17-11-2023 H2A grammaire bijvoeglijk naamwoord

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Bonjour à tous!

Di 28 november - SO ABCD h.2

Wat moet je leren?

-Voca A + B → p.88  (F-NL / NL- F)

-Phrases-clés C → p.90 (F-NL / NL- F)

-Grammaire D (bijvoeglijk nw én de plaats in een zin) →  p.91

-Werkwoorden être, avoir en aller → p.165

Aujourd'hui:

- Grammaire

Lis le grammaire en silence

 à la page 70-71

Het bijvoeglijk naamwood

- Het bijvoeglijk naamwoord zegt iets over het zelfstandig nw.

In het Frans pas je het bijvoeglijk naamwoord aan, aan het zelfstandig naamwoord dat erbij hoort.

Bijvoorbeeld:

Le garçon a une veste noire.

Het bijvoeglijk naamwoord schema

	mannelijk	vrouwelijk
enkelvoud	-	+e
meervoud	+s	+es

Voorbeelden

Le sac à dos (rouge) -> le sac à dos rouge

Ma soeur est (grand) -> ma soeur est grande

Les garçons (intelligent) -> les garçons intelligents

Mes copines sont (petit) -> mes copines sont petites

	m	v
enk	-	+e
mv	+s	+es

Als het bijvoeglijk naamwoord al eindigt op een 'e' of 's' ..... 

La voiture (rouge) -> rouge. 

Les sacs à dos (gris) -> gris.

	m	v
enk	-	+e
mv	+s	+es

Uitzonderingen (die niet volgens het schema gaan)

De plaats van het bijv. nw

Het bijvoeglijk naamwoord staat altijd ACHTER het zelfst. nw

- un garçon intelligent

- une route dangereuse

Máár de uitzonderingen (vorige dia) staan altijd VOOR het zelfstandig naamwoord

- une belle fille

Samenvatting

Is het bijvoeglijk naamwoord geen uitzondering? -> je schrijft het op aan de hand van het bijv. nw schema én je weet dat het 

ACHTER het zelfstandig naamwoord moet

Is het bijvoeglijk naamwoord een uitzondering? -> je hebt geleerd hoe je hem juist moet opschrijven én je weet dat het VOOR het zelfstandig naamwoord moet

Au travail!

Fais les exercices: 16, 17 et 18a