H10 Symmetrie

H10 Symmetrie
VMBO-Kader klas 1
1 / 34
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 34 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

H10 Symmetrie
VMBO-Kader klas 1

Slide 1 - Slide

Thuis werken aan H10
  • Thuis kunnen jullie gelukkig gewoon aan de slag met wiskunde, dus je hoeft je niet te vervelen!
  • Je gaat thuis een poster maken over hoofdstuk 10. 
  • Lees de studiewijzer goed door, daar staat alles op! 
  • In deze LessonUp staat extra uitleg over hoofdstuk 10. 


Succes! 

Slide 2 - Slide

Poster opdracht H10
Je maakt een poster waarop komt te staan: 
Voorkant: 
- Opdracht 1 t/m 5 (zie studiewijzer)
Achterkant: 
- Logboek
- Evaluatie
  

Slide 3 - Slide

Logboek
Schrijf elke 'les' (4 keer per week) achter op je poster: 
De datum en wat je hebt gedaan. 
Probeer het logboek elke thuisles bij te houden. 

Dit staat ook nog een keer uitgelegd op je studiewijzer. 

Slide 4 - Slide

10.1 Lijnsymmetrie
In de volgende dia`s wordt uitgelegd wat lijnsymmetrie is. 

Slide 5 - Slide

Lijnsymmetrie
Een figuur is lijnsymmetrisch of spiegelsymmetrisch als deze uit twee helften bestaat, die elkaars spiegelbeeld zijn.

De vouwlijn noemen we de symmetrieas.

Slide 6 - Slide

Spiegelbeeld
Spiegelbeeld: de linkerkant en de rechterkant van de vlinder zijn elkaars spiegelbeeld. 

Gebruik het spiegeltje als hulpmiddel. 

Slide 7 - Slide

Linker- en rechterhelft hetzelfde!
Of: Beide helften zijn elkaars spiegelbeeld.
Linker- en rechterhelft hetzelfde!
Of: Beide helften zijn elkaars spiegelbeeld.

Slide 8 - Slide

De vlinder is lijnsymmetrisch

Slide 9 - Slide

Een afbeelding kan ook méér dan één symmetrieas hebben

Slide 10 - Slide

Zoek de 6 symmetrie-assen:
Poster:
Teken symmetrieassen altijd met behulp van een liniaal. 

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Slide 13 - Slide

Poster opdracht: 
Maak opdracht 1 van de studiewijzer:
Teken zelf een mandala.
Jouw mandala moet lijn symmetrisch zijn. 
Maak hem niet te groot want hij moet op de poster passen.

Lastig? Zoek een filmpje op internet.  

Slide 14 - Slide

10.2 Symmetrie in vlakke figuren

Slide 15 - Slide

Symmetrie in vlakke figuren

Gelijkbenige en gelijkzijdige driehoeken zijn symmetrisch. 

Slide 16 - Slide

Gelijkbenige driehoek. 

   


Twee gelijke zijden 

DF = EF

Twee gelijke hoeken 

              

Lijnsymmetrisch

1 symmetrieas

D=E

Slide 17 - Slide

Gelijkzijdige driehoek
3 gelijke zijden

3 gelijke hoeken

3 symmetrie-assen






Slide 18 - Slide

Poster opdracht: 
Maak opdracht 2 van de studiewijzer:
  • Maak een symmetrisch figuur.  
  • Gebruik hiervoor knipblad 2 uit je werkboek. 
  • Van de uitgeknipte figuurtjes maak je
    1 symmetrisch figuur en deze plak je op jouw poster. 

Slide 19 - Slide

10.3 Spiegelen

Slide 20 - Slide

Hoe zie je eruit als je jouw gezicht spiegelt... 

Slide 21 - Slide

Poster opdracht: 
Maak opdracht 3 van de studiewijzer:
Geheimtaal...
Bedenk een wiskunde vraag, mop of verhaaltje voor je docent en schrijf deze in spiegelbeeld op. Gebruik hiervoor het spiegeltje uit je werkboek. 

Slide 22 - Slide

10.4 Draaisymmetrie

Slide 23 - Slide

Draaisymmetrie
Een figuur is draaisymmetrisch als je het rondom een draaipunt kunt draaien en het weer precies op zichzelf past.


Slide 24 - Slide

Draaisymmetrie

Slide 25 - Slide

Draaisymmetrie

Slide 26 - Slide

Draaisymmetrie
Kleinste draaihoek berekenen: 

360 : aantal hoeken

dus
360 : 5 = 72º

Slide 27 - Slide

De bloem is na 6 stapjes helemaal rond:
De kleinste draaihoek is 360 : 6 = 60 graden.

Het molentje is in 4 stapjes helemaal rond.
De kleinste draaihoek is 360 : 4 = 90 graden.

Slide 28 - Slide

Poster opdracht: 
Maak opdracht 4 van de studiewijzer:
Zoek op Internet 6 logo`s of verkeersborden die draaisymmetrisch zijn. 
Plak deze op jullie poster. 
Bereken wat de kleinste draaihoek is. 
Schrijf deze berekening erbij. 

Slide 29 - Slide

10.5 Schuifsymmetrie

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Video

Poster opdracht: 
Maak opdracht 5 van de studiewijzer:
Bedenk een eigen motief en patroon. 
Begin met het bedenken van een motief. 
Vervolgens ga je dit motief steeds herhalen en
maak je het patroon. 

Slide 32 - Slide

Poster opdracht
Je maakt  een poster waarop komt te staan: 
Voorkant: 
- Opdracht 1 t/m 5
Achterkant: 
- Logboek
- Evaluatie

Slide 33 - Slide

Evaluatie: 
Geef  antwoord op de volgende vragen en zorg dat deze vragen en antwoorden achterop je poster komen: 
- Wat vind ik van de opdracht? 
- Wat vind ik van onze poster?
- Hoe heb ik gewerkt? 
- Wat heb ik er van geleerd? 
- Welke tips heb ik voor de docent? 

Slide 34 - Slide