7. Weerstanden serie en parallel deel 2

7. Weerstanden in serie
    en parallel deel 2
1 / 44
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

7. Weerstanden in serie
    en parallel deel 2

Slide 1 - Slide

Groen = herhaling.
Kijk goed of je deze aantekeningen al duidelijk in je schrift hebt staan! 

Slide 2 - Slide

Serieschakeling

Slide 3 - Slide

Serieschakeling

Slide 4 - Slide

Vervangings - of totale weerstand? 

Slide 5 - Slide

Totale weerstand serieschakeling

Slide 6 - Slide

Parallelschakeling

Slide 7 - Slide

Parallelschakeling

Slide 8 - Slide

Vervangingsweerstand parallelschakeling
De  '1 / ...' knop

Slide 9 - Slide

Gemengde schakelingen

Slide 10 - Slide

Je hoeft de 2 voorbeelden niet zelf te maken. Zorg wel dat je ze heel goed bekijkt en snapt.

Opdracht 3 moet je daarna wel zelf maken en inleveren!

Slide 12 - Slide

Voorbeeld 1

Slide 13 - Slide

Voorbeeld 1a

Slide 14 - Slide

Uitwerking voorbeeld 1a

Slide 15 - Slide

Voorbeeld 1b

Slide 16 - Slide

Uitwerking voorbeeld 1b

Slide 17 - Slide

Voorbeeld 2

Slide 18 - Slide

Voorbeeld 2

Slide 19 - Slide

Uitwerking voorbeeld 2a 

Slide 20 - Slide

Uitwerking voorbeeld 2a

Slide 21 - Slide

Uitwerking voorbeeld 2b

Slide 22 - Slide

Stroom en spanningsregels serie en parallel
De batterij heeft dus een spanning van 42 V.
De spanningsregel voor een parallelschakeling zegt dat U1,2 = U3,4 = 42V.
Je kunt nu de stroom door beide takken uitrekenen:

I(1,2) = U/R1,2 = 42 / 30 = 1,4 A
I(3,4) = U/R3,4 = 42 / 70 = 0,6 A

Samen is dit weer de 2 A van de hoofdstroom (stroomregel parallelschakeling)

De stroom door R1 = de stroom door R2 (stroomregel serie) en is dus 1,4 A.
De stroom door R3 = de stroom door R4 (stroomregel serie) en is dus 0,6 A.

Voor de spanningen over de weerstanden geldt nu:
U1 = I * R1 = 1,4 * 10 = 14 V
U2 = I *R2 = 1,4 * 20 = 28 V
Samen is dit weer 42 V dat klopt
met de spanningsregel van serie.
U3 = I * R3 = 0,6 * 30 = 18 V
 U4 = I *R4 = 0,6 * 40 = 24 V
 Samen is dit weer 42 V dat klopt
 met de spanningsregel van serie. 

Slide 23 - Slide

Opdracht 3
Hint:
R1,2
betekent de vervangingsweerstand
van R1 en R2 samen.

Slide 24 - Slide

Volgorde berekeningen
(klik op 1-2-3-4) 
1
2
3
4

Slide 25 - Slide

Je kunt hier je uitwerking van opdracht 3 inleveren. Na inleveren kan je de getallenantwoorden opvragen.

Slide 26 - Open question

Uitwerking opdracht 3

Slide 27 - Slide

Uitwerking opdracht 3

Slide 28 - Slide

Uitwerking opdracht  3

Slide 29 - Slide

Uitwerking opdracht 3 

Slide 30 - Slide

Lever hier een foto van je aantekeningen / samenvatting van deze LessonUp in.

Slide 32 - Open question

Geef hieronder zo duidelijk mogelijk aan wat je nog niet goed snapt van deze les en / of waar je nog vragen over hebt.
Heb je nog tips of suggesties voor deze les?

Slide 33 - Open question

Verwerkingsopgaven 7. Weerstanden serie en parallel deel 2

Slide 34 - Slide

7.1
Bereken de vervangingsweerstand van de schakeling hieronder. 
Rond je eindantwoord af op 1 decimaal.





7.2
Bereken de vervangingsweerstand van de schakeling hieronder. 
Rond je eindantwoord af op 1 decimaal.

Antwoord
7.1 Rv = 21,3 Ω
7.2 Rv = 32,8 Ω

Slide 35 - Slide

7.3
Bereken de vervangingsweerstand van de schakeling hieronder. Rond af op 1 decimaal.








Antwoord
7.3 Rv = 26,2 Ω

Slide 36 - Slide

7.4
Zie de schakeling hieronder.
De bronspanning 1,25 V, de stroommeter geeft 250 mA aan.
a. Laat hiermee met een berekening zien dat de totale weerstand 5 Ω is.
b. Bereken de waarde van de onbekende weerstand R3. Rond je eindantwoord  af op 1 decimaal.




Antwoord
7.4 R3 = 11,3 Ω

Slide 37 - Slide

Je kunt hier je gemaakte werk van vraag 7.1 t/m 7.4 inleveren (en de antwoorden checken).

Slide 38 - Open question

7.5
Zie de schakeling hiernaast. De spanningsbron geeft 12 V.
Er geldt: R1 = 40 Ω, R2 = 60 Ω en R3 = 16 Ω. Neem de tekening netjes over en zet de juiste gegevens op de juiste plekken
a. Bereken de vervangingsweerstand.
b. Bereken de stroom uit de batterij.
c. Bereken de spanning over weerstand R3. 
d. Bereken / bepaal de spanning over R1 en R2.
e. Bereken de stroom door R1 en R2 apart.
f. Laat zien de de stroom- en spanningsregels voor parallel- en serieschakelingen kloppen.  

Getallenantwoorden hiernaast.
Antwoorden

Slide 39 - Slide

7.6
Zie de schakeling hiernaast. De spanningsbron geeft 12 V.
Er geldt: R1 = 10 Ω, R2 = 20 Ω en R3 = 60Ω. Neem de tekening netjes over en zet de juiste gegevens op de juiste plekken
a. Bereken de vervangingsweerstand.
b. Bereken de stroom It uit de batterij.
c. Bereken de stroom I3 door weerstand R3.
d. Bereken / bepaal de stroom I1,2 door R1 en R2.
e. Bereken de spanning over R1 en R2 apart.
f. Laat zien de de stroom- en spanningsregels voor parallel- en serieschakelingen kloppen.

Getallenantwoorden hiernaast. 
Antwoorden

Slide 40 - Slide

Je kunt hier je gemaakte werk van vraag 7.5 t/m 7.6 inleveren (en de antwoorden checken).

Slide 41 - Open question

Hieronder kun je je vragen en/of opmerkingen over de opgaven van deze LU kwijt.

Slide 42 - Open question

a. Heb je alles van deze les begrepen?
b. Zijn er onderdelen van deze les die je nog niet zo
goed begrijpt of waar je meer uitleg voor nodig hebt?
c. Heb je nog tips of suggesties voor deze les?

Slide 43 - Open question

Opdrachtenboek
VWO
Opdrachtenboek H3 maken + nakijken:
opdracht 38 t/m 42 (blz 60, 61)

HAVO
Opdrachtenboek H3 maken + nakijken: 
opdracht 33 t/m 37 (blz 56,57)

Slide 44 - Slide