Britse Rijk 1.1 online 3

Historische context - Britse Rijk 1585-1900
1.1 Nieuwe samenlevingen
les 3
1 / 17
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4,5

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Historische context - Britse Rijk 1585-1900
1.1 Nieuwe samenlevingen
les 3

Slide 1 - Slide

7. Wat waren de economische en politieke motieven voor het verzet van de kolonisten tegen Groot-Brittannië?.
8. Hoe werden verlichte ideeën als trias politica, volkssoevereiniteit en natuurlijke rechten toegepast in de Amerikaanse grondwet?
9. Wat waren argumenten voor en tegen abolitionisme?
10. Waarom zorgde het verbod op slavenhandel en slavernij in het Britse Rijk voor de economische neergang van Jamaica en Barbados?
Leerdoelen
Vertel maar.

Slide 2 - Slide

18 Het begin van de Europese overzeese expansie.
21 De protestantse reformatie die splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg had.

25 Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie.

27 Rationeel optimisme en ‘verlicht denken’ dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen.
29 Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden trans-Atlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme.
30 De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap.









Kenmerkende aspecten
Welke KA's passen bij het stuk dat je voor vandaag bestudeerd hebt?

Slide 3 - Slide

18 Het begin van de Europese overzeese expansie.
21 De protestantse reformatie die splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg had.

25 Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie.

27 Rationeel optimisme en ‘verlicht denken’ dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen.
29 Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden trans-Atlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme.
30 De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap.









Kenmerkende aspecten
Welke KA's passen bij het stuk dat je voor vandaag bestudeerd hebt?

Slide 4 - Slide

Een oorzaak is anders dan een aanleiding. Wat is een aanleiding?
A
De directe reden voor iets
B
datgene wat een bepaalde omstandigheid of gebeurtenis teweegbrengt

Slide 5 - Quiz

Wat was voor de kolonisten de aanleiding om in opstand te komen tegen het Britse bestuur.
A
De afschaffing van de slavernij
B
Dat de kolonisten teveel inspraak hadden in het bestuur
C
De invoerbelasting op producten, zonder inspraak in het bestuur van de kolonie
D
De oorlog tussen de Britten en de Fransen in Amerika

Slide 6 - Quiz

Wat was voor de kolonisten de oorzaak om in opstand te komen tegen het Britse bestuur.
A
De afschaffing van de slavernij
B
Dat de kolonisten teveel inspraak hadden in het bestuur
C
De invoerbelasting op producten, zonder inspraak in het bestuur van de kolonie
D
De oorlog tussen de Britten en de Fransen in Amerika

Slide 7 - Quiz

De Britse belastingen raakten bijna alle kolonisten in Noord-Amerika. Geef hiervoor een verklaring.

Slide 8 - Open question

Verlichte denkers zagen volkssoevereiniteit als alternatief voor absolute vorsten.
Maar wat betekent volkssoevereiniteit?
A
Een kleine groep mensen heeft de macht namens het volk .
B
Het volk heeft alle macht.
C
Het volk heeft de hoogste macht en bepaalt wie de bestuurders zijn.
D
Het volk wijst één leider aan dat namens hen gaat besturen.

Slide 9 - Quiz

‘Als er een centrale waarheid te leren is uit de geschiedenis van alle tijden, is het wel deze: dat de rechten en vrijheden van de mensen, en de democratische mix in een staatsbestel nooit in stand gehouden kunnen worden zonder de uitvoerende en de wetgevende macht van elkaar te scheiden. Als de uitvoerende macht, of een aanzienlijk deel daarvan, in handen gelaten wordt van een aristocratische of democratische assemblee (parlement), zal het de wetgevende macht corrumperen zoals roest onherroepelijk ijzer aantast, of zoals arsenicum het menselijk lichaam. En als de wetgevende macht aangetast wordt, zal het volk te gronde gericht worden.’

Uit: John Adams, Een verdediging van het staatsbestel in de Verenigde Staten van Amerika (1787).
Waarom is volkssoevereiniteit zo belangrijk voor de kolonisten?

Slide 10 - Slide

Het recht op vrijheid en het recht op zelfbescherming zijn twee natuurrechten die in de Verlichting belangrijk worden.
Leg dat uit voor de Amerikaanse kolonisten met een voorbeeld van beide natuurrechten.
antwoord
Het recht op vrijheid is voor de kolonisten heel belangrijk omdat de eerste kolonisten vooral naar Noord-Amerika kwamen om daar hun eigen geloofsovertuiging te kunnen behouden en na te leven. Het recht van zelfbescherming is belangrijk omdat de kolonisten hun positie in Amerika niet zonder slag of stoot hebben gekregen, daar is strijd met bijvoorbeeld de indianen aan vooraf gegaan.

Slide 11 - Slide

‘Als er een centrale waarheid te leren is uit de geschiedenis van alle tijden, is het wel deze: dat de rechten en vrijheden van de mensen, en de democratische mix in een staatsbestel nooit in stand gehouden kunnen worden zonder de uitvoerende en de wetgevende macht van elkaar te scheiden. Als de uitvoerende macht, of een aanzienlijk deel daarvan, in handen gelaten wordt van een aristocratische of democratische assemblee (parlement), zal het de wetgevende macht corrumperen zoals roest onherroepelijk ijzer aantast, of zoals arsenicum het menselijk lichaam. En als de wetgevende macht aangetast wordt, zal het volk te gronde gericht worden.’

Uit: John Adams, Een verdediging van het staatsbestel in de Verenigde Staten van Amerika (1787).
Welke 2 argumenten voert John Adams hier aan voor het invoeren van de Trias Politica in het Amerikaanse staatsbestel
antwoord
Argument 1: de wetgevende macht mag niet worden aangetast, dat zal het volk te gronde richten.
Argument 2: alleen een scheiding der machten kan zorgen voor behoud van de rechten en vrijheden van mensen.

Slide 12 - Slide

antwoord
Vanuit verlicht motief: alle mensen zijn gelijkwaardig aan elkaar.
Vanuit christelijk motief: het is niet goed als een mens een ander mens zo overheerst en misbruikt.
Noem twee motieven die abolistionisten hadden om de slavernij te willen afschaffen en geef bij elk motief een argument dat werd gebruikt om de slavernij af te wijzen.
Tekening uit Twelve Years a Slave, over Salomon Northup, deze tekening laat de hereniging met zijn gezin zien. Het boek speelde een grote rol in de beeldvorming over slavernij bij abolitionisten in de Verenigde Staten.

Slide 13 - Slide

Noem een argument om de slavernij in stand te willen houden.

Slide 14 - Open question

Afschaffing slavernij VS
Kolonisatie Roanoke Island
Aankomst Pilgrim Fathers
Boston Teaparty
Onafhankelijkheid VS
Afschaffing slavernij GB
Afschaffing van de handel in slaven in het Britse Rijk
VS krijgt een president en een congres
1585
1620
1773
1776
1789
1807
1833
1865

Slide 15 - Drag question

Welke vragen heb je nog?

Slide 16 - Open question

huiswerk
bestudeer par 1.2 vanaf 'Handelsmonopolie voor de Britten t/m Het verdrag van Allahabad.' 

maak een samenvatting
laat ruimte voor wat je niet begrijpt.

Slide 17 - Slide