6.1 vergrotingsfactor deel 2

• Wiskunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Wat gaan we deze les doen?

• Korte terugblik op 8.1 + 8.2
• Theorie uitleg van 6.1 (8.3 TL)
• Aan het werk met de opgaven van 6.1 (8.3 TL)
• Lesevaluatie

leerdoelen?

• Je kan de vergrotingsfactor berekenen bij vergroten
• Je kan de vergrotingsfactor berekenen bij verkleinen
• Je kan de vergrotingsfactor gebruiken om te tekenen

Wat is de vergrotingsfactor?

Wat is het origineel? Wat is het beeld?

6.1 deel 2

• vermenigvuldigingsfactor bij verkleinen
• procenten

Verkleinen (= vergroten)

Bij het verkleinen van een figuur heb je ook te maken met een origineel en een beeld.

Om de 'vergrotings'factor te bepalen gebruik je dezelfde formule: 

Vergrotingsfactor = lengte beeld : lengte origineel

Verkleinen (= vergroten)

Bij het verkleinen van een figuur heb je ook te maken met een origineel en een beeld.

Om de 'vergrotings'factor te bepalen gebruik je dezelfde formule: 

Je krijgt dan

4:8 = 0,5

De vergrotingsfactor is 0,5 

Vergrotingsfactor = 

lengte beeld : lengte origineel

Verkleining

In de vorige opdracht was de uitkomst 0,5.

Dit is kleiner dan 1, dat betekent dus dat de figuur kleiner wordt, dat zie je ook in het beeld.

Dus...... een verkleining noem je een vergroting, maar de vergrotingsfactor kleiner is dan 1.

Percentages

• Hoeveel procent is het origineel?
• En hoeveel procent is het beeld als het plaatje groter wordt?
• En hoeveel procent als het kleiner wordt?

Percentages

Hoeveel procent is het origineel?  100%

En hoeveel procent is het beeld als het plaatje groter wordt? meer dan 100%

En hoeveel procent als het kleiner wordt?

minder dan 100%

Kopieerapparaat

100 %   = vergrotingsfactor 1        (plaatje blijft gelijk). 

50 %     = vergrotingsfactor 0,5   (plaatje wordt 2 keer zo klein). 

200 %  = vergrotingsfactor 2       (plaatje wordt 2 keer zo groot). 

Percentage : 100 = vergrotingsfactor. 

En andersom  vergrotingsfactor x 100 = percentage

Wat? 6.1, opdracht: 1 t/m 4, 5, 8 t/m 10, 12, 14, 16, 18 t/m 20, 23

          8.5 TL: 27 t/m 30, 32, 34 t/m 36, 38, 40, 42, 44 t/m 46, 49

Waar? via je boek. 

Wanneer? Deze les. Alles wat niet af is, is huiswerk voor de volgende les.

Klaar? Kijk je werk na via het online nakijkboek

Niet overleggen, geen vragen             -->

Niet overleggen, wel vragen                -->

Overleg én vragen wel toegestaan    -->