6.2 Stroomkringen

Elektriciteit
1 / 39
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Elektriciteit

Slide 1 - Slide

Toesten deze periode
Praktische opdracht over Elektriciteit. Telt 2x
Toets in de toetsweek over 6.1 t/m 6.5 en 7.1 t/m 7.3 en 7.5. Telt 6x

Slide 2 - Slide

Stroomkringen
Een stroomkring moet gesloten zijn om 
te kunnen werken. Een onderbroken 
stroomkring werkt niet. 

Slide 3 - Slide

Stroomkring
1. Elektriciteit: Alle stoffen bestaan uit elektrische deeltjes. Als deze gaan stromen dan hebben we elektriciteit.

2. Spanningsbron: Brengt elektrische deeltjes in beweging en geeft ze energie mee. Vb. Batterij, accu of zonnecel.

3. Geleiders: Een stof waar makkelijk elektrische stroom door heen gaat. Vb. metalen en water.

4. Isolator: Een stof waar moeilijk elektrische stroom door heen gaat. Vb. plastic, glas of hout.

5. Verbruiker: Dat gebruikt de elektrische energie. Vb. Lampje zet elektrische energie om in warmte en licht.

Slide 4 - Slide

Voorbeelden stroomkring
  • Gesloten stroonkring:
De elektrische deeltjes kunnen een rondje maken.
  • Onderbroken stroomkring:
De kring is niet gesloten.

Slide 5 - Slide

Stroomkring in een lamp

Slide 6 - Slide

Schakelschema
  • Schakeling: 
Elektrische onderdelen die met elkaar verbonden zijn. 
  • Schakelschema:
Eenvoudige tekening van een schakeling

Slide 7 - Slide

Regels schakeling tekenen 
Werk altijd met potlood en liniaal
Teken de symbolen juist
Draden tekenen we alleen horizontaal of verticaal
Het schakelschema moet zo overzichtelijk mogelijk zijn


Afstanden in het schakelschema zeggen niets over de werkelijke afstanden
Posities in het schakelschema zeggen niets over de werkelijke posities

Slide 8 - Slide

Stroomsterkte
Door een stroomkring gaat een stroom. De stroomsterkte geeft aan hoe groot de stroom is. De stroomsterkte wordt aangegeven met de eenheid Ampère. 

Grootheid = Stroomsterkte = I
Eenheid = Ampère = A

Slide 9 - Slide

Geleider of Isolator?
Een geleider geeft de elektriciteit goed door. 

Een isolator geeft de elektriciteit niet goed door. 

Slide 10 - Slide

Isolatoren
  • Rubber
  • Glas
  • meeste plastics

Bijna alle stoffen die niet metaal zijn fuctioneren als isolator

Slide 11 - Slide

0

Slide 12 - Video

Waar of Niet waar?

Slide 13 - Slide

Stelling 1: De symbolen in schakelschema's zijn overal ter wereld hetzelfde?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quiz

Stelling 2: In een open stroomkring kan elektrische stroom lopen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quiz

Stelling 3: Een accu heeft een plus- en een minpool
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quiz

Stelling 4: Een isolator laat elektrische stroom er makkelijk doorheen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quiz

Een spanningsbron geeft elektrische deeltjes energie en zet ze in beweging.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Link

Het symbool voor stroomsterkte is .....
A
P
B
U
C
I
D
t

Slide 20 - Quiz

De eenheid van Stroomsterkte is?
A
V
B
I
C
A
D
U

Slide 21 - Quiz

Een isolator houdt de stroom tegen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 22 - Quiz

Koper is een isolator
A
waar
B
niet waar

Slide 23 - Quiz

Welk van onderstaande stof is een isolator?
A
zilver
B
papier
C
goud
D
koolstof

Slide 24 - Quiz

Een geleider geeft de stroom goed door
A
Juist
B
Onjuist

Slide 25 - Quiz

Schrikdraad is een goede geleider
A
Goed
B
Fout

Slide 26 - Quiz

Het handvat van schrikdraad is een goede geleider.
A
Goed
B
Fout

Slide 27 - Quiz

Een voorbeeld van een geleider is
A
Kopje
B
Metalen lepel
C
Bord
D
Glas

Slide 28 - Quiz

Welk van onderstaande stof is een geleider?
A
rubber
B
hout
C
lood
D
wol

Slide 29 - Quiz

De stroom in een stroomkring loopt altijd van:
A
- naar +
B
x naar y
C
y naar x
D
+ naar -

Slide 30 - Quiz

Welk van onderstaande stof is een geleider?
A
rubber
B
hout
C
lood
D
wol

Slide 31 - Quiz

Welk van onderstaande stof is een isolator?
A
zilver
B
papier
C
goud
D
koolstof

Slide 32 - Quiz

Vul het ontbrekende woord in:
Met een ........... kun me een stroomkring op een nette manier onderbreken!
A
lampje
B
batterij
C
snoer
D
schakelaar

Slide 33 - Quiz

In welke eenheid wordt stroom gemeten?
A
Ampère
B
Spanning
C
Aapjes
D
Volt

Slide 34 - Quiz

Welke stroomsterkte geeft de meter aan?
A
10,8 A
B
10,8 mA

Slide 35 - Quiz

Om schakelingen te verduidelijken worden er overzichtelijke tekeningen gemaakt. Hoe noem je zo'n overzichtelijke tekening?
A
serieschema
B
parallelschema
C
schakelschema

Slide 36 - Quiz

Opdracht C33

Slide 37 - Slide

Opdrachten
Maak alle opdrachten
De opdrachten waar je een werkblad voor nodig hebt teken je in je schrift.
In Classroom inleveren: A19, B31, B32 en C33
Op Som staat een linkje naar de classroom waar je het kan inleveren. 

Slide 38 - Slide

Weektaak
6.1 en 6.2


Slide 39 - Slide