Nederlands 5 vwo Communicatie - Formuleren - Begrijpelijk formuleren (les 11)

Leerdoel
Je kunt begrijpelijk formuleren door zinslengte, zinsbouw en woordgebruik af te stemmen op je lezer.
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Leerdoel
Je kunt begrijpelijk formuleren door zinslengte, zinsbouw en woordgebruik af te stemmen op je lezer.

Slide 1 - Slide

Zinslengte
- Lange zinnen zijn niet fout, maar lastig voor de lezer.
- Lezers kunnen gemiddeld zinnen van 10 tot 15 woorden goed volgen.

Hierbij deel ik u mede, dat op maandag 22 april 2019 tussen 14.00 en 18.00 uur een van onze medewerkers bij u langskomt om de kliko, die u onlangs bij ons heeft aangevraagd, af te leveren, waarvoor u, omdat de kliko bij uw voordeur wordt geplaatst, niet thuis hoeft te blijven.
Knip deze zin op, zodat hij begrijpelijk wordt.

Slide 2 - Slide

Kern bij elkaar
De kern = 1) het onderwerp en 2) het gezegde
Deze twee elementen:
- niet te ver uit elkaar
- liefst vooraan in de zin

Om te voorkomen dat ze zich in de winter moe en somber voelen door het tekort aan daglicht, krijgen sommige mensen lichttherapie.
Maak deze zin begrijpelijker.

Slide 3 - Slide

Tangconstructie
Woorden die bij elkaar horen, zijn gescheiden door een lange uitleg.

Sommige mensen durven een dure jurk die ze op internet hebben gekocht, nadat ze hem hebben gedragen op een feestje, zonder blikken of blozen terug te sturen naar de winkel.

Maak deze zin begrijpelijker.

Slide 4 - Slide

Lijdende vorm
Actieve zin: wie of wat de handeling verricht is duidelijk.
Passieve zin (lijdende vorm): degene die handelt is vaak verborgen.

Door de hele stad werden er  vlaggen opgehangen.

Maak een actieve zin.

Slide 5 - Slide

Naamwoordstijl
Het werkwoord wordt een zelfstandig naamwoord.

Het duiken naar pareloesters vindt nog altijd plaats in Zuidoost-Azië.

Maak van het zelfstandig naamwoord 'duiken' weer een werkwoord.

Slide 6 - Slide

Lastige woorden
- Woorden aan elkaar plakken

- Kennis van de lezer
Pneumonia t.o. longontsteking

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Link

begrijpelijk formuleren

Slide 9 - Mind map

Opdrachten les 11
Verkennen:
Opdracht 1 t/m 3, blz. 70
Schrijfvaardigheid:
Opdracht 6, blz. 71 - huiswerk maandag 29 november
Leesvaardigheid:
Opdracht 7, blz. 72/73

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Link

Nakijken
Opdracht 6
Welke aanpassingen zijn er?
- zinslengte
- kern bij elkaar
- tangconstructie
- lijdende vorm
- lastige woorden
- naamwoordstijl

Slide 13 - Slide

begrijpelijk formuleren

Slide 14 - Mind map