Wat is wiskunde?

• Wiskunde
• Basisschool
• Groep 8

Rekenen 08.50-09.50 uur

Dit ga je nu pakken:

- Je chrome book

- Je wisbordje en stift

- Een pen 

 

En dit zijn zoals altijd onze afspraken met elkaar

- Tijdens de uitleg van de meester zijn we stil.

- Als we mogen samenwerken  praten jullie zacht met elkaar, luisteren we naar elkaar en laten we elkaar uitpraten.

- We zijn aardig voor elkaar.

Op naar de brugklas

                                  

Nog 42 dagen

Dit ga je vandaag leren

- Je maakt kennis met wiskunde

- Je leert over punten, lijnen en lijnstukken

- Je herhaalt negatieve getallen

Wiskunde, waar denk je dan aan?

Waar denk je aan,
bij wiskunde?

Wiskunde

Welke spullen gebruik je
bij een wiskundeles?

1. Je leert over punten, lijnen en lijnstukken

Een lijnstuk heeft 2 eindpunten

Een lijn geen eindpunten

Een halve lijn heeft aan een kant een eindpunt

Sleep de juiste woorden naar de juiste onderdelen op de afbeelding. 

Lijn

Lijnstuk

Punt

Hoekpunt

Denk eens goed na: welk verschijnsel in de natuur is horizontaal?

Denk eens goed na: kun je een voorbeeld bedenken in je omgeving waar sprake is van een snijpunt?

Waar ligt punt C ?

A) Op (2,4)

B) Op (4,2)

Waar ligt punt C?

1. (2,4)
2. (4,2)

Uitleg

Altijd eerst de horizontale lijn aangeven dan de verticale lijn.

Vandaar horizontaal 2 verticaal 4 

2. Je herhalen negatieve getallen

Vandaag is het 5 graden Celsius. Morgen is het 7 graden kouder dan vandaag. Wat is dan morgen de temperatuur?

1. 7 - 5 = 2
2. 5 + 7 = 12
3. 5 - 7 = -2
4. 7 x 5 = 35

uitleg

5 graden buiten, morgen 7 graden kouder

dan kom je in een min getal terecht

5-5= 0 graden dan nog 2 graden kouder, 

het vriest -2

Getallenlijn

Vandaag is het 3 graden Celsius. Morgen is het 9 graden kouder. Wat is dan morgen de temperatuur?

1. -9
2. -6
3. 6
4. 12

Je hebt 15 Euro op de bank. Je pint 20 Euro. Hoeveel Euro sta je dan 'in de