Proeftoets Woordenschat 2 - 2HAVO

Proeftoets WS2 - 2havo
Woordenschat h4 t/m 6
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 25 min

Items in this lesson

Proeftoets WS2 - 2havo
Woordenschat h4 t/m 6

Slide 1 - Slide

Wat is het juiste woord?
Een diepgaand gesprek valt er met hem niet te voeren; het gaat altijd over […] en kalfjes.
A
bloemetjes
B
koetjes
C
bokjes
D
kippetjes

Slide 2 - Quiz

Wat is het juiste woord?
Je hoeft niet op stel en […] met het werk te beginnen, want het hoeft pas over een maand klaar te zijn.
A
stapel
B
strand
C
sprong
D
storm

Slide 3 - Quiz

Wat betekent
'twisten'?
A
succes hebben
B
ruziën
C
versieren
D
verhuizen

Slide 4 - Quiz

Gijs vertelde in geuren en kleuren over zijn vakantie.
Hier is sprake van...
A
eindrijm
B
alliteratie

Slide 5 - Quiz

De pracht en praal van dit paleis is overweldigend.
Hier is sprake van...
A
eindrijm
B
alliteratie

Slide 6 - Quiz

Wat betekent het als
je 'aan de grond zit'?
A
dan ben je je baan kwijt
B
dan heb je geen huis meer
C
dan heb je geen geld meer
D
dan hou je van yoga

Slide 7 - Quiz

Wat betekent het als je 'aan het roer staat'?
A
dan ben je de baas
B
dan bak je graag taarten
C
dan roer je graag in de yoghurt
D
dan ben je dronken

Slide 8 - Quiz

Wat betekent het als je 'goed in de markt ligt'?
A
dan doe je vaak boodschappen op de markt
B
dan ben je een goede leider
C
dan ben je goed in economie
D
dan ben je populair

Slide 9 - Quiz

Wat betekent het als iets 'een streep door de rekening is'?
A
dan krijg je een bekeuring
B
dan is het een tegenvaller
C
dan ben je betrapt op spieken
D
dan eet je gratis in een restaurant

Slide 10 - Quiz

Welke uitdrukking past erbij?
Als ik die oliebollen zie, krijg ik enorm veel trek.
A
Ze komen over de brug
B
Dat eet ik tegen heug en meug
C
Het water loopt me in de mond
D
Ze liggen goed in de markt

Slide 11 - Quiz

Wat betekent iemand 'in de boot nemen'?
A
iemand voor de gek houden
B
iemand in elkaar slaan
C
iemand meenemen op vakantie
D
iemand in vertrouwen nemen

Slide 12 - Quiz

Wat betekent 'op elkaars lip zitten'?
A
Dan ben je elkaars tandarts
B
Dan gebruik je heel veel Labello
C
Dan zit je dicht op elkaar
D
Dan laat je je snor staan

Slide 13 - Quiz

Wat betekent het als iets 'kant nog wal raakt'?
A
dan ben je verdwaald
B
dan lig je in het water van de haven
C
dan is dat heel erg slim
D
dan slaat het nergens op

Slide 14 - Quiz

Vervang door een oude naamval:
als je heel kwaad bent, ben je...

Slide 15 - Open question

Vervang door een oude naamval:
Als iets echt verboden is, dan is het...

Slide 16 - Open question

Welke uitdrukking past het best?
De plannen van de tutor zijn [...] van de leerlingen, die er het meeste last van hebben.
A
in den vreemde
B
ten bate van
C
ten behoeve van
D
ten nadele van

Slide 17 - Quiz

Welke uitdrukking past het best?
Dat ze het in de snackbar niet zo nauw nemen met de hygiëne heb ik [...] ondervonden, ik ben twee dagen ziek geweest.
A
aan den lijve
B
op den duur
C
in levenden lijve
D
uit den boze

Slide 18 - Quiz

Maak de zin af met een rijmende uitdrukking:

Als hij nog geen koffie heeft gehad, zegt hij nog geen boe of....

Slide 19 - Open question

Maak de zin af met een rijmende uitdrukking.

Hij at de spruitjes op tegen heug en ...

Slide 20 - Open question