Deelvraag: Hoe maakten de agrarische revolutie en de demografische revolutie de Industriële Revolutie mogelijk?
1 / 13
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2
This lesson contains 13 slides, with text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Paragraaf 5.1
Argrarische en demografische revolutie
Deelvraag: Hoe maakten de agrarische revolutie en de demografische revolutie de Industriële Revolutie mogelijk?
Slide 1 - Slide
Jethro Tull
Zoon van een edelsmid
Studeerde aan de universiteit van Oxford
Zwakke gezondheid dus rondreizen door Europa:
Tal van nieuwe ideeën en opvattingen
Slide 2 - Slide
Terug in Engeland
Aan het werk op het landgoed van zijn ouders
Veel verspilling van o.a. zaden
Jethro bedacht een zaaimachine: die stopte netjes alle zaadjes in de grond. De opbrengst werd 8x zo groot!
Slide 3 - Slide
Common fields
Ook voor andere werkzaamheden op de akkers kwamen er machines: alleen voordeel voor grote akkers.
Probleem: in Engeland waren er voor de boeren alleen maar kleine akkers op de open fields.
Meeste landbouwgrond was voor gezamelijk gebruik; verschillende boeren mochten daar hun vee later grazen voor gemeenschappelijk gebruik.
Het parlement wilde de common fields verkopen.
Slide 4 - Slide
Verkopen van de common fields
Opgekocht door de adel.
Velden werden omheind --> enclosures.
Aangemoedigd door de enclosure acts, wetten die di mogelijk maakten.
3 miljoen van de 13 miljoen hectare werd een enclosure
Slide 5 - Slide
-Wisselbouw--> steeds andere gewassen werden gezaaid op de grond, zodat de grond niet uitgeput raakte.
- Andere gewassen zoals aardappelen, mais en bonen.
- Gebruik gemaakt van de de ijzeren ploeg
- Het paard werkt als trekdier gebruikt.
Slide 6 - Slide
Gevolgen van de argrarische revolutie
Meer en beter voedsel.
Minder landarbeiders nodig en kleine boeren moesten er mee stoppen.
De werkloosheid steeg op het platteland.
Deze mensen trokken naar de stad.
Slide 7 - Slide
Demografische Revolutie
Gevolg van de grotere landbouwopbrengsten: de bevolking groeit.
1750-1850 van 6 naar 18 miljoen inwoners.
Mede oorzaak: betere hygiëne, gezondheidszorg.
Meer kleding nodig--> gunstig voor de textielindustrie.
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
onderzoeksvraag
Gezien de gevolgen op de lange termijn geven de begrippen agrarische revolutie en demografische revolutie goed weer wat er in Engeland vanaf 1750 gebeurde, maar als we kijken naar de gevolgen op korte termijn zijn deze begrippen overdreven
Slide 11 - Slide
Op de lange termijn produceerde een kleinere groep boeren voldoende voedsel voor een sterk groeiende bevolking. Zonder die hogere voedselopbrengsten had de bevolking niet zo snel kunnen groeien. Dan zou je voor de industrie minder arbeiders en minder consumenten hebben.
Voor 1750 was er nauwelijks sprake van bevolkingsgroei. In de negentiende eeuw was de bevolking met de factor 3,5 gegroeid. Nooit eerder in de geschiedenis was het inwonertal zo sterk gestegen. De omvang en de betekenis van deze veranderingen werden pas achteraf duidelijk; tijdgenoten merkten er zelf niet zo veel van. Dus: op lange termijn was het duidelijk dat het ‘revoluties’ waren, maar in de tijd zelf (op korte termijn) kon men deze niet als zodanig herkennen.