S&O theorie 8-5 en 15-5

• Mentorles
• MBO
• Studiejaar 1

• Terugblik sportdag Borne.                                                                                                  (Hebben jullie nog een evaluatie vanuit de organisatie gekregen?) 

• Waar hebben jullie morgen en woensdag les? 

• Energizer --> organisatievorm:  --> afvalsysteem zonder verliezersronde
• Iedereen geeft in een van de komende weken 40 minuten les tijdens S&O praktijk op de woensdag. Je mag zelf weten wat voor een sportles dit wordt. Er moet wel een organisatievorm inzitten die we tijdens de theorieles hebben behandeld.  Vandaag maken we een indeling wie, wanneer lesgeeft?   11 mei, 18 mei, 1 juni, 8 juni, 15 juni, 22 juni
• T&G komende woensdag gaan we weer wat  testen doen. Dit uitwerken in jullie verslag! Ook de 10km loop hierin nog uitwerken! ( Simran + Sepp voor jullie heb ik een vervangende opdracht. )
• Leereenheid 7 over werven van deelnemers, informeren en adviseren. --> een sollicitatiegesprek en adviserend gesprek voeren met iemand uit de klas

afvalsysteem handje drukken zonder verliezersronde

Jimmie-Sepp        winnaar 1 tegen winnaar 2  (A)

Gijs- Steven 2                                             winnaar A tegen B

Rian- Lotte 3          winnaar 3 tegen winnaar 4 (B)

Jim- Ivan 4                                                                                                 FINALE

Ralf-Fabian5           winnaar 5 tegen winnaar 6 (C)

Lukas-Bas 6                                                 winnaar C tegen D

Kirstie- Simran 7      winnaar 7 tegen winnaar 8 (D)

Douwe-Damian 8 

Sollicitatiegesprek

Gastvrouw / Gastheer Bijbaan - #4518262

Basic-Fit locatie Oosterstaat

Datum: 21-04-2022

Stad: Enschede, Overijssel

Salaris: € 11 per uur

Contract type: Voltijd

 Leereenheid 7 werven, informeren en adviseren.

Het kan zijn dat het werven van deelnemers voor een evenement een taak zal worden waarmee je als sportleider mee te maken zult krijgen.

Dit doe je door het opstellen van een publiciteitsplan.

Daarnaast wordt er van je verwacht dat je deelnemers kunt informeren, voorlichten en adviseren.

Voorlichten gaat verder dan informeren en is een belangrijke vaardigheid voor een sport- en bewegingsleider. Het kan ook voorkomen dat je (een) deelnemer(s) moet doorverwijzen wanneer het niet jouw kennisgebied is of het niet bij je verantwoordelijkheid hoort.

7.1 werving en publiciteit

Verschil tussen publiciteit en public relations (PR)

Wat denken jullie dat het verschil is tussen publiciteit en public relations?

PUBLIC RELATION gaat het om het onderhouden van relaties en het bevorderen van de naamsbekendheid / imago. 

Alle activiteiten die hierop gericht zijn hebben te maken met PR.

PUBLICITEIT wil zeggen dat je een bepaald product of een bepaalde dienst onder de aandacht probeert te brengen van je potentiële klanten. --> je doelgroep. 

Dit onder de aandacht brengen wordt werving genoemd. Hierbij maak je gebruik van een publiciteitsplan.

Publiciteitsplan

1 Wat is het doel van de activiteit/het evenement?

2 Welke doelgroep ga je werven?

3 Wat is de boodschap die je wilt overbrengen?

4 Welke middelen ga je gebruiken om de boodschap over te brengen?

5 Van welk kanaal of kanalen ga je gebruik maken? 

6 Wat is het moment waarop je een aankondiging doet?  Timing

7 Waar ben je als sport- en bewegingsleider verantwoordelijk voor?

8 Publiciteit maken kost geld. Het is van belang om vooraf het budget te kennen, zodat je weet wat je te besteden hebt.

3 Wat is de boodschap die je wilt overbrengen?

Deze moet helder, aantrekkelijk, begrijpelijk, herkenbaar en toegankelijk zijn. Wat moet er minimaal in staan:

A: Een omschrijving van de activiteit en duur van de activiteit.

B: De datum en het tijdstip waarop de activiteit plaatsvindt.

C: De locatie waar de activiteit plaatsvindt.

D: Eventuele randvoorwaarden zoals kosten, kleding en fysieke voorwaarden.

Een foto zegt vaak meer dan woorden!

4 Welke middelen ga je gebruiken om de boodschap over te brengen?

Folder, mail, brochure, tekst voor op een website, een twitterbericht, een advertentie etc. 

5 Van welk kanaal of kanalen ga je gebruik maken? 

Een website, het internet, social media, televisie, krant, 

huis- aan huisblad. 

