Les 6 - 22 sept

• Frans
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Le programme d'aujourd'hui

• Grammaire 

• Temps pour travailler
  

• Lollyquiz
  

• Battle??

Grammaire/ passé composé

Vertaal:

- Ik heb gewerkt.

- Hij heeft gereisd.

- Wij hebben gepraat.

Grammaire/ passé composé

Antwoorden:

-J'ai travaillé

- Il a voyagé.

- Nous avons parlé.

Grammaire/ passé composé

p. 33 Vertaal

- U bent GEWEEST

- Jij hebt GEHAD

- Zij hebben GEMAAKT

Grammaire/ passé composé

p. 33 Vertaal

- U bent GEWEEST

- Jij hebt GEHAD

- Zij hebben GEMAAKT

Grammaire/ passé composé

p. 33 Vertaal

- Vous avez été

- Tu as eu

-Ils (elles) ont fait

Le programme d'aujourd'hui

• Grammaire 

• Temps pour travailler
  

• Lollyquiz
  

Temps pour TRAVAILLER

• On fait les exercices du planning
  

• On corrige

• On signe (aftekenen)

Le programme d'aujourd'hui

• Grammaire 

• Temps pour travailler
  

• Lollyquiz
  

néerlandais

1. Nederlander
2. Nederland
3. Nederlands
4. Nederlandse

Il fait beau

1. Het is mooi weer.
2. Het is koud weer.
3. Het is slecht weer.
4. Het is warm weer.

a. Je suis
b. J'ai

1. a. Ik heb b. Ik ben
2. a. Ik ben b. Ik heb
3. a. Jij bent b. Jij hebt
4. a. Jij hebt b. Jij bent

a. je veux = ik wil
b. la dispute = de reis

1. a. correct b. pas correct
2. a. correct b. correct
3. a. pas correct b. pas correct
4. a. pas correct b. correct

a. mais
b. vrai

1. a. maïs b. waar
2. a. maïs b. hoe
3. a. maar b. waar
4. a. maar b. hoe

trop

1. vreselijk
2. waardeloos
3. zien
4. te veel

Spaans

1. l'Espagne
2. espagnol
3. Espagnol
4. l'espagne

la gare

1. het station
2. het stadion

Tu as parlé français? (laatste vraag)

1. Praat jij Frans?
2. Praat hij Frans?
3. Heb jij Frans gepraat?
4. Heeft hij Frans gepraat?

GRAMMAIRE - oefenen

PASSÉ COMPOSÉ (klik hier) :