les 8 - Opvattingen in de 17e en 18e eeuw

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Thema 4

Het slavernijverleden van Nederland

Opvattingen in de 17e en 18e eeuw

Les 8

Ooit gehoord van Anna van Vossenburg?

Anna van Vossenburg

- Slavin uit Suriname (plantage Vossenburg; suikerriet plantage met ca. 100 slaven)

- 1728 vader overlijdt: dochters naar NL gehaald door hun oom (burgermeester Arnhem) (Anna moet mee volgens testament)

- na aankomst alle drie ziek: oom betaald voor zorg. Hij koopt ook een Bijbel en kleding voor haar. 

-na aankomst wordt Anna vrijgelaten: in Arnhem geen slaven.

- als de dochters naar een kostschool gaan, mag ook Anna naar school. 

Toen een van de dochters trouwde trok Anna bij haar in (Bakkerstraat). Haar zus gaat wonen in Zuypendaal en neemt met haar man de plantage over. 

- Als Hester overlijd, blijft zij bij het gezin en ontfermt zich over hun zoon.

- Anna sterft met 69 jaar. Ze laat een zilveren kurkentrekker na aan de kleinzoon van Hester. 

Wat gaan we doen?

1. Inleiding (algedaan)
2. Hoofdvraag
3. Uitleg
4. Opdracht
5. Nabespreking
6. Afsluiting

Hoofdvraag

Hoe dacht men in Nederland in de periode van slavernij over slavernij?

Uitleg

Toen Portugal het enige Europese land was dat aan slavernij deed op haar plantages, spraken we er in Nederland schande van...

Slavernij zou onchristelijk zijn en 'typisch Spaans-katholiek'. 

Zelfs toen de WIC werd opgericht, stond slavernij niet op hun agenda. Men wilde wel nieuwe koloniën, maar die moesten bevolkt worden door Nederlanders. 

Pas toen we koloniën overnamen (en de slavenplantages daarop) werd het idee van slavernij snel acceptabel... de slaven waren nodig. 

Maar de discussie was zeker niet over. Want de kwestie slavernij bleef de gemoederen bezig houden. 

Want was slavernij niet gewoonweg fout? En hoe zat het met de behandeling van de slaven?

Opdracht

• Lees de uitspraken van de personen uit de 17e en 18e eeuw.
• Zet ze in het kwadrant (punt + initialen). 
• Bepaal of de personen (op basis van de uitspraak voor of tegen slavernij zijn en waarom)   
  .
  

Nabespreken

Analyseer het kwadrant. 

Wat valt op?

. .
. .

Jacobus Kapitein

Vreemde eend...?

Hoofdvraag

Hoe dacht men in Nederland in de periode van slavernij over slavernij?

Afsluiting

• Wat heb je vandaag geleerd?
• Zijn er nog vragen?

Huiswerk

Lezen stuk 7 en 8

Maken 24 t/m 32 (verwerken)