TSK, leerjaar 1, blok 2, les 1

Bloeddruk

1 / 29

Slide 1: Slide

Skills theorieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Lesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Bloeddruk

Slide 1 - Slide

Wat is bloeddruk?

Bloeddruk is de druk die het bloed uitoefent op de slagaderwanden.

Slide 2 - Slide

Hoe wordt bloeddruk gemeten?

Bloeddruk wordt gemeten met een bloeddrukmeter, waarbij twee waarden worden vastgesteld:

de systolische druk en
de diastolische druk.

Slide 3 - Slide

Systolische druk en diastolische druk

Bovendruk (systolische druk):

het bloed wordt in de slagader gepompt, het hart bevindt zich in samentrekkingsfase.

Onderdruk (diastolische druk):

het hart bevindt zich in ontspanningsfase.

Slide 4 - Slide

Wat heb je nodig om de bloeddruk te kunnen meten?

Bloeddrukmeter

(Stethoscoop)

Slide 5 - Slide

Wat gebeurt er tijdens het bloeddrukmeten?

1: de bloeddrukband drukt het bloedvat

helemaal dicht

2: het bloedvat heeft net genoeg kracht

om door de band heen te gaan.

Je hoort de eerste slag.

Je meet nu de SYSTOLE.

3: het bloed kan weer "normaal" door het

het bloedvat stromen.

Je hoort de laatste slag.

Je meet nu de DIASTOLE.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Video

De juiste plaats van de bloeddrukband

Altijd meten aan dezelfde arm

Slide 9 - Slide

Wanneer niet meten?

Een gewonde arm of een verlamde arm
Een arm met oedeem
Een arm waarin een shunt aanwezig is
Een arm aan de zijde waar de lymfklieren zijn verwijderd
Een arm met een infuus of waaknaald
Een arm waarin een sensor zit bij een Diabetes patiënt

Slide 10 - Slide

Normaalwaarde

De normaalwaarde van de bloeddruk is ongeveer 120/80 mmHg.

Slide 11 - Slide

Afwijkende bloeddruk

Een afwijkende bloeddruk kan:

te hoog (hypertensie) zijn <140/95 zijn

te laag (hypotensie) zijn <100/60 zijn.

Slide 12 - Slide

Gevolgen van een te hoge bloeddruk

Een te hoge bloeddruk kan leiden tot hart- en vaatziekten, zoals een beroerte of hartfalen.

Slide 13 - Slide

Samenhang met cardiovasculaire aandoeningen

Hoge bloeddruk is een risicofactor voor het ontwikkelen van cardiovasculaire aandoeningen, zoals hart- en vaatziekten.

Slide 14 - Slide

De hartslag

Slide 15 - Slide

Waar kun je de hartslag voelen?

Aan de slagader:

bij de slaap
in de hals
in de elleboogplooi
aan de pols
in de lies
in de knieholte
aan de enkel
op de voet

Slide 16 - Slide

Wat kun je meten aan de hartslag?

De frequentie van de slagen: wat is het aantal slagen per minuut?
De regelmaat van de slagen: is de pols regelmatig of niet ?
De gelijkmatigheid van de slagen: zijn de slagen gelijk gevuld?
De kracht van de slagen: is de slag al of niet heftig?

Slide 17 - Slide

De hartslag kan gemakkelijk
   gemeten worden door de kloppingen te
   tellen van een bloedvat in de pols vlak
   onder de duim. Dit wordt de polsslag genoemd.

Slide 18 - Slide

Quiz

Test je kennis over bloeddruk met deze quiz.

Slide 19 - Slide

Hypertensie

Hypotensie

Hoge bloeddruk

Lage bloeddruk

Slide 20 - Drag question

Wat is hypertensie?

Een ontsteking van de bloedvaten

Een normale bloeddruk

Een hoge bloeddruk

Een lage bloeddruk

Slide 21 - Quiz

Wat is de diastolische druk?

De druk op de vaatwanden tijdens het samentrekken van het hart

De druk op de vaatwanden na het sporten

De druk op de vaatwanden tijdens het ontspannen van het hart

De druk op de vaatwanden bij uitademing

Slide 22 - Quiz

Wat is de systolische druk?

De druk op de vaatwanden na het eten

De druk op de vaatwanden bij inademing

De druk op de vaatwanden tijdens het ontspannen van het hart

De druk op de vaatwanden tijdens het samentrekken van het hart

Slide 23 - Quiz

Wat is bloeddruk?

De kracht waarmee het bloed tegen de vaatwanden drukt

De snelheid waarmee het bloed stroomt

De hoeveelheid bloed in het lichaam

De temperatuur van het bloed

Slide 24 - Quiz

Wat betekent CVRM?

Cardiovasculair risicomanagement

Chronische vaat- en hartziekten

Circulair vasculair risicomodel

Centrum voor Risicovolle Medische behandelingen

Slide 25 - Quiz

Wat is hypotensie?

Hoge bloeddruk, waarbij de druk in de bloedvaten te hoog is.

Verhoogde hartslagfrequentie.

Lage bloeddruk, waarbij de druk in de bloedvaten te laag is.

Verminderde bloedstroom naar organen.

Slide 26 - Quiz

Waar wordt 'pols tellen' vaak voor gebruikt?

Om de bloeddruk te meten

Om de tijd te bepalen

Om de hartslag te meten

Om de polsmaat op te nemen

Slide 27 - Quiz

Wat is een andere benaming voor 'pols tellen'?

Klokken

Slaan

Pulseren

Tikken

Slide 28 - Quiz

Wat deed jou hartslag tijdens deze les?

Omhoog, ik vond het interessant

Omlaag, ik vond het saai

Gelijk, niet saai of intressant

Slide 29 - Poll