Aan het eind van deze les:
- Weet je welke vraagwoorden er in het Engels zijn en wanneer je deze moet gebruiken.
- Weet je wanneer je a of an moet gebruiken in een Engelse zin.
- Kun je in het Engels iets vertellen of vragen over sport.
- kun je in het Engels zeggen dat iets niet mag.
- Kun je in het Engels vragen of zeggen dat iets mag.