Clase 7 a3d/a3c- H1

Hola A3C/A3D
Clase 7
1 / 26
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 26 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 70 min

Items in this lesson

Hola A3C/A3D
Clase 7

Slide 1 - Slide

Los objetivos de la clase
- Aan het eind van de les heb jij kunnen herhalen met vocabulaire 1.1 t/m 1.4
- Aan het eind van de les heb jij kunnen oefenen met de frases clave.
- Aan het eind van de les heb jij kunnen oefenen met de presente 
- Aan het eind van de les heb jij kunnen oefenen met de presente perfecto
- Aan het eind van de les heb je kunnen oefenen met de wederkerende werkwoorden. 
- Aan het eind van de les heb je kunnen oefenen met de imperativo.

Slide 2 - Slide

La planificación: 
Cinco minutos: La introducción
Cinco minutos: Comprobar los deberes
Veinte: A trabajar (individual)
  •  presente
  • presente perfecto
  • imperativo
  • gustar 
  • frases clave
  • vocabulario
Quince minutos: Vocabulario

Cinco minutos: Evaluación

Slide 3 - Slide

¿Qué pasó en España o Latinoamérica?

Slide 4 - Slide

Comprobar los deberes
Imperativo: 
subir, ustedes, positivo: suban
Bajar, vosotros, positivo: bajad
Leer, ustedes, positivo: lea
girar, ustedes, positivo: giren
Tomar, vosotros, negativo: toméis
visitar, ustedes, negativo: visiten
leer, vosotros, negativo: leáis

Slide 5 - Slide

A trabajar!
- Je gaat individueel aan het werk, oefenen met de feedback van de diagnostische toets.
- Kom in klassenlessonup, log in via je account en indien je nog niet in de klas zit:
                  - A3C: 
                  - A3D: 
- Ga naar de dia van de stof die JIJ nog lastig vindt, bekijk de uitleg (video of dia) en maak de opdrachten. 
- Je bent volledig stil, ik wil niemand horen. 
- Indien je een vraag hebt kom je bij mij aan mijn bureau. 

Buena suerte!

Slide 6 - Slide

El presente
- Bekijk de video en schrijf mee.
- Schrijf van de volgende woorden
 de juiste rijtjes op in je schrift:
' Hablar, comer, vivir' 

Slide 7 - Slide

El presente:

Slide 8 - Slide

Oefenen met de presente (herhaling)
Verbos – AR: 
 https://www.languagesonline.org.uk/Spanish/Present2/1.htm
 
Verbos – ER: 
https://www.languagesonline.org.uk/Spanish/Presente/7.htm

Verbos – IR:
https://www.languagesonline.org.uk/Spanish/Presente/5.htm

Slide 9 - Slide

Het verschil tussen presente en presente perfecto?
De presente gebeurt nu, in het heden: Yo como un bocadillo, tu estudias español, nosotros andamos por la calle. 

De presente perfecto, ook wel pretérito perfecto is al gebeurd, het is verleden tijd, alleen de tijd waar het zich in afspeelt is nog bezig. 
- Hoy he comido un bocadillo
- Tu has estudiado español este verano. 
- Nosotros hemos andado por la calle hoy.

Lees altijd de opdracht goed of ze de presente of presente perfecto van je verwachten!

Slide 11 - Slide

Presente perfecto

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

A prácticar!
Pag. 48 van je WB. 
Ej. 3AC




https://www.spanishunicorn.com/test-de-preterito-perfecto/ 

Slide 14 - Slide

Wederkerende werkwoorden
(los Verbos reflexivos)

Slide 15 - Slide

Los verbos reflexivos
1) los verbos reflexivos zijn te herkennen aan -se achter het werkwoord: ' despertarse' , 'dormirse', o 'levantarse'. (-se is te vertalen voor ' zich' in het Nederlands)
2) de persoonsvorm van de zin (el sujeto) voert de actie uit en ontvangt de actie meteen. (zich wassen, zich kleden, zich scheren)
3) -se verplaats je altijd voor het werkwoord tijdens het vervoegen (zie volgende dia) en vervoegd zich zelf ook. Het infinitief vervoegd zich dan zoals de presente.

Slide 16 - Slide

Los verbos reflexivos

Slide 17 - Slide

Los verbos reflexivos
https://www.spanishunicorn.com/verbos-reflexivos/ 
https://aprenderespanol.org/verbos/reflexivos-reciprocos-impersonales-pronominales.html 

Slide 18 - Slide

El imperativo
De 'imperativo', in het Nederlands gebiedende wijs, wordt gebruikt om iemand een bevel of opdracht te geven. 

In het Nederlands gebruiken wij alleen de Jij-vorm
Voorbeelden: 'kijk naar het bord, ga de trap op, 
eet je bord leeg.' 

In het `Spaans hebben ze echter meerdere vormen + negatieve en
positieve vorm. 

Bekijk de video en schrijf mee!

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

A prácticar!
Bekijk bron J in je tekstboek op p. 15

Hacer:
1) WB. pag. 34 ej. 30E
2) WB. pag. 35 ej. 31B
3) WB. pag. 48 ej. 3B

Slide 21 - Slide

Vocabulario:
Oefen met het vocabulaire via Quizlet:

vocab 1.1 https://quizlet.com/nl/422345997/pa-3-capitulo-1-voca-11-flash-cards/
vocab 1.2 https://quizlet.com/nl/301097222/pa-3-capitulo-1-voca-12-flash-cards/
vocab 1.3 https://quizlet.com/nl/422346573/pa3-capitulo-1-voca-13-flash-cards/
vocab 1.4 https://quizlet.com/nl/422346693/pa3-capitulo-1-voca-14-flash-cards/

Hacer: 
WB. p. 48 ej. 4AB

 

Slide 22 - Slide

Frases clave:
Frases clave E https://quizlet.com/nl/428351216/pa-3-capitulo-1-frases-clave-e-flash-cards/
Frases clave K https://quizlet.com/nl/429541767/pa-3-capitulo-1-frases-clave-k-flash-cards/

Hacer: 
WB. p. 49 ej. 5AB

Slide 23 - Slide

Blooket vocabulario (15 min)
Ga naar Blooket op je laptop. 
We gaan even ontspannen met een spelletje op Blooket waarbij je het vocabulaire leert.

Buena suerte!

Slide 24 - Slide

El examen: 
  1.  Luistervaardigheid
  2. leesvaardigheid
  3. Gramática: Grammatica bron D: TB: p.99 nr 16 (presente),  TB: p.100 nr 18 (presente perfecto) TB: p.104 nr 24 (wederkerende werkwoorden)  TB: p.104-105 nr. 25 (gustar, leer in ieder geval t/m ‘No nos gusta la paella’)  , Grammatica Bron J (imperativo = gebiedende wijs)
  4. Vocabulario: woordenlijst 1.1/1.4 van links naar rechts (maak gebruik van de Blooket), voorzetsels van opdracht 2 (woorden hiervan staan ook in de Blooket)
  5. frases clave:  bron E en K in beide richtingen 

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide