This lesson contains 25 slides, with text slides and 5 videos.
Items in this lesson
Nadelen van een monopolie
Slide 1 - Slide
programma
Inleiding
Deel 1: monopolist, afronding
Deel 2: Prijsdiscriminatie
Aan de slag (differentiatie)
slot
Slide 2 - Slide
Actieve werkhouding
Respect voor elkaar
Slide 3 - Slide
leerdoel I
Basis van monopolie begrijpen (wiskunde)
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Wat zijn GO en GTK?
GO = gemiddelde omzet per product GTK = gemiddelde kosten per product
TO = pxq;
GO = p ( p = afkomstig van prijsafzetlijn)
TK = TVK + TCK ofwel TK = aq + b
GTK = GVK + GCK
GTK = a + b/q
GO > GTK (winst); GO < GTK (verlies)
Break even point: GO = GTK
Slide 6 - Slide
Klassikaal aan de slag
Groepje aan de slag: Furkan, Selin, Keith. Berkay K en Jason mogen kiezen
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Klassikaal aan de slag / Groepje
Extra opgave Maak die zelfstandig 20 minuten daarna met zijn allen bespreken (ook groepje doet mee)
Groepje: maakt een woordweb van de marktvorm monopolie Met behulp van Laptop en hulp op maat Na 20 minuten mailen jullie het resultaat en dat gaan we klassikaal behandelen
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
maximale omzet?
Wanneer is TO maximaal?
MO = 0
Maak je dan ook winst?
Als GTK < GO wel!
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Video
Slide 14 - Video
Slide 15 - Video
Slide 16 - Video
Slide 17 - Video
leerdoel II
Prijsdiscriminatie: wat is het?
Slide 18 - Slide
www.diergaardeblijdorp.nl
Slide 19 - Link
wat is prijsdiscriminatie?
Hetzelfde product aanbieden tegen verschillende prijzen
Hoe?
Aan verschillende klantgroepen
Welke aanbieder kan prijsdiscriminatie doen? prijsnemer of prijszetter?
Slide 20 - Slide
verzin eens een voorbeeld van prijsdiscriminatie!
vliegreizen, hotels (duurder in hoogseizoen)
autoverzekering (korting voor goede rijders, vrouwen, etc).
musea (CJP, etc)
1e en 2e klas in de trein?
kindermenu in een restaurant?
Kinderen betalen de helft van de prijs voor een buffet in een restaurant?
Slide 21 - Slide
Scheiden van markten
Prijsdiscriminatie heeft alleen zin als markten gescheiden kunnen worden van elkaar.
Geef een voorbeeld.
Waarom is boeken met korting via internet voor een pretpark niet hetzelfde als prijsdiscriminatie?
