Grammatica - blok 4 - les 1 - zinsdelen en bouwplannen

Blok 4 - Grammatica - blz. 168
Zinsontleding:
zinsdelen
bouwplan


  • Telefoon in telefoonhotel
  • Ga zitten
  • Leg je boek/schrift/etui op tafel
  • Wacht in stilte tot de les gaat beginnen
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Blok 4 - Grammatica - blz. 168
Zinsontleding:
zinsdelen
bouwplan


  • Telefoon in telefoonhotel
  • Ga zitten
  • Leg je boek/schrift/etui op tafel
  • Wacht in stilte tot de les gaat beginnen

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Kunnen 
Je weet wat de volgende begrippen betekenen:
  • bouwplan
  • zinsdelen





 
  • Je kunt het bouwplan van een zin maken.
  • Je kunt een zin in zinsdelen verdelen.





Weten 
4

Slide 2 - Slide

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

Wat weet je nog?
  1. Welke drie werkwoordvormen ken je?
  2. Wat is het werkwoordelijk gezegde?



4
  • Werk samen met je buur (fluisteren)
  • Je mag je boek gebruiken
  • Schrijf de antwoorden in je schrift
  • Iedereen moet antwoord kunnen geven (namen-app)
timer
3:00

Slide 3 - Slide

Tijdens deze fase van de les geef je uitleg en doe je het leren voor (modellen).

Wat weet je nog?
Even een paar zinnen samen oefenen.
Opdracht 7 (blz. 168) :
  • zin 1 tot en met 7 klassikaal
  • zin 7 tot en met 13 zelfstandig


4
Eerder klaar? 
Maak opdracht 8. 

Priem

Slide 4 - Slide

Tijdens deze fase van de les geef je uitleg en doe je het leren voor (modellen).

Zinnen bouwen met zinsdelen
  • In iedere zin staat een werkwoord
  • Het werkwoord geeft aan wat er gebeurt of wat iets of iemand doet.
  • In een zin staat dus ook wie of wat het doet.

voorbeeld





Ruben
leert.
De hond
slaapt.
Bekijk ook de animatie
4

Slide 5 - Slide

Tijdens deze fase van de les geef je uitleg en doe je het leren voor (modellen).

Zinnen bouwen

Je kunt deze basiszinnen langer maken door er stukjes aan toe te voegen.









Wie doet het?
Wat gebeurt er?
Wat?
Ruben

leert
Engelse woordjes.
4
Wie doet het?
Wat gebeurt er?
Waar?
De hond

slaapt
in zijn mand.

Slide 6 - Slide

Tijdens deze fase van de les geef je uitleg en doe je het leren voor (modellen).

Van plaats verwisselen

De stukjes in een zin (zinsdelen) kunnen van plaats verwisselen.




Wat?
Wat gebeurt er?
Wie?
Engelse woordjes

leert
Ruben.
4
Waar?
Wat gebeurt er?
Wie?
In zijn mand

slaapt
de hond.

Slide 7 - Slide

Tijdens deze fase van de les geef je uitleg en doe je het leren voor (modellen).

Maak zelf een zin volgens het bouwplan
Wie?
Wat gebeurt er?
Wat?
.....?
Met wie?
Sara

bespeelt
Ruben.
4
Welk vraagwoord kun je nog gebruiken?

Slide 8 - Slide

Tijdens deze fase van de les geef je uitleg en doe je het leren voor (modellen).

Zelfstandig werken 
Lees
Uitleg 4.4 Zinsontleding - Zinsdelen (blz. 169-170)
Maak
Opdracht 11,          12.1
Hoe
In je schrift (werk netjes en schrijf leesbaar) 
Tijd
10 minuten 
Hulp?
1e 5 min. - lesboek, 2e 5 min. buur (fluisteren) of vinger
Eerder klaar?
1. Ga naar LessonUp.app en gebruik de code linksonderin.
2. Maak zelf een bouwplan voor een zin van vier of vijf zinsdelen
Resultaat
Opdracht 11 nakijken en verbeteren
Je antwoorden van opdracht         12.1 bespreken we via LessonUp.
4
timer
10:00

Slide 9 - Slide

Tijdens deze fase van de les controleer je of leerlingen jouw instructie hebben begrepen d.m.v. een begeleide oefening.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions


Wie?
Wat gebeurt er?
Wie?
Hoe?
Waarheen?

breng
a

Slide 11 - Open question

This item has no instructions


b
Wat?
Wat gebeurt er?
Hoe?
Waar?

viel

Slide 12 - Open question

This item has no instructions


c
Wat gebeurt er?
Wie?
Wanneer?
Waarheen?

Gaat

Slide 13 - Open question

This item has no instructions


d
Wat?
Wat gebeurt er?
Hoe?
Wanneer?

scheen

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

Ik kan zelf een zin bedenken met een bouwplan.
😒🙁😐🙂😃

Slide 15 - Poll

This item has no instructions

Ik kan een zin in zinsdelen verdelen door streepjes tussen de zinsdelen te zetten (opdracht 11)
😒🙁😐🙂😃

Slide 16 - Poll

This item has no instructions