdracht 1 t/m 6 

--> rustig overleggen mag met de buurman of buurvrouw.

--> Bij te veel onrust, een stilteblok.

Je krijgt tot 5 min voor het einde, SUCCES!



Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Opdracht!
Ga naar google maps
Zoek op Reeshof college en plaats het gele poppetje voor het Reeshofcollege.
Beweeg je zelf richting het station.

Schrijf op het blaadje 5 collectieve voorzieningen die je tegen komt.







Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag!
--> Maak paragraaf 6.1  opdracht 9 t/m 13.

--> rustig overleggen mag met de buurman of buurvrouw.

--> Bij te veel onrust, een stilteblok.

Je krijgt tot 5 min voor het einde, SUCCES!



Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Wel
Niet
Collectieve voorzieningen zijn voor iedereen bedoeld.
De overheid moet met collectieve voorzieningen winst maken.
De brandweer is een voorbeeld van een collectieve voorziening.
Voor collectieve voorzieningen hoef je nooit te betalen.
De supermarkt is een voorbeeld van een collectieve voorziening.

Slide 14 - Drag question

3 goed = 2 punten
2 goed = 1 punt
1 goed = 0 punten
Wat is GEEN collectieve voorziening?
A
Park
B
Basisschool
C
Sportschool
D
Snelweg

Slide 15 - Quiz

Collectieve voorzieningen
Voorzieningen die de overheid betaalt en waar iedereen gebruik van mag maken.
Voor wie zijn de collectieve voorzieningen bestemd?
A
alle burgers
B
ambtenaren
C
rijksoverheid
D
Rijk, Provincie, Gemeente

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Wie betaalt de collectieve voorzieningen?
A
Het bedrijfsleven
B
De overheid

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

De overheid regelt het gebruik en verzorgt het onderhoud van de collectieve voorzieningen
A
dit is juist
B
dit is onjuist

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

De overheid betaalt de collectieve voorzieningen helemaal zelf
A
dit is juist
B
dit is onjuist

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions