Periode 1 leerjaar 1 BK

Periode 1 leerjaar 1
leer onderdeel; 
- Words 
- Watching & listening
- Reading
- Grammar 
- Writing 




1 / 17
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Periode 1 leerjaar 1
leer onderdeel; 
- Words 
- Watching & listening
- Reading
- Grammar 
- Writing 




Slide 1 - Slide

Your first singing lesson is on Friday 29 April.
Vertaal het woord: lesson
A
les
B
volgen
C
lees
D
advies

Slide 2 - Quiz

You can choose your own festival.
Vertaal het woord; choose
A
gekozen
B
kiezen
C
vertalen
D
bedenken

Slide 3 - Quiz

What's the topic of this book?
Vertaal het woord; topic
A
naam
B
schrijver
C
onderwerp
D
auteur

Slide 4 - Quiz

I'm really happy.
Vertaal het woord; really
A
erg vinden
B
heel erg
C
oprecht
D
menen

Slide 5 - Quiz

Do you know the lyrics of all her songs?
Vertaal het woord; lyrics
A
vertalen
B
nummer
C
songtekst
D
album

Slide 6 - Quiz

What are you going to do next week?
Vertaal het woord; next
A
volgende
B
vorige
C
overslaan
D
volgen

Slide 7 - Quiz

I think Beyoncé has a great _________________________
Welk woord past het beste?
A
say
B
next
C
topic
D
voice

Slide 8 - Quiz

Justin Bieber wear great clothes he ha's a great .......?
welk woord past het beste?
A
taste
B
voice
C
music
D
lesson

Slide 9 - Quiz

Finding a good restaurant is not an easy .....?
welk woord past het beste?
A
price
B
task
C
location
D
time

Slide 10 - Quiz

welke is goed gespeld?
A
Thuresday
B
Thursday
C
Thurday
D
Therusday

Slide 11 - Quiz

welke is goed gespeld?
A
January
B
Januari
C
Janaury
D
Januerie

Slide 12 - Quiz

welke is goed gespeld?
A
Marhe
B
Marthe
C
Martch
D
March

Slide 13 - Quiz

welke is goed gespeld?
A
Teusday
B
Tuicesday
C
Tuesday
D
Tieusday

Slide 14 - Quiz

Vertaal van Nederlands naar Engels:
Geweldig
A
Fantastic
B
Awesome
C
great
D
pretty

Slide 15 - Quiz

Vertaal van Nederlands naar Engels;
Klinken
A
Sound
B
Bass
C
Voice
D
Click

Slide 16 - Quiz

Vertaal van Nederlands naar Engels;
Omdat
A
Well
B
Because
C
Will
D
Chosen

Slide 17 - Quiz