herhaling seneca deel 1

SENECA
eerste les GA 5; herhaling GA4

1 / 27
next
Slide 1: Slide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4-6

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

SENECA
eerste les GA 5; herhaling GA4

Slide 1 - Slide

Het geheel van kennis, ideeën en overtuigingen (en ervaringen) van waaruit iemand denkt en handelt =
A
CULTUUR
B
IDENTITEIT
C
REFERENTIEKADER
D
OPVOEDING

Slide 2 - Quiz

Welke kennis, ideeën, overtuigingen of ervaringen bepalen bij jou hoe je naar de wereld / samenleving kijkt? Noem 1 voorbeeld

Slide 3 - Open question

Referentiekader
Jouw referentiekader is dus eigenlijk de bril waarmee jij naar de werkelijkheid kijkt. Die bril verschilt dus per persoon.

Slide 4 - Slide

Wat is de definitie van socialisatie?

Slide 5 - Open question

Socialisatie = 

het proces van overdracht en verwerving van de cultuur van de groep(en) en de samenleving waar mensen toe behoren. 

Het proces bestaat uit opvoeding, opleiding en andere vormen van omgang met anderen:

Slide 6 - Slide

WIE IS DIT?
A
Mevr. Lagro; de directeur van Trivium
B
Mevr Faber; de Minister van Asiel en Migratie
C
Mevr. Greven; een bijstands-moeder uit Winschoten
D
Mevr. Scherpen; rector magnificus van de RUG

Slide 7 - Quiz

Opvangcrises / Asielcrises: Welke belemmerende factoren komen vluchtelingen die in een AZC verblijven tegen om te kunnen integreren? Gebruik de definitie van socialisatie

Slide 8 - Open question

BELEMMERENDE FACTOREN
  • geen ontmoeting met socialisatoren die de cultuur aan jou kunnen overdragen
  • obv 'omgang met anderen'; de anderen zijn in asielzoekerscentra andere vluchtelingen die ook de nieuwe dominante cultuur nog niet geïnternaliseerd hebben.
  • volwassenen mogen nog niet werken en geen opleiding volgen
  • opvoeding van kinderen ... ouders hebben nieuwe cultuur nog niet geïnternaliseerd

Slide 9 - Slide

het proces van overdracht en verwerving van de cultuur van de groep(en) en de samenleving waar mensen toe behoren.  Het proces bestaat uit opvoeding, opleiding en andere vormen van omgang met anderen.

De cultuur van Nederland verwerven, dus bijvoorbeeld waarden en normen internaliseren, is lastig als je niet in aanraking komt met socialisatoren, bijv secundaire socialisatoren als werk / collega's 


Slide 10 - Slide

Socialisatoren
Diegenen die ervoor zorgen dat een cultuur kan worden overgebracht, zodat jij je een cultuur eigen kunt maken.

Denk aan:
  • Gezin, school, overheid
  • Kerk, werk, vrijetijdsgroep
  • Sport, vrienden & media

Slide 11 - Slide

Wat moet er op de
stippellijn staan?
A
Overdracht -> Internalisatie
B
Internalisatie -> Overdracht
C
Enculturatie -> Acculturatie
D
Acculturatie -> Enculturatie

Slide 12 - Quiz

Het proces van overdracht en verwerving van de politieke cultuur van de groep(en) en de samenleving waar mensen toe behoren.
Bijzondere vormen van socialisatie
Het aanleren en verwerven van de cultuur waarin iemand is geboren.
Het aanleren en verwerven van een andere cultuur of elementen daaruit dan waarin iemand is opgegroeid.
Politieke socialisatie
Enculturatie
Acculturatie

Slide 13 - Slide

Het beeld dat iemand van zichzelf heeft
Het deel dat past bij de groepen waar iemand deel van uitmaakt.
Het beeld dat de samenleving heeft van een groep en het beeld dat ze blijvend kenmerkend voor die groep vindt.
Persoonlijke identiteit
Sociale identiteit
Collectieve identiteit

Slide 14 - Drag question


Om welk aspect van identiteit gaat het?
'Ik denk dat ik sociaal, vriendelijk en behulpzaam ben. Ik vind mezelf over het algemeen wel een aardig mens.'
A
Persoonlijke identiteit
B
Sociale identiteit
C
Collectieve identiteit

Slide 15 - Quiz

Een overheidscampagne van SIRE
"je bent een rund als je met vuurwerk stunt"
A
PRIMAIRE SOCIALISATIE
B
SECUNDAIRE SOCIALISATIE
C
TERTIAIRE SOCIALISATIE

Slide 16 - Quiz

De regels die horen bij je sport en bij je sportvereniging
A
PRIMAIRE SOCIALISATIE
B
SECUNDAIRE SOCIALISATIE
C
TERTIAIRE SOCIALISATIE

Slide 17 - Quiz

PRIMAIRE SOCIALISATIE
  • tussen mensen die direct met elkaar verbonden zijn; waar je een persoonlijke / emotionele band mee hebt

SECUNDAIRE SOCIALISATIE
  • socialisatie in meer formele sfeer (school)



TERTIAIRE SOCIALISATIE
  • door anonieme socialisatoren (tv, social media)

Slide 18 - Slide

staking 11 september a.s.

Er is een regeling dat mensen met een zwaar beroep drie jaar voor hun pensioen kunnen stoppen met werken. Volgend jaar loopt de regeling af en het is nog onzeker of een verlenging wordt goedgekeurd. Volgens de bonden hebben veel mensen in het openbaar vervoer een zwaar beroep..  De vakbonden eisen meer kabinetsplannen wat betreft zware beroepen. 
Reizigers zullen vooral in de ochtend overlast ondervinden, want zowel de NS als het streekvervoer rijdt niet van 04.00 uur tot 08.00 uur. 
Vakbonden FNV en CNV hadden de stakingen eerder al aangekondigd, maar het streekvervoer zou in eerste instantie een dag later staken. Dit is uiteindelijk verplaatst naar 11 september, omdat samen staken met het treinvervoer meer impact heeft. Op 10 september ligt het stadsvervoer korte tijd stil. Ook andere sectoren, zoals de bouw, leggen in de tweede week van september het werk neer om een signaal af te geven.
De vakbonden zien graag dat de RVU-maatregel wordt verlengd, met een hogere uitkering. Minister Van Hijum van Sociale Zaken gaf aan het verlengen van de RVU-regeling niet direct uit te sluiten en het belang van het onderwerp te zien.
1) LEG UIT DAT DE VAKBONDEN MACHT HEBBEN
2) LEG UIT DAT HIER SPRAKE IS VAN EEN CONFLICT
3) LEG UIT DAT HIER SPRAKE IS VAN SAMENWERKING





Slide 19 - Slide

Groepsvorming =
= het tot stand komen van bindingen tussen meer dan twee mensen, doordat ze elkaar .............. en gemeenschappelijke .................. ontwikkelen.
A
overhalen + regels
B
helpen + alternatieven
C
beïnvloeden + alternatieven
D
beïnvloeden + waarden en normen

Slide 20 - Quiz

"Samenlevingen waar de groep centraal staat worden persoonlijke meningen minder op prijs gesteld" is een voorbeeld van welke dimensies van Hofstede?
A
Dimensie (grote) machtsafstand
B
Dimensie (lange) termijn gerichtheid
C
Dimensie onzekerheidsvermijding
D
Dimensie individualistisch- <-> collectivistische cultuur

Slide 21 - Quiz

Ouders die kinderen zakgeld geven zodat ze zelf leren met geld om te gaan is een voorbeeld van (dimensies van Hofstede)
A
Grote machtsafstand
B
(Lange) termijn gerichtheid
C
Lage onzekerheidsvermijding
D
Een individualistische cultuur

Slide 22 - Quiz

KERNCONCEPT Sociale cohesie (1)
Het aantal en de                                                     die mensen in een ruimer sociaal kader met elkaar hebben, het                                   te zijn,                   van een gemeenschap, de mate van verantwoordelijkheid voor                              , en de mate waarin anderen daar ook een beroep op kunnen doen.
kwaliteit van de bindingen
       gevoel een groep
              lid te zijn  
          elkaars welzijn

Slide 23 - Drag question

Sociale cohesie
Sociale cohesie is “het aantal en de kwaliteit van de bindingen die mensen in een
ruimer sociaal kader met elkaar hebben, het gevoel een groep te zijn, lid te zijn van een gemeenschap, de mate van verantwoordelijkheid voor elkaars welzijn, en de mate 
waarin anderen daar ook een beroep op kunnen doen”

De ''lijm'' die de samenleving bijeenhoudt

Slide 24 - Slide

Wat is het verband tussen
sociale cohesie en uitsluiting?

Slide 25 - Open question

Sociale cohesie en uitsluiting?
De negatieve kant van sociale cohesie is uitsluiting: dit kan gebeuren als een hechte groep vindt dat anderen er niet bij mogen horen omdat ze 'anders' zijn. 
De sociale cohesie tússen groepen  kan bij conflicten zwakker worden maar de cohesie binnen de eigen groep kan er juist sterker door worden

(micro-, meso- en macroniveau............. pesten-negeren, subculturen op school, E.U.)

Slide 26 - Slide

Hoe vond je het niveau van de vragen?
links = makkelijk
rechts = moeilijk
0100

Slide 27 - Poll