- Je weet hoe je het meervoud schrijft van zelfstandige naamwoorden.
- Je kent de 4 manieren waarop je het meervoud van zelfstandige naamwoorden kunt maken.
This lesson contains 46 slides, with interactive quizzes and text slides.
kast- kasten
duif- duiven
kaas- kazen
Schrijf de -s vast aan het woord. Bijvoorbeeld:
tasje-tasjes
kantine-kantines
Als je het woord met -s eraan vast verkeerd uitspreekt, gebruik je 's. Bijvoorbeeld:
foto- foto's
En bij afkortingen gebruik je ook 's
cd- cd's
Meervoud op -ën
Bijvoorbeeld:
zee- zeeën
theorie- theorieën
Uitzonderingen:
Als de klemtoon niet op de laatste lettergreep ligt, komt er geen extra e bij. Bijvoorbeeld
bacteriën, poriën
kalf- kalveren
pad- paden
groente- groentes-groenten
museum- museums- musea
Hoofdstuk 3
Meervoud
Taalverzorging