Praktische economie hoofdstuk 3, paragraaf 4
1 / 20
Lesson duration is: 120 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Wat betekent de afkorting KvK?
A
Kamer van Kooplieden
B
Kamer van Kopers
C
Kamer van Koopwaar
D
Kamer van Koophandel
Slide 3 - Quiz
Noem 3 redenen waarom een iemand voor zichzelf gaat beginnen.
Slide 4 - Open question
Slide 5 - Video
De heren De Kort en De Lang zijn samen eigenaar van een kapperszaak met rechtsvorm vof. In 2018 was firmant De Kort fulltime als kapper in de zaak werkzaam. Firmant De Lang deed uitsluitend administratie en had daaraan een halve weektaak. In hetzelfde jaar werkten in de zaak tien kappers in loondienst, van wie er vier een volledige en zes een halve baan hadden. Hoe is de aansprakelijkheid van De Kort en De Lang voor de schuld van de firma geregeld?
A
De Kort en De Lang zijn niet met hun privévermogen voor de schuld aansprakelijk
B
De Kort en De Lang zijn met hun privévermogen ieder voor de hele schuld aansprakelijk
C
De Kort en De Lang zijn met hun privévermogen ieder voor de helft van de schuld aansprakelijk
Slide 6 - Quiz
Vraag 10 uit je boek van paragraaf 3.3., maak nu een foto van je antwoorden
Slide 7 - Open question
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Schrijf 2 verschillen op tussen een stichting en vereniging (blz 96 en 97)
Slide 10 - Open question
Schrijf een overeenkomst tussen een stichting en vereniging (blz 96 en 97)
Slide 11 - Open question
Slide 12 - Slide
Een organisatie die geen winst maakt is...
A
niet-commercieel
B
commercieel
Slide 13 - Quiz
Een stichting heeft leden.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 14 - Quiz
Wat is onjuist over een stichting?
A
Een stichting krijgt meestal donaties of subsidies.
B
Bestuurders van een stichting mogen niet zelf aan de stichting verdienen.
C
Voor het uitvoeren van taken voor een stichting kan een stichting wel mensen in dienst nemen.
D
Een stichting word bestuurd door aandeelhouders.
Slide 15 - Quiz
Slide 16 - Slide
Omschrijf de 5 taken van een manager (blz 97!)
