versnellen en vertragen 2TL

Dagopening
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Dagopening

Slide 1 - Slide

Hoe heb jij deze vakantie laten zien dat je respect hebt voor anderen?

Slide 2 - Open question

Versnellen en vertragen


Slide 3 - Slide

Lesdoelen
  • Je kunt de begrippen constante snelheid, versnellen en vertragen uitleggen.
  • Je kunt in een afstand-tijddiagram herkennen of je te maken hebt met een constante, versnelde of vertraagde beweging. 

Slide 4 - Slide

Beweging betekent snelheid.
Wat is het symbool voor snelheid? Wat is de eenheid van snelheid?
A
symbool: v eenheid: m/s
B
symbool: s eenheid: m/s
C
symbool: v eenheid: km/h
D
symbool: s eenheid: km/h

Slide 5 - Quiz

Het symbool voor tijd is ...
A
v
B
s
C
t
D
a

Slide 6 - Quiz

Het symbool voor afstand is ...
A
v
B
s
C
t
D
a

Slide 7 - Quiz

Eenheden

Slide 8 - Slide

Eenparige (constante) beweging

Slide 9 - Slide

 versnelde beweging

Slide 10 - Slide

vertraagde beweging

Slide 11 - Slide

Wat gebeurt er bij constante snelheid?
A
Versnelling neemt toe
B
Geen versnelling of vertraging
C
Beweging stopt
D
Snelheid verandert

Slide 12 - Quiz

Als je stilstaat, heb je dan ook een constante snelheid?
A
Ja
B
Nee

Slide 13 - Quiz

Welk diagram hoort bij een versnelde beweging?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 14 - Quiz

Bij een versnelde beweging wordt de snelheid
A
groter
B
kleiner

Slide 15 - Quiz

Wat is een vertraagde beweging?
A
Een beweging waarbij je steeds sneller gaat.
B
Een beweging waarbij je steeds langzamer gaat.
C
Een constante beweging.

Slide 16 - Quiz

Welke van deze is een vertraagde beweging?
A
Plaatje 1
B
Plaatje 2
C
Plaatje 3

Slide 17 - Quiz

Een fietser legt 20 kilometer af in 60 minuten met constante snelheid
Wat was zijn constante snelheid?
A
20 km/uur
B
20 km/minuut
C
60 minuut/km
D
1 uur/km

Slide 18 - Quiz

Welke auto heeft
een vertraagde
beweging?
A
bovenste
B
middelste
C
onderste

Slide 19 - Quiz

Bij welk deel is de beweging vertraagd?
A
3 en 7
B
5 en 6
C
4 en 6
D
3 en 5

Slide 20 - Quiz