Maak een tweetal of drietal. Kies een verhaal uit de reader en lees deze.
Schrijf op en 'presenteer' aan het einde van de les:
Wie is/zijn de hoofdpersonen / bijpersonen
Welk perspectief herken je?
Welke ruimtes herken je?
Benoem een leidmotief (iets dat steeds terug komt)
Wat is het thema van het verhaal?