platentektoniek

Endogene en exogene processen
1 / 40
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4,5

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Endogene en exogene processen

Slide 1 - Slide

Voorbeelden van endogene processen

Slide 2 - Mind map

Voorbeelden van exogene processen

Slide 3 - Mind map

Hoofdvraag endogene processen

Hoe en waarom verandert het uiterlijk van het aardoppervlak door de verschuiving van aardplaten?

Slide 4 - Slide

Wat weet je over plaattektoniek, aardbevingen, vulkanisme, gebergtevorming? Wat/hoe/waarom/waardoor

Slide 5 - Open question

Wat weet je over verwering, erosie, sedimentatie, massabeweging?

Slide 6 - Open question

Tijdschaal
Ouderdom van de aarde - 4,6 miljard jaar oud. 
Uitgedrukt in de geologische tijdschaal

Eerst relatief (men wist niet precies wanneer)
Naderhand nauwkeurige schattingen.

Slide 7 - Slide

Opbouw aarde
3 schillen: 
(binnen en buiten) Kern - (binnen en buiten) mantel - korst





Slide 8 - Slide

Twee sferen
Lithosfeer = aardkorst. 
Deze verdelen we onder in 2 delen:
Oceanische korst en continentale korst. 
Asthenosfeer = plastische laag onder de lithosfeer. 

Slide 9 - Slide

Continentale korst.
Lichter (massa 2,8)
Graniet
Dikker

Oceanische korst.
Zwaarder (massa 3,0)
Basalt
Dunner

Slide 10 - Slide

Drijvende continenten
Deelvragen
Wat is het actualiteitsbeginsel?
Welke bewijzen zijn er voor het bewegen van de aardplaten?

Slide 11 - Slide

Catastrofetheorie
Ingrijpende veranderingen gebeuren abrupt
(denkwijze van vroeger). 

Vroeger dacht men ook dat de aarde 6000 jaar oud was. 

Slide 12 - Slide

Wetenschap
Naderhand kwam men erachter dat de aarde veel ouder was (vele miljoenen jaren)

Catastrofetheorie maakt plaats voor het actualiteitsbeginsel
Geologische processen en krachten in het heden verschillen niet met die van het verleden. 

Slide 13 - Slide

Alfred wegener
1912 - nieuwe aanwijzingen. 

Grote overeenkomsten tussen flora en fauna in delen van de wereld die nu ver uit elkaar liggen. 

Slide 14 - Slide

Alfred wegener
Sporen van vroegere ijskappen in Afrika, Zuid-Amerika, India en Australië, maar op andere plekken tropische moerassen. 

& Kusten die op elkaar aansloten. 

Slide 15 - Slide

Pangea
Continenten waren volgens Wegener grote eilanden van relatief licht gesteente die drijven op iets in de ondergrond. 

Continenten hebben ooit aan elkaar gezeten tot 1 supercontinent. 
Dit noemen we Pangea
De oeroceaan: Panthalassa

Slide 16 - Slide

Theorie van Alfred Wegener
De theorie van de continent verschuiving ofwel
"the continental drift". 

Slide 17 - Slide

Zeevloerspreiding

Slide 18 - Slide

Drijvende continenten
Deelvragen
1. Wat is het actualiteitsbeginsel?
2. Welke bewijzen zijn er voor het bewegen van de aardplaten?

Slide 19 - Slide

Wat bedacht Alfred Wegener?

Slide 20 - Open question

Welke 2 verschillende soorten sferen zijn er?

Slide 21 - Open question

Noem 3 redenen waarom Alfred Wegener op de theorie van de continent verschuivingen kwam.

Slide 22 - Open question

Satelliet beelden
In de jaren '80 kon men met behulp van satelliet beelden metingen doen
om op deze manier de bewegingen
 van de continenten te meten. 


Slide 23 - Slide

Wat zien we nu?
We weten nu dat de aarde bestaat uit allerlei aardplaten. 
De interessante stukken van deze aardplaten bevinden zich op de grens. 

Slide 24 - Slide

Beweging van platen
Deelvragen
5. Waarom bewegen de platen?
6. Welke drie bewegingen maken de platen?

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Convectiestromen
De lithosfeer bestaat niet uit 1 geheel maar meerdere stukken. 
Over het algemeen zijn er 7 grote aardplaten en daarnaast nog vele kleinere platen. 
Deze platen "drijven" op de asthenosfeer. 



Slide 27 - Slide

Motor
De motor achter de bewegingen van de platen is de inwendige warmte van de aard(e)(kern). 

Convectiestromen dus!

Slide 28 - Slide

Plaatbewegingen
Door deze convectiestromingen bewegen de aardplaten. 

We noemen het ontstaan, bewegen en weer verdwijnen van aardplaten: "platentektoniek"

Slide 29 - Slide

Soorten bewegingen
Er zijn 3 manieren waarop aardplaten zich bewegen ten opzichte van elkaar. 

1. Divergent (uit elkaar) 
2. Convergent (naar elkaar toe)
3. Transform (langs elkaar af)

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Divergentie
Hier schuiven platen van elkaar af. 
Bij de oceaan, hier komt magma naar boven en ontstaat er nieuwe korst, de mid oceanische ruggen. 

Ook bij de continenten, soms kunnen platen scheuren. Dit zien we momenteel bij Djibouti (Oost-Afrika). 

Slide 32 - Slide

Divergentie
Bij divergentie zien we vaak rustig vulkanisme (effusief). 

Dit kan wel gevaarlijk zijn! 
Mede door de gevaarlijke stoffen die vrij komen. 

Slide 33 - Slide

Convergentie
Bij convergentie bewegen aardplaten naar elkaar toe. 
Dit kan op de volgende manieren: 
Continentale plaat tegen oceanisch
(Subductie)
Oceanische tegen oceanisch (Marianen)
Continentaal tegen continentaal (Himalaya)

Slide 34 - Slide

Subductie
Continentale plaat botst met oceanische plaat. 
Oceanische plaat is zwaarder (3,0 massa) dan de continentale plaat (2,8 massa). 
Hierdoor duikt de oceanische plaat onder de continentale plaat. 

Slide 35 - Slide

Subductie
Uiteindelijk zal door het duiken van de plaat naar de (hetere) asthenosfeer een gedeelte van de oceanische plaat smelten. 
Het gesmolten materiaal stijgt dan op en groeit aan de aardplaat óf het stijgt door en er ontstaan (strato)vulkanen. 

Slide 36 - Slide

Materiaal in de asthenosfeer warmt op door de hitte van de aardkern en wordt hierdoor wat lichter, doordat het materiaal lichter is stijgt het op richting de lithosfeer. 
Materiaal uit de asthenosfeer botst tegen de lithosfeer aan en stroomt af naar weerszijden (links en rechts). Het materiaal uit de asthenosfeer koelt nu af en zakt vervolgens weer omlaag naar de aardkern. 
Materiaal uit de asthenosfeer is afgekoeld en zakt weer naar beneden richting de aardkern. 
Materiaal uit de asthenosfeer is afgekoeld en zakt weer naar beneden richting de aardkern. 

Slide 37 - Slide

Transforme bewegingen
Bij een transforme beweging bewegen de platen langs elkaar af. 
Dit langs elkaar af bewegen gaat met horsten en stoten. 

Het kan zelfs zo zijn dat er horsten en slenken ontstaan bij deze plaatgrenzen. 

Slide 38 - Slide

Wat zijn de convectie stromingen en hoe werken deze?

Slide 39 - Open question

Welke 3 plaatbewegingen zijn er?

Slide 40 - Open question