2MHA&T 5.1

• Economie
• Middelbare school
• vmbo k, g, t
• Leerjaar 2

Paragraaf 5.1

Hoe verkoop je je product?

Programma

Leg je huiswerk open.

Vragen over het huiswerk?

Programma

Informatie over de toets

Leerdoelen 5.1

Uitleg 5.1

Aan de slag met de toets

Afronding en evaluatie

Toets direct na de vakantie

Hoofdstuk 3&4 leren!

Maken de online oefentoetsen

Vragen over de toets?

Mail mij.

Leerdoelen 5.1

1.  Je weet wat vraag en aanbod is.
   
2.  Welke rol vraag en aanbod spelen op de markt.
   
3. Dat anderen invloed hebben op wat je koopt.
   
4.  Wat bedrijven doen om meer te verkopen.

Van wie komt de vraag naar producten?

1. Consumenten
2. Winkels
3. Fabrikanten
4. Producenten

Een product wordt duurder.
Wat is het gevolg?

1. Meer mensen kopen het product
2. Minder mensen kopen het product

De prijs stijgt.
Wat is het juiste gevolg?

1. De vraag stijgt
2. De vraag daalt

2 soorten markten!

De prijs stijgt als ...

1. De vraag harder stijgt dan het aanbod
2. De vraag even hard stijgt als het aanbod
3. Het aanbod harder stijgt dan de vraag

Procenten

5% van 1000=?

(5/100)x1000=50

Of procentuele stijging:

(Nieuw-Oud)/Oud:

opgave 10 blz 146;

Herhaling 5.1:
Als de prijs stijgt, daalt de vraag.

1. Waar
2. Niet waar

Herhaling 5.1
De markt van vraag en aanbod kun je bezoeken.

1. Waar
2. Niet waar

Herhaling 5.1
Als het aanbod meer stijgt dan de vraag, dan daalt de prijs

1. Waar
2. Niet waar

"Als ik iets wil kopen en een vriend/vriendin vindt het niet mooi, dan koop ik het niet."

Mee eens

Niet mee eens

Soms wel, soms niet

"Als vrienden een bepaald spel of iets anders hebben, dan wil ik het ook hebben."

"Ja, meteen

Ja, uiteindelijk wel

Soms wel, soms niet

Nee, nooit

"Als een beroemd persoon of influencer iets heeft/laat zien, wil ik dat product ook hebben."

Ja, dan wil ik dat meteen hebben

Ja, dan koop ik het uiteindelijk ook

Soms wel, soms niet

Nee, dat doe ik nooit

Alles wat een bedrijf doet om meer te verkopen =

1. Omzet
2. Marketing
3. Aanbod
4. Investeren

Oefentoets maken hoofdstuk 3&4

Of  maak van paragraaf 5.1.

Direct na de vakantie dus de toets.

Hoe: Alleen

Tijd: tot het einde van de les

Resultaat: Je kunt de leerdoelen uitleggen van hoofstuk 3&4 en eventueel 5.1..

Klaar: ga rustig verder met het leren voor de toets.

Aan de slag!

Snap je de uitleg nog niet  helemaal?

Vinger omhoog.

Leer je toets goed, oa:

De begrippen van hfst 3&4

Maak de herhalingsopdrachten en eventueel nog de plusopdrachten.

Huiswerk: Geen extra huiswerk.

Wat vonden jullie van deze les?

Zijn de lesdoelen helder?

Afronding&evaluatie

Snap je onderdelen van de toets nog niet  helemaal?

Mail mij.

Sociale invloed

Commerciële invloed

Familie, vrienden en bekenden

Vanuit bedrijven

Iets kopen omdat een klasgenoot het ook heeft

Iets kopen omdat een influencer het zegt

Iets kopen omdat een winkel hier reclame voor maakt.