Aandachtspunten rapportage
Bedenk:
voor wie ga ik rapporteren? wie kan het lezen?
Bedenk of wat je op wilt schrijven echt van belang is voor de begeleiding van de cliënt.
Houd je aan de afspraken over wat en hoe gerapporteerd wordt.
Schrijf leesbaar en met correct taalgebruik.
Rapporteer objectief en specifiek
Maak onderscheid tussen je observaties en interpretaties
Vermijd subjectieve woorden (weer, steeds, altijd, nogal, voortdurend, behoorlijk).
Houd het overzichtelijk.
Werk mee aan inzage- en correctierecht.