HV1 tekstdoelen en tekstsoorten + herhaling strategieën en ow + hd

§3 Tekstdoelen en tekstsoorten
Herhaling van:
§1 lees- en woordraadstrategieën

§2 onderwerp en hoofdgedachte

1 / 39
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

§3 Tekstdoelen en tekstsoorten
Herhaling van:
§1 lees- en woordraadstrategieën

§2 onderwerp en hoofdgedachte

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
- Ik herhaal de geleerde begrippen van §1 t/m 3.

- Ik beantwoord vragen op de juiste manier.

- Ik weet hoe ik kan leren voor TW1.

- Ik oefen met een leestekst en pas al het geleerde toe.

Slide 2 - Slide

De 7 woordraadstrategieën:
1 Zoek een synoniem 
2 Zoek een omschrijving
3 Zoek een definitie
4 Zoek een voorbeeld
5 Zoek een tegenstelling
6 Zoek een bekend woorddeel
7 Bekijk de illustratie
Deze moet je toe kunnen passen. Oefen er dus mee!

Slide 3 - Slide

Noteer zoveel mogelijk woordraadstrategieën:

Slide 4 - Open question

De 7 woordraadstrategieën:
1 Zoek een synoniem 
2 Zoek een omschrijving
3 Zoek een definitie
4 Zoek een voorbeeld
5 Zoek een tegenstelling
6 Zoek een bekend woorddeel
7 Bekijk de illustratie
Deze moet je toe kunnen passen. Oefen er dus mee!

Slide 5 - Slide

De 4 LEESstrategieën zijn:

Slide 6 - Open question

Leesstrategieën:
1) Oriënterend lezen 
2) Zoekend lezen
3) Globaal lezen 
4) Precies lezen
§1 Strategieën

Slide 7 - Slide

Oriënterend lezen
Doel: je zoekt het onderwerp van een tekst.
Aanpak: Je bekijkt de titel en tussenkopjes, je leest de eerste alinea, je bekijkt de illustratie, je leest anders gedrukte woorden.

§1 Strategieën

Slide 8 - Slide

Zoekend lezen
Doel: je zoekt een antwoord op in de tekst
Aanpak: je kijkt de tekst snel door. Je let op tussenkopje, anders gedrukte woorden en tekens (bolletjes, streepjes etc.) 
Die kunnen je helpen het antwoord te vinden. 
§1 Strategieën

Slide 9 - Slide

Globaal lezen
Doel: Deelonderwerpen vaststellen
Aanpak: Lees de eerste en laatste zin van elke alinea. Bepaal steeds waar de alinea over gaat. Soms gaan een aantal alinea's over hetzelfde deelonderwerp, die alinea's kunnen samen eenzelfde tussenkopje krijgen. 
§1 Strategieën

Slide 10 - Slide

Precies lezen
Doel: De hoofdgedachte van de tekst bepalen.
Aanpak: Je leest de hele tekst nauwkeurig van het begin tot het eind.
§1 Strategieën

Slide 11 - Slide

Lees onderstaande leessituaties. Welke leesstrategie pas je toe?
Situatie 1: 
Om 07.00 uur valt de krant door de brievenbus. Voordat je naar school gaat, wil je snel weten wat het belangrijkste nieuws is. 
Situatie 2: 
Voor biologie moet je een werkstuk maken over klimaatverandering. Je hebt op een internet een tekst gevonden over het klimaat. Je wilt weten of je de tekst kunt gebruiken.
Situatie 3: 
Je hebt een toets over voor geschiedenis. Je leest de tekst in je geschiedenisboek.
Situatie 4:
Je wilt een pretpark bezoeken en bent benieuwd naar de prijzen. Je bezoekt de website van het pretpark.
Orienterend lezen
Globaal lezen
Precies lezen
Zoekend lezen

Slide 12 - Drag question

Het onderwerp
1. Het onderwerp van een tekst vind je door te letten op: 
  • De titel
  • De eerste alinea 
  • Een afbeelding bij de tekst 
  • Tussenkopjes en vetgedrukte of onderstreepte woorden in de tekst.
2. Vervolgens lees je de eerste alinea (inleiding).
3. Dan vertel je in een paar woorden waar de tekst over gaat = onderwerp.