Met welke PR-middelen en kanalen kun je de volgende doelgroepen het beste bereiken? A Groep 7 en 8 basisschool
B Jongeren van 14 tot en met 17 jaar
C 65+-ers
D Jongeren van 18 tot en met 25 jaar

7.2 Het voeren van een (sollicitatie)gesprek.

Dit kan informerend en/of adviserend zijn.

  

Adviseren -->altijd gericht op de adviesvrager

Informeren --> is algemener en houdt nauw samen met voorlichting geven.

Informatie -->Als je iets wilt weten vraag je om informatie. Als het om losse gegevens gaat blijft het bij informatie verstrekken.

Voorlichting --> Het combineren van losse gegevens tot een samenhangend verhaal. Voorlichting over de mogelijkheden die er zijn binnen jouw vereniging. Voorlichting over de verschillende sportschoenen die je kunt dragen bij het hardlopen

Advies -->Jouw persoonlijke situatie betrekken bij het geven van de voorlichting. Welk type abonnement binnen de sportschool past het beste bij jou? Welke sportschoen is het meest geschikt voor jouw voeten en jouw manier van sporten?

Een voorbeeld van een voorlichtingsfilm.

Opdracht 4c bladzijde 252
Is in de casus sprake van informatie, voorlichting of advies? Leg je antwoord uit

Een voorbeeld van een adviserend gesprek

Gesprekstechniek

Belangrijk is dat je goed weet wat het doel is van het gesprek.

Zo’n gespreksdoel bestaat uit drie onderdelen.

1 Welke informatie moet worden overgedragen?  kennisdoelen

- Welke informatie wil ik aan de ander overdragen in dit gesprek?

- Welke informatie wil ik in dit gesprek van de ander ontvangen?

2 Wat moet iemand ervan gaan vinden, welke mening zou wenselijk zijn?  houdingsdoel

- Welk gevoel wil ik bij de ander achterlaten na dit gesprek?

- Welke mening wil ik beïnvloeden met dit gesprek?

3 Wat moet iemand gaan doen?  gedragsdoel

- Wat wil ik dat de ander gaat doen na dit gesprek?

- Hoe wil ik dat de ander zich na dit gesprek gaat gedragen?

De opbouw van een gesprek:

De aanloopfase  formeel / informeel

Je start het gesprek met een social talk of komt meteen ‘to the point’

De planningsfase  Je schetst het doel en het verloop van het gesprek.

De themafase  Het eigenlijke onderwerp komt nu aan de orde. Je komt dus tot de kern van het gesprek.

De slotfase  Je rond het gesprek af. Verder is het van belang om een samenvatting te geven en eventueel vervolgafspraken te maken. Controleer of je gesprekspartner het eens is met je samenvatting.

FILMPJES GESPREKSVORMEN BLADZIJDE 252  

1 slechtnieuws gesprek

2 adviserend gesprek

Opdracht 8 bladzijde 253

Het oefenen van een gesprek in een groepje van drie. 

Stellen van vragen, doorvragen, luisteren en samenvatten.

Daarnaast is het belangrijk om te zorgen voor een logische opbouw in je gesprek. 

(Slechtnieuwsgesprek, sollicitatiegesprek, beoordelingsgesprek, sollicitatiegesprek of een slechtnieuwsgesprek.)

7.3 Voorlichten

Voorlichten betekent de ander informatie geven die hij of zij nodig heeft om zich beter een mening te kunnen vormen en eventueel beter te kunnen beslissen. 

Het is een gesprek tussen een informatievrager en een informatiegever. 

Opdracht 10 A bladzijde 253

Zoek op YouTube een filmpje van een voorlichtingsgesprek.

Opdracht 11 bladzijde 252 

Het voeren van een voorlichtingsgesprek in een tweetal. Beiden geven dus 1x voorlichting over iets.

7.4 Adviseren

Mensen vragen in allerlei situaties om advies. Dit kunnen zakelijk of emotionele adviesgesprekken zijn.

Een zakelijk adviesgesprek is een halfopen gesprek; de opbouw ligt helemaal vast. Het probleem waarmee de adviesvrager komt, is misschien minder zakelijk dan het in eerste instantie lijkt, waardoor het gesprek kan veranderen.

Opdracht 13A: bladzijde 253

Zoek op YouTube een filmpje van een adviseringsgesprek.

Opdracht 14 bladzijde 252 

Het voeren van een adviseringsgesprek in een tweetal. Beiden geven dus 1x advies aan de ander.

7.5 Verwijzen

Je kunt het beste doorverwijzen als:

-Je zelf onvoldoende kennis en inzicht hebt.

- Je niet bevoegd bent informatie of advies te geven over het onderwerp.

- Het niet om jouw werkterrein gaat.

Maak opdracht 16 op bladzijde 255

Werken in een SB organisatie

Leereenheid 8