V4 H2.5 12-10-2021 (significantie en binas)

Welkom :)
Ga rustig zitten en controleer je huiswerk:
7, 9, 11, 15, 22, 29, 30

1 / 28
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Welkom :)
Ga rustig zitten en controleer je huiswerk:
7, 9, 11, 15, 22, 29, 30

Slide 1 - Slide

Vorige keer:
lesdoelen
je weet wat een vrije val is
je kan rekenen met 
de valversnelling g

Slide 2 - Slide

Vandaag:
Onderwerp
Wat
Tijd
2.1-2.3
Huiswerk controleren
08.00-08.20
Significantie
Interactieve Presentatie
08.20-08.45
pauze
08.45-08.50
BINAS
Presentatie
08.50-09.00
Proefwerkopgaven of draaien van de aarde
09.00-09.30

Slide 3 - Slide

Vandaag:
  • lesdoelen:
    nauwkeurigheid & significantie:
  • je weet wat nauwkeurigheid en ± is
  • je kan rekenen met significante cijfers

  • binas: je weet hoe je binas kan gebruiken

Slide 4 - Slide

Je meet de lengte van een bureau. Welke meting is het meest precies?

A
1,5 m
B
1,50 m
C
1530 mm
D
1,5 * 10^3 mm

Slide 5 - Quiz

Waarom?
  • Natuurkunde: meten = weten
  • Nauwkeurigheid & significantie: regels om te weten hoe exact iets is

Slide 6 - Slide

Nauwkeurigheid
  • Een meting heeft altijd een nauwkeurigheid.
  • Voorbeeld: je meet de lengte van je potlood. Hoe precies kan je dit aflezen?
  • (op bord) Noteren met: lengte ± nauwkeurigheid
  • (op bord) dit betekent: meting zit tussen...

Slide 7 - Slide

Significantie
  • ± wordt niet altijd gebruikt. Bij 0,1 is het automatisch ± 0,05 (de meting ligt tussen de 0,05 en de 0,15)
  •  Wat is er preciezer? 0,1 of 0,1000
  • We hebben dus te maken met significantie cijfers:
  • het aantal cijfers vertelt ons hoe nauwkeurig de meting is

Slide 8 - Slide

Significantie: regels
  1. Het aantal significante cijfers is het aantal cijfers dat een meetwaarde heeft. (bijvoorbeeld: 1,234)
  2. Nullen aan het begin tellen niet mee (bijvoorbeeld: 0,123)
  3. Machten van 10 tellen ook niet mee 
    (bijvoorbeeld: 1,23 * 10 ^2)

Slide 9 - Slide

Hoeveel significante cijfers:
1456 m
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 10 - Quiz

Hoeveel significantie cijfers:
0,2304
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 11 - Quiz

Hoeveel significante cijfers:
0,62 * 10^4
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 12 - Quiz

Hoeveel significantie cijfers heeft de uitkomst van:
0,1 * 0,235
A
1
B
2
C
3
D
geen idee

Slide 13 - Quiz

Significantie: rekenregels
  • Het doel: je wil weten hoe precies de uitkomst is van een berekening
  • De minst nauwkeurige meetwaarde bepaalt de nauwkeurigheid van de uitkomst
  • Optellen/aftrekken: antwoord heeft het kleinste aantal cijfers achter de komma
  • Vermenigvuldigen: antwoord heeft evenveel significante cijfers als het kleinste aantal

Slide 14 - Slide

3,4 + 0,72 =
A
4,12
B
4,1
C
4,0
D
4

Slide 15 - Quiz

3,0 + 0,08
A
3
B
3,0
C
3,1
D
3,08

Slide 16 - Quiz

Je wandelt 0,21 km in 133 s. Hoe groot is je gemiddelde snelheid?
A
1,5789474 m/s
B
1,579 m/s
C
1,58 m/s
D
1,6 m/s

Slide 17 - Quiz

(bonus)
10 x 10 =
A
100
B
1,0 * 10 ^2
C
1,0 * 10 ^3

Slide 18 - Quiz

(Wetenschappelijke notatie)
  •  Erg grote of kleine getallen worden vaak opgeschreven als macht van 10. Bijvoorbeeld:
  • 1500 = 1,5 * 10^3
  • 0,0015 = 1,5 * 10 ^-3

Slide 19 - Slide

Opdracht (als er tijd is)
Maak: opdrachten 50, 53 op pagina 59

Slide 20 - Slide

Onderwerp
Wat
Tijd
2.1-2.3
Huiswerk controleren
08.00-08.20
Significantie
Interactieve Presentatie
08.20-08.45
pauze
08.45-08.50
BINAS
Presentatie
08.50-09.00
oefenen
09.00-09.10
Proefwerkopgaven of draaien van de aarde
09.10-09.30

Slide 21 - Slide

2e uur: BINAS
  •  Bij je toetsen mag je meenemen: pen, potlood, geodriehoek, rekenmachine, woordenboek & BINAS
  • Volgende slide: belangrijkste BINAS informatie

Slide 22 - Slide

Tabel
Informatie
2: vermenigvuldigingsfactoren
kilo, mega, giga, etc...
4: grootheden & eenheden
bij iedere grootheid het symbool en de eenheid
5: eenheden
hoe je eenheden kan omrekenen. Bijv: 1 mijl = 1,609 m
7: constanten
waarden van constanten, zoals g
35: natuurkundeformules
per onderwerp gesorteerd

Slide 23 - Slide

Onderwerp
Wat
Tijd
2.1-2.3
Huiswerk controleren
08.00-08.20
Significantie
Interactieve Presentatie
08.20-08.45
pauze
08.45-08.50
BINAS
Presentatie
08.50-09.00
Proefwerkopgaven of draaien van de aarde
09.00-09.30
Huiswerk
Coach downloaden
09.30

Slide 24 - Slide

Vooruitblik volgende les
lesdoelen
bezig met modelleren / coach

Huiswerk: coach downloaden + activeren
Hoe? Teams --> bestanden --> Coach staat een instructie

Slide 25 - Slide

Huiswerk
Opdrachten ...
Paragrafen ... lezen

Slide 26 - Slide

Klaar?
Moeilijke opdracht klassikaal, doorlezen, anders??

Slide 27 - Slide

(als er genoeg binas zijn)
in groepjes:
noteer wat de belangrijkste tabellen zijn (tussen 1 en 35) / wat je er uit kunt halen:


Tabel
Informatie

Slide 28 - Slide