MM GS 2.1 en 2.2

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 1

Een groot rijk met meerdere werelddelen noemen we een....

Zet deze drie begrippen
/periodes op de juiste volgorde.

Republiek

Keizerrijk

Koningkrijk

In de republiek was er geen vorst. Wie bestuurde het rijk? De....

Wie zaten er in de senaat?

1. Rijke en vaak oude mensen
2. Vrouwen en mannen van elke stand
3. vrouwen en mannen die rijk waren
4. Legeraanvoerders

Wat moesten overmeesterde gebieden afstaan aan de Romeinen?

Hiermee wilden Romeinse keizers het volk laten zien welke volkeren zij hadden verslagen en hoeveel rijkdommen zij hadden buitgemaakt:

1. Een tentoonstelling
2. Theatervoorstellingen
3. Brood en spelen
4. Triomftochten

wat is er hier op de achtergrond te zien? een....

Wat was Spartacus?

1. Een keizer
2. Een belangrijk lid van het senaat
3. Een gladiator
4. Een legeraanvoerder

In Griekenland ontstond nijverheid (ambachten). Welk beroep hoort bij nijverheid (ambachten)?

1. Visser
2. Boer
3. Soldaat
4. Timmerman

Is dit Grieks of Romeins?

1. Grieks
2. Romeins

hoe kan het dat er in het Romeins Rijk een multiculturele samenleving was?

1. iedereen was Romeins
2. Uit het Romeins Rijk waren veel landen en culturen betrokken
3. leefden mensen met dezelfde achtergrond
4. iedereen had dezelfde cultuur.

Grieks of Romeins?

1. Grieks
2. Romeins

wat was geen voordeel om een Romeinse burger te worden?

1. Je kreeg gelijke rechten
2. er kwamen nieuwe uitvindingen
3. je moest belasting betalen
4. er was veiligheid

Grieks of Romeins?

1. Grieks
2. Romeins