Slide 13 - Slide


Dus het onderwerp van een tekst is waar de tekst over gaat in een of enkele woorden

Slide 14 - Slide

De hoofdgedachte
  • De hoofdgedachte is een heel korte samenvatting in één zin. Het is het belangrijkste wat de schrijver wil vertellen. 

  • De hoofdgedachte = het onderwerp + dat wat daarover verteld wordt.  

  • Om de hoofdgedachte te formuleren moet je dus eerst het onderwerp en het tekstdoel bepalen.

  • Het onderwerp = waar de tekst over gaat. Dat kun je vaak met één of enkele woorden zeggen.
  • Tekstdoel = wat de schrijver met de tekst wil bereiken.

Slide 15 - Slide

Dus het onderwerp van een tekst is waar de tekst over gaat en de hoofdgedachte van een tekst is wat de schrijver van die tekst de lezer duidelijk probeert te maken.

Slide 16 - Slide

Hoe vind je de hoofdgedachte?

  • Vraag je af wat de schrijver vertelt over het onderwerp
  • Zoek in de eerste alinea of in het slot van een tekst. 
  • De hoofdgedachte hoeft niet letterlijk in de tekst te staan. 
  • Let op! Twee teksten met hetzelfde onderwerp kunnen heel goed twee verschillende hoofdgedachtes hebben.
  • Bedenk wat de tekstsoort en het tekstdoel is, de hoofdgedachte heeft daar mee te maken.

Slide 17 - Slide

TW1 leerstof - kleine aanpassing:


Theorieblokken op blz. 10, 12, 13, 18, 24  + online 
>>>> Dus NIET die op blz. 16, 23, 28 (en dus ook niet die opdrachten)
- Oefen met teksten in de planning 'leren voor de toetsweek'
- Oefen met het formuleren van je antwoord
- Maak alle huiswerkopdrachten > houd je het niet bij? Dan kom je na en maak je het op school na schooltijd af.

Slide 18 - Slide

§3 Tekstdoelen en tekstsoorten

Slide 19 - Slide

Tekstdoelen en tekstsoorten
- amuseren         = dat je je vermaakt
- informeren       = dat je iets te weten komt
- instrueren         = dat je leert hoe je iets moet doen
- overtuigen        = de schrijver wil dat je zijn mening overneemt
- activeren           = dat je iets wel (of niet) gaat doen


Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Wat is het tekstdoel van dit filmpje?
A
Activeren
B
Amuseren
C
Informeren
D
Instrueren

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Slide

Wat is het tekstdoel van deze tekst?
A
Informeren
B
Activeren
C
Amuseren
D
Instrueren

Slide 24 - Quiz

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Wat is het doel van dit recept?
A
Informeren
B
Activeren
C
Amuseren
D
Instrueren

Slide 27 - Quiz

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Wat is het tekstdoel van deze tekst?
A
Informeren
B
Activeren
C
Amuseren
D
Instrueren

Slide 30 - Quiz

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Wat is het tekstdoel van deze tekst?
A
Informeren
B
Activeren
C
Instrueren
D
Overtuigen

Slide 33 - Quiz

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Wat is het belangrijkste doel van dit artikel?
A
Informeren
B
Instrueren
C
Overtuigen
D
Amuseren

Slide 36 - Quiz

Slide 37 - Slide

Tekstdoelen en tekstsoorten op een rijtje:
Je moet de tabel leren EN van een tekst de tekstsoort en het tekstdoel kunnen noemen.

Slide 38 - Slide

Aan de slag!
  • §3 Tekstdoelen en tekstsoorten

Opdracht 7 + 8 blz. 26, 27, 28

Slide 39 - Slide