2.5 Gesloopt gesteente

2.5 Gesloopt gesteente
1 / 41
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 41 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

2.5 Gesloopt gesteente

Slide 1 - Slide

Vandaag:
- Start Exogene krachten (Verwering)
- Uitleg fysische verwering
- Uitleg chemische verwering
- Koppeling verwering met klimaten

Slide 2 - Slide

Endogene en exogene krachten

Slide 3 - Slide

Exogene Krachten
  • Erosie 
  •  Verwering
  • Sedimentatie

Slide 4 - Slide

Verwering

Slide 5 - Slide

Leerdoelen
Je weet welke typen verwering er zijn en welke processen verantwoordelijk zijn voor verwering.
Je begrijpt dat in de aride zone vooral mechanische verwering plaatsvindt.
Je kunt met behulp van het klimaat in een gebied bepalen welke verweringprocessen plaatsvinden.

Slide 6 - Slide

Gebergten veranderen
Een gebergte brokkelt langzaam af. Verwering is hier de oorzaak van.
Def.: Het afbrokkelen van gesteente onder invloed van het weer of planten en dieren

Twee soorten verwering:
  • Mechanische verwering
  • Chemische verwering

Slide 7 - Slide

Wat is de meest logische volgorde van de processen transport (1), erosie (2), verwering (3) en sedimentatie (4)?
A
1,2,3,4
B
2,4,1,3
C
3,1,2,4
D
4,2,1,3

Slide 8 - Quiz

Verwering
  • Verwering is het uiteenvallen van een gesteente in kleinere delen
  • Het is de eerste stap bij de afbraak van een gebergte
  • Oorzaak vooral:   invloed van het weer

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Afwisseling vorst - dooi
  • In spleetjes komt water dat uitzet als het bevriest, de steen wordt "open" geduwd
  • Als het dooit wordt de spleet weer kleiner
  • Als dit vaak gebeurt barst de steen

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Temperatuurverschillen
Warm > steen zet uit
Koud> steen krimpt
Als dit heel vaak gebeurt barst de steen

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Duwkrachten
  • Bijv. boomwortels die groeien duwen steen kapot
  • Dit is fysisch, maar ook biologisch

Slide 16 - Slide

Wanneer gaat fysische verwering snel?
  1. Sterke temperatuurwisselingen per dag
  2. Veel afwisseling vorst-dooi
  3. Het gesteente ligt aan de oppervlakte

Slide 17 - Slide

Chemische verwering

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Wanneer gaat chemische verwering snel?
  1. Hoge temperaturen
  2. Hoge vochtigheid
  3. Het gesteente ligt ondergronds

Slide 20 - Slide

Karstverschijnselen 
  • Er valt neerslag. 

  • Neerslag wordt zuur door
    de plantenwortels. 

  • Neerslag sijpelt door het gesteente naar beneden. 

  • Kalksteen lost op. 

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Op een gegeven moment stort het dak in: Doline

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Welke vorm van chemische verwering is ook biologisch?
A
oplossen in water
B
reageren met zuurstof
C
oplossen in zuur van wortels
D
kapotduwen door boomwortels

Slide 26 - Quiz

Veel chemische verwering
Veel fysische verwering
Hoge temperatuur
Afwisseling vorst-dooi
Veel neerslag
Gesteente aan de oppervlakte

Slide 27 - Drag question

Hoeveelheid chemische en fysische verwering hangt dus samen met het klimaat!

Slide 28 - Slide

Kenmerken klimaten haal je uit een grafiek

Slide 29 - Slide

Waar is de meeste chemische verwering?

Slide 30 - Slide

Waar is de meeste chemische verwering?
Grafiek D > want hoge temperatuur en veel neerslag

Slide 31 - Slide

Waar is de meeste fysische verwering?

Slide 32 - Slide

Waar is de meeste fysische verwering?
Grafiek C   > want groot temperatuurverschil

Slide 33 - Slide

En de andere twee grafieken 
(A en B) ?

Slide 34 - Slide

Bij de andere
twee grafieken
A
is er geen verwering
B
is er ongeveer evenveel van beide soorten

Slide 35 - Quiz

En waar op aarde is er dan veel verwering?

Slide 36 - Slide

evenaar, tropisch
warm en nat, dus veel chemische verwering
20 graden NB, woestijn
droog, dus vooral fysisch
50 graden NB, gematigde breedte
zowel fysisch als chemisch
75 graden NB, toendra
wisseling vorst-dooi, vooral fysisch

Slide 37 - Slide

In Nederland is er dus ...
A
mix chemisch en fysisch
B
geen verwering
C
vooral chemisch
D
vooral fysisch

Slide 38 - Quiz

Noem 3 punten die je deze les hebt geleerd

Slide 39 - Open question

Noem 1 onderdeel die je nog moeilijk vindt van paragraaf 2.3

Slide 40 - Open question

Aan de slag

Slide 41 - Slide