§3.4 Zonder werk?

Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 1 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

§3.4 Zonder werk?

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
Aan het eind van de les:
  • Je kunt uitleggen wanneer iemand werkloos is.
  • Je weet wat de gevolgen van technologische ontwikkelingen kunnen zijn.
  • Je weet wat ontslag is en wat de gevolgen ervan kunnen zijn.


Slide 3 - Slide

Programma
  • Uitleg en aantekeningen "zonder werk" (15 min)
  • Lessonup quiz (10 min)
  • Zelfstandig opdrachten maken (15 min)
  • Lingo (10 min)
  • Keuzeopdracht (25 min)


Slide 4 - Slide

Werkloos
  • Werkloos = tussen de 15 en pensioenleeftijd (68)
  • Op zoek naar werk

  • Bijvoorbeeld:
  • Een huisvrouw van 32 jaar oud die niet op zoek is naar werk en geen baan heeft.
  • Hoort zij bij de werklozen?
  • Antwoord: Nee, want ze heeft wel de juiste leeftijd, maar ze is niet op zoek naar werk.

Slide 5 - Slide

Werkloosheid
  • Werkloosheid = meer werkzoekenden dan dat er banen zijn
  • Werkloosheid wordt minder als bedrijven meer mensen nodig hebben

Slide 6 - Slide

Werkloos
  • Ontslag = werkloos zonder dat je het wilt
  • Ontslag nemen = werkloosheid waar je zelf voor kiest

  • Als je ontslag wilt nemen dan = opzegtermijn 

  • Tijdelijk geen nieuwe baan = > UWV helpt met het vinden + WW-uitkering


Slide 7 - Slide

Wat is een opzegtermijn?
A
Einddatum van een contract
B
Begindatum van een contract
C
De tijd tussen ontslag nemen en einddatum
D
Het termijn dat je iets kunt opzeggen

Slide 8 - Quiz

Als je niet werkt, ben je nog niet werkloos. Wanneer ben je wel werkloos?
A
Je bent actief op zoek naar werk.
B
Je hebt geen baan.
C
Je bent tussen de 15 en de pensioenleeftijd.
D
Je voldoet aan alle drie voorwaarden (A+B+C)

Slide 9 - Quiz

Wie is werkloos?
A
Jasmijn (14) is op zoek naar haar eerste bijbaantje.
B
Tom (68) is gepensioneerd.
C
Willem (38) ontvangt iedere maand een WW-uitkering.
D
Roos werkt bij de Belastingdienst en is op zoek naar een nieuwe baan.

Slide 10 - Quiz

De opzegtermijn is
A
hoe lang je de bowlingbaan mag gebruiken.
B
de proefperiode.
C
een soort gevaarlijke mierensoort.
D
de tijd tussen opzeggen en stoppen met je baan.

Slide 11 - Quiz

Wie is werkloos?
A
Monique (50) is huisvrouw en wil niet werken.
B
Sara (14) is op zoek naar een bijbaantje.
C
Tim (28) heeft geen werk en is op zoek naar een baan.
D
Bart (42) werkt in een supermarkt en is op zoek naar een nieuwe baan.

Slide 12 - Quiz

Opdracht
Wat: Opdracht 43 t/m 48  blz. 80 
Hoe: In je schrift of op een blaadje. Schrijf altijd je berekening op.
Tijd: 15 minuten (stiltemoment) 
Resultaat: Beoordeel jezelf zoals de docent dat zou doen. 
Klaar: iets voor jezelf. Niet op je telefoon.


timer
15:00

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Opdracht
Optie 1: 
Wat: Maak een Blooket van de begrippen van paragraaf 3.1 t/m 3.4
Hoe: Maak de antwoorden zo dat het juiste antwoord niet logisch is
Tijd: +- 20 min
Resultaat: deel de blooket met de docent
Klaar: iets voor jezelf doen.


optie 2: Maak de rekenparagraaf van hoofdstuk 3




timer
20:00

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Lesdoelen
Aan het eind van de les:
  • Je weet wat ontslag is en wat de gevolgen ervan kunnen zijn.
  • Je kunt uitleggen wat het UWV voor je kan betekenen na ontslag.
  • Je kunt gegevens aflezen uit een lijndiagram.


Slide 17 - Slide

Zonder werk
§6.4

Log alvast in bij Lessonup!

Slide 18 - Slide

Lijndiagram

Slide 19 - Slide

Staafdiagram
  • Wat staat er op de x-as?
  • Namen van kinderen
  • Wat staat er op de y-as?
  • Hoogte van het zakgeld.
  • Wat is de eenheid van de y-as?
  • Euro's

Slide 20 - Slide

Staafdiagram
  • Wat geeft de x-as aan?
  • Aantal mannen én aantal vrouwen x 1000
  • Wat geeft de y-as aan?
  • Leeftijd in jaren
  • Wat is de eenheid van de x-as?
  • Aantal personen x 1000
  • Wat is de eenheid van de y- as?
  • Jaren

Slide 21 - Slide

UWV
Bij werkloosheid:
  • aanmelden bij het UWV
  • Uitkering
  • Helpen met een baan

Slide 22 - Slide

Technologische ontwikkelingen
Voordeel technologie:
Alles wordt makkelijker voor de mensheid
Ook komen er nieuwe banen (ict, webdesigners, machines en robots)

Nadeel:
Er verdwijnen ook banen (machines en robots)

Filmpje

Slide 23 - Slide

Programma
  • Uitleg en aantekeningen Sociale zekerheid (15 min)
  • Lessonup quiz (10 min)
  • Zelfstandig opdrachten maken (15 min)
  • Lingo (10 min)
  • Keuzeopdracht (25 min)


Slide 24 - Slide

Opdracht
Wat: opdracht 50 t/m 56 vanaf blz. 82
Hoe: In de digitale methode, Schrijf altijd je berekening op.
Tijd: 15 minuten (stiltemoment) 
Resultaat: Beoordeel jezelf zoals de docent dat zou doen. 
Klaar: iets voor jezelf. Niet op je telefoon.


timer
15:00

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Opdracht
Optie 1: 
Wat: Maak een Blooket van de begrippen van paragraaf 3.1 t/m 3.4
Hoe: Maak de antwoorden zo dat het juiste antwoord niet logisch is
Tijd: +- 20 min
Resultaat: deel de blooket met de docent
Klaar: iets voor jezelf doen.


optie 2: Maak de rekenparagraaf van hoofdstuk 3




timer
20:00

Slide 27 - Slide