What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
4H - Herhaling Stof TE3 - Quiz van eigen vragen
4H - Herhaling Stof TE3 - Meerkeuzequiz van eigen vragen
1 / 33
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
This lesson contains
33 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
4H - Herhaling Stof TE3 - Meerkeuzequiz van eigen vragen
Slide 1 - Slide
MIDDELEEUWEN
Slide 2 - Slide
Waar gaat het oudste stukje Nederlandse tekst over?
A
De natuur
B
Twee zwanen
C
De liefde
D
De zee
Slide 3 - Quiz
De middeleeuwen waren van:
A
400-1400
B
400-1500
C
500-1500
D
500-1500
Slide 4 - Quiz
Over welke koning gaat het verhaal Karel ende Elegast?
A
Karel de Koning
B
Karel de Grote
C
Karel met de grote voeten
D
Karel Adelbrecht
Slide 5 - Quiz
Welke middeleeuwse romans bevatten mogelijk massagevechten?
A
Arthurromans
B
Geestelijke romans
C
Karelromans
D
Geen enkele roman
Slide 6 - Quiz
Waarom draagt Elegast een zwarte uitrusting?
A
Om minder op te vallen in het donker
B
Omdat het de kleur van de duivel en duisterheid is
C
Omdat hij verbannen is en inmiddels steelt
D
Omdat je op zwart geen bloedvlekken ziet
Slide 7 - Quiz
En welke kleur draagt Karel tijdens zijn nachtelijke rit door het bos?
A
Blauw
B
Rood
C
Wit
D
Zwart
Slide 8 - Quiz
Waar werd de vrouw van Eggerick geslagen?
A
Op haar achterhoofd en oor
B
Op haar neus en mond
C
Op haar rug
D
Op haar rug en benen
Slide 9 - Quiz
Wie vond de boekdrukkunst uit?
A
Hieronymus van Alphen
B
Eduard Douwes
C
Johannes Gutenberg
D
Eduard van Drukhoven
Slide 10 - Quiz
Welke volgorde is de juiste van de feodale piramide?
A
(God) - vazallen - achtervazallen - boeren
B
(God) - Koning - vazallen - achtervazallen
C
boeren - achtervazallen - vazallen - koning - (God)
D
(God) - koning - achtervazallen - boeren
Slide 11 - Quiz
Welk begrip past bij 'voorhoofs'?
A
Beschaving
B
Geestelijke liefde
C
Vrouwen aanbidden
D
Mannenmaatschappij
Slide 12 - Quiz
Waar ligt de nadruk op in Arthurromans?
A
Geloof - inkomen - landbouw
B
Avonturen - tweegevechten - liefde
C
Liefde - inkomen - gevechten
D
Afslachting - gevechten - geloof
Slide 13 - Quiz
Renaissance
Slide 14 - Slide
Wanneer was de rennaisance?
A
15de, 16de en 17de eeuw
B
15de en 16de eeuw
C
16de en 17de eeuw
D
16de, 17de en 18de eeuw
Slide 15 - Quiz
Hoeveel regels heeft een sonnet?
A
12
B
14
C
18
D
20
Slide 16 - Quiz
Een toneelstuk moest éénheid van tijd, plaats en handeling hebben. Wat houdt éénheid van tijd in?
A
Dat het verhaal zich binnen één uur moet afspelen
B
Dat het verhaal zich binnen 24 uur moet afspelen
C
Dat het verhaal zich binnen één week moet afspelen
D
Dat het verhaal zich binnen één jaar moet afspelen.
Slide 17 - Quiz
Welke soort rijmschema bestaat niet?
A
Gepaard rijm
B
Dubbel rijm
C
Omarmend rijm
D
Gekruist rijm
Slide 18 - Quiz
Hoeveel strofen heeft een sonnet?
A
2
B
3
C
4
D
5
Slide 19 - Quiz
Hoe heet ons volkslied?
A
Willem van Oranje
B
Wilhelmus van Oranje
C
Willem van Nassaue
D
Wilhelmus
Slide 20 - Quiz
Wat voor een soort gedicht/lied is het Wilhelmus?
A
Alliteratie
B
Extrapostitie
C
Acrostichon
D
Enjambement
Slide 21 - Quiz
Hoeveel coupletten heeft het Wilhelmus?
A
2
B
5
C
16
D
25
Slide 22 - Quiz
Verlichting
Slide 23 - Slide
Wanneer was de verlichting?
A
17de eeuw
B
18de eeuw
C
19de eeuw
D
20ste eeuw
Slide 24 - Quiz
Wie schreef het bekende gedicht 'De Pruimenboom'?
A
Tyandro Dolman
B
Philips van Marnix van St. Aldegonde
C
Erasmus van Rotterdam
D
Hieronymus van Alphen
Slide 25 - Quiz
Hoe heet de bundel waar dat gedicht uitkomt, het eerste kinderboek ooit?
A
Kleine katechismus voor kinderen
B
Proeve van kleine katechismus voor kinderen
C
Proeve van kleine gedichten voor kinderen
D
Kleine katechismus der natuur voor kinderen
Slide 26 - Quiz
Wat is de wijze les van het gedicht 'De Pruimenboom'?
A
Zelf initiatief nemen
B
Delen met anderen
C
Gehoorzaam zijn
D
Niet kwaadspreken over je ouders
Slide 27 - Quiz
Wat is 'De Hollandse Spectator'?
A
Een briefroman
B
Een imaginair reisverhaal
C
Een toneelstuk
D
Een tijdschrift
Slide 28 - Quiz
Welke functie hadden tijdschriften in de verlichting?
A
Meningen verspreiden, (spot)prenten tonen en tips geven
B
Recepten delen, contactadvertenties en tips delen
C
Meningen verspreiden, stripverhalen tonen en nieuws delen
D
Recepten, weerberichten en nieuwtjes delen en evenementen aankondigen
Slide 29 - Quiz
Betje Wolf en Aagje Deken schreven een bijzonder nieuw type boek, een...
A
Reisverhaal
B
Liefdesroman
C
Briefroman
D
Psychologische roman
Slide 30 - Quiz
Eén van de bekendste briefromans gaat over Sara ...
A
Burgerhart
B
Edelhart
C
Burgervrouw
D
Edeling
Slide 31 - Quiz
Een bekend imaginair reisverhaal uit de verlichting is...
A
De Warenar
B
Gijsbrecht van Amstel
C
Reize door Apenland
D
Apenhart de burgervrouw
Slide 32 - Quiz
Een belangrijke functie van het imaginaire reisverhaal was:
A
Mensen vermaken
B
Kritisch zijn
C
Fantasie prikkelen
D
In de toekomst kijken
Slide 33 - Quiz
More lessons like this
periode verlichting en romantiek klas 9H
September 2021
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
HA4: Historische letterkunde weetjesquiz
September 2023
- Lesson with
32 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
laatste les 4H literatuurgeschiedenis
December 2022
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Literatuurgeschiedenis
March 2024
- Lesson with
19 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
4h Quiz De Verlichting
January 2024
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Literatuur 1500-1700 inleiding
September 2023
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
HAZ_Verlichting 4hg 2024
January 2024
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
Justus van Effen en de Hollandsche spectator
December 2022
- Lesson with
43 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 5