This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Rekenen
Berekenen van een oppervlakte
Slide 1 - Slide
lengte
breedte
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Wat is de oppervlakte?
A
40 cm2
B
28 cm2
C
24444 cm2
D
14 cm2
Slide 5 - Quiz
A
35 m2
B
30 cm2
C
300 cm2
D
300 m2
Slide 6 - Quiz
Een gum is 4 centimeter lang en 3 centimeter breed. Wat is de oppervlakte van de gum
A
12 cm2
B
34 cm2
C
12 m2
D
33 m2
Slide 7 - Quiz
Het schoolplein is een rechthoekig plein. Het plein is 40 meter bij 20 meter. Hoe groot is de oppervlakte
A
80 vierkante meter
B
40 vierkante meter
C
78 vierkante meter
D
800 vierkante meter
Slide 8 - Quiz
De tafel heeft een oppervlakte van 2 vierkante meter. De tafel is 2 meter lang. Hoe breed is de tafel?
A
1 meter
B
30 meter
C
10 meter
D
3 meter
Slide 9 - Quiz
De huiskamer van meneer Buis heeft een oppervlakte van 64 vierkante meter. De kamer is 8 meter lang. Hoe breed is de kamer?
A
7 meter
B
8 meter
C
3 meter
D
2 meter
Slide 10 - Quiz
De oppervlakte van een klaslokaal reken je uit in...
A
vierkante kilometer
B
vierkante hectometer
C
vierkante meter
D
vierkante decimeter
Slide 11 - Quiz
De oppervlakte van je tafel reken je uit in...
A
vierkante meter
B
vierkante centimeter
C
vierkante decimeter
D
vierkante kilometer
Slide 12 - Quiz
Een voetbalveld is ongeveer;
A
1 vierkante meter
B
1 vierkante kilometer
C
1 vierkante hectometer
D
1 hectare
Slide 13 - Quiz
Oppervlakte schrijf je in...
A
meter (m)
B
kilo (kg)
C
vierkante meter (m2)
D
liter (l)
Slide 14 - Quiz
Het fietsenhok van een school is 10 m lang en 2 m breed. Wat is de oppervlakte van dit fietsenhok?
A
10 vierkante meter
B
12 vierkante meter
C
20 vierkante meter
D
40 vierkante meter
Slide 15 - Quiz
oppervlakte is .....
A
4 m²
B
8 m²
C
1 6 m²
D
16 vierkante meter
Slide 16 - Quiz
Pim heeft een tuin van 4 m x 5 m. Hij wil de hele tuin beleggen met nieuw gras. Hoeveel vierkante meter gras heeft Pim nodig? Schrijf alleen het getal op.