Voeding 7.2 + 7.4

• FD
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 4

Wat hebben wij vorige week behandeld?

7.1 Zorg voor voeding 

Niet alle mensen eten graag wat jij eet.

Mensen met verschillende geloven en levensovertuigingen maken andere keuzes over eten.

Bij het bereiden van voeding en het maken van een menu houd je daar rekening mee.

Je houdt rekening met de wensen van de bewoner.

Eten bereiden

Moslims eten geen varken en halal.

Joodse mensen eten geen varken en koosjer. 

Hindoes eten geen vlees van een rund of kalf. 

Vegetariërs eten geen vleesproducten. 

Ecologische eters biologisch; onbespoten groente

Er zijn ook mensen met allergieën, zoals een glutenallergie. Zij eten glutenvrij 

7.2 Hoofdmaaltijden

Het is gezond om elke dag drie maaltijden te nuttigen.

Dit noemen we de hoofdmaaltijden.

Ook is het heel belangrijk om goede, gezonde voedingsmiddelen te eten.

Een goed dagmenu bestaat uit drie maaltijden:

Ontbijt, lunch en avondeten.

Etenstijd

Ontbijt: meestal tussen 08:00 en 09:00 uur.

Lunch: tussen 12:00 en 14:00 uur 

In zorgcentrums meestal warm eten

Avondeten: tussen 17:00 en 19:30 uur

Meestal warm 

Voorafje, hoofdgerecht en toetje

7.4 Voeding bewaren

We kennen de volgende plekken om voedsel te bewaren:

 Voorraadkast, koelkast, diepvries 

De keukenkast: 

Deze is voor levensmiddelen die droog en donker bewaard moeten worden.

Temperatuur in de koelkast: tussen de 3 en 7 graden

Zoek een afbeelding van een product die je in de diepvries moet bewaren.

Zoek een afbeelding van een product die je in de keukenkast moet bewaren

Sommige producten kun je beter niet gekoeld bewaren, bijvoorbeeld: eieren, bananen, tomaten, komkommers, paprika’s

Toch bewaren veel mensen deze producten in de koelkast.

Vraag aan de bewoner of je begeleider als je niet weet of je een product in de koelkast moet bewaren of juist niet.

THT en TGT

THT = Ten minste Houdbaar Tot 

TGT = Te Gebruiken Tot 

Aan de slag!

www.woonhulponline.nl

Maken: t/m module 7 Voeding