HV2 Bedrijvend en lijdend

1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  • Je leert dat een zin in de bedrijvende en in de lijdende vorm kan staan
  • Je leert deze twee vormen onderscheiden
  • Je leert de bedrijvende vorm omzetten naar een lijdende vorm en andersom 

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide


Bedenk een zin bij de foto

Slide 5 - Open question

Slide 6 - Slide

Bedrijvende zin
Lijdende zin
De vriendelijke man aaide de hond.
De hond werd geaaid door de vriendelijke man. 

Slide 7 - Drag question

Koppel de juiste begrippen aan elkaar
Passief
Actief
Bedrijvend
Lijdend

Slide 8 - Drag question

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Vandaag wordt de was door mijn moeder in de tuin opgehangen.
Zet deze zin in de bedrijvende vorm

Slide 14 - Open question

Het proefwerk was door de hele klas goed gemaakt.
Zet deze zin in de bedrijvende vorm

Slide 15 - Open question

En nu andersom: van bedrijvend naar lijdend.
Vanmiddag maken zij de weektaken voor Engels en Duits op hun werkkamer af.

Slide 16 - Open question

Verander deze zin van lijdend naar bedrijvend.
In de meets van vorige week werd door veel leerlingen de audio uitgezet.

Slide 17 - Open question

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Door-bepaling
Als je een zin lijdend maakt, kun je het onderwerp uit de bedrijvende zin opnemen door middel van een door-bepaling

Voorbeeld: 
  • Bedrijvende zin: Kleintjes eisen overal de aandacht op.
  • Lijdende zin: De aandacht wordt overal opgeëist door kleintjes. 

Slide 22 - Slide

Maak van de volgende zin een lijdende zin met een door-bepaling:
Ouders raapten al die dingen weer op.

Slide 23 - Open question

EINDE!!

Slide 24 - Slide