Taalverwerving les 6b

Doel van de les
1. Korte herhaling over de hersenen en onthouden.
2. Wat is chunken?
3. Eindopdracht in de les.
1 / 32
next
Slide 1: Slide
Leren-lerenMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Doel van de les
1. Korte herhaling over de hersenen en onthouden.
2. Wat is chunken?
3. Eindopdracht in de les.

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Beter onthouden?
  • Associëren
  • Visualiseren
  • Herhalen (snelweg)
  • Voorkennis activeren (kapstok)
  • Meerdere zintuigen
  • Chunken

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Sensorisch geheugen: verlenging van zintuigen 
(zien, horen, proeven, ruiken, voelen)  
Korte termijn geheugen: werkplaats van het geheugen 
bijvoorbeeld een telefoonnummer onthouden
Langetermijn geheugen: opgeslagen informatie 
bijvoorbeeld fietsen of je veters strikken

Sensorisch geheugen: verlenging van zintuigen
(zien, horen, voelen, ruiken, proeven)

Korte termijn geheugen: werkplaats van het geheugen
bijvoorbeeld voor even een telefoonnummer onthouden

Langetermijn geheugen: opgeslagen informatie
bijvoorbeeld fietsen of je veters strikken

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Beter onthouden?
  • Associëren
  • Visualiseren
  • Herhalen (snelweg)
  • Voorkennis activeren (kapstok)
  • Meerdere zintuigen
  • Chunken

Slide 6 - Slide

This item has no instructions



Associëren 


Je hersenen maken vaak automatisch
allemaal associaties. Hoe meer informatie je
aan iets koppelt, hoe makkelijker
je het onthoudt! Je kan al je zintuigen 
gebruiken om associaties te maken.

Slide 7 - Slide

Meer informatie: 
Onderzoekers verdeelden deelnemers in twee groepen en lieten beide groepen een foto van een persoon zien. Tegen de ene groep zeiden ze dat dit een bakker was en tegen de andere groep werd gezegd dat deze persoon de achternaam "Bakker" had.  Na een aantal dagen bleek de eerste groep veel beter te hebben onthouden dat de persoon een bakker was, dan dat de tweede groep de naam "Bakker" had onthouden. Dit komt omdat mensen bij een beroep veel meer associaties maken dan bij een onbekende naam. Dit onderzoek laat zien dat hoe meer informatie je aan iets koppelt, hoe groter de kans is dat je het ook daadwerkelijk onthoudt. 
Beter onthouden?
  • Associëren
  • Visualiseren
  • Herhalen (snelweg)
  • Voorkennis activeren (kapstok)
  • Meerdere zintuigen
  • Chunken

Slide 8 - Slide

This item has no instructions



Visueel denken

Je hersenen zijn ontzettend goed
in het bedenken en onthouden van
plaatjes.

Hoe gekker en groter het plaatje is, 
hoe makkelijker je het onthoudt.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Beter onthouden?
  • Visualiseren 
  • Associëren
  • Herhalen (snelweg)
  • Voorkennis activeren (kapstok)
  • Meerdere zintuigen
  • Chunken

Slide 10 - Slide

This item has no instructions



Veranderende hersenen

Als je iets leert ontstaan er nieuwe 
verbindingen in je hersenen.
 Door te herhalen worden die 
verbindingen sterker en sterker. 
Daarom kun je overal beter in worden!

Slide 11 - Slide

  • Lees de slide voor en klik door naar het filmpje op de volgende slide.

Slide 12 - Video

  • Speel het filmpje één keer af.
  • Zorg dat de leerlingen meedoen met het filmpje en hun schoen.
Beter onthouden?
  • Visualiseren 
  • Associëren
  • Herhalen (snelweg)
  • Voorkennis activeren (kapstok)
  • Meerdere zintuigen
  • Chunken

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Het is bewezen dat je nieuwe kennis beter kunt onthouden en begrijpen als hij wordt gekoppeld aan oude kennis die je al hebt. Voorkennis noem je dat.

Daarom is het belangrijk om, voor je start met leren, jezelf af te vragen:
1. Wat weet ik al over dit onderwerp?
2. Welke voorkennis heb ik nodig om de nieuwe informatie goed te kunnen begrijpen en verwerken?

 

Daarom is het belangrijk om jezelf (voor je start met leren) af te vragen: 
1. Wat weet ik al over dit onderwerp?
2. Welke voorkennis heb ik nodig om de nieuwe informatie goed te kunnen begrijpen en verwerken?

Het is bewezen dat je nieuwe kennis beter onthoudt en begrijpt als hij wordt gekoppeld aan oude kennis die je al hebt. Voorkennis noem je dat.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Beter onthouden?
  • Visualiseren 
  • Associëren
  • Herhalen (snelweg)
  • Voorkennis activeren (kapstok)
  • Meerdere zintuigen
  • Chunken

Slide 15 - Slide

This item has no instructions


Je leert beter wanneer je verschillende 
zintuigen gebruikt! 

Zien, horen, ruiken, voelen, proeven


Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions



Het geheugenpaleis

In het volgende filmpje wordt
'het geheugenpaleis' uitgelegd:
een techniek die
geheugenkampioenen gebruiken
om beter te onthouden.


Slide 18 - Slide

  • Lees de slide voor.
  • Introduceer het filmpje.
timer
2:00

Slide 19 - Slide

  • Laat het voorbeeld zien.
  • Zet de timer aan.

Slide 20 - Video

This item has no instructions

Schrijf zoveel mogelijk premiers van Nederland op!

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Beter onthouden?
  • Visualiseren 
  • Associëren
  • Herhalen (snelweg)
  • Voorkennis activeren (kapstok)
  • Meerdere zintuigen
  • Chunken

Slide 22 - Slide

This item has no instructions



Getallen onthouden

Op de volgende slide staat een lang
getal. Probeer deze in één minuut zo
goed mogelijk te onthouden.

Slide 23 - Slide

  • Lees de tekst op de slide voor.
3141592

Slide 24 - Slide

  • Lees de tekst op de slide voor.


Voorbeeld

Een zwangere vrouw (3) en een
giraffe (1) 
zitten in een zeilboot (4),
waarop de giraffe (1) een sleutel (5)
in een slak (9) steekt, en het plotseling
een zwaan (2) wordt!
Het getal: 3141592


Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Eindopdracht:
1. Wat heb je geleerd over onthouden en de hersenen?
2. Welke methoden van onthouden ken je nu?
3. Welke methode werkt voor jou het beste en waarom?
4. Welke geheugenuitdaging is er voor jou nog voor de kerst?
5. Schrijf op welke woorden/onderwerpen je nog weet van de geheugentrainingen in de les.

Slide 26 - Slide

This item has no instructions



Wat wordt jouw experiment?

Slide 27 - Open question

  • Laat de leerlingen de vraag beantwoorden.


                   
                                   
                         1. Zon - Kat  
                         2. Appel - Gras   
                         3. Melk - zonnebrand                                     4. Schoen - Rapper   
                         5. Plank - Boot     
                         6. Bal - Vrachtwagen                                     7. Banaan - Hamer 
                         8. Italiaan - Slang  
                         9. Winkel - Theepot  
                         10. Pindakaas - Stoel 




11. Koning - Snor
12. Dief - Racewagen
13. Nagel - Zonnebloem
14. Kasteel - Feesthoed
15. Batterij - Bed
16. Ninja - Maan
17. Explosie - Watermeloen
18. Ketting - Schaar
19. Broccoli - Boom
20. Sinaasappel - President

Kijk je antwoorden na

Slide 28 - Slide

  • Laat de leerlingen hun antwoorden nakijken.


Kijk je antwoorden na


1. Strandbal - Vliegtuig        6. Olifant - Vinger   
2. Chinees - Cadeau              7. Chips - Foto         
3. Stift - Bank                          8. Rood - Leeuw     
4. Wortel - Leraar                   9. Badkamer - Fles
5. Kussen - Zonnebloem   10. Kwast - Yoghurt

Slide 29 - Slide

  • Laat de leerlingen hun antwoorden op de woorparentest nakijken.


Rijtjes onthouden

1. Mond 
2. Keel
3. Slokdarm
4. Maag


5. Twaalfvingerige darm
6. Dunne darm
7. Dikke darm
8. Endeldarm
timer
0:25

Slide 30 - Slide

  • Zet de timer aan.
  • Ga naar de volgende slide zodra de timer afloopt.

Wat is de volgorde van het
spijsverteringsstelsel?

Slide 31 - Open question

  • Laat de leerlingen de vraag beantwoorden.


Het spijsverteringsstelsel

1. Mond 
2. Keel
3. Slokdarm
4. Maag


5. Twaalfvingerige darm
6. Dunne darm
7. Dikke darm
8. Edeldarm

Slide 32 - Slide

  • Laat de leerlingen de plaatjes koppelen aan de juiste plekken in hun geheugenpaleis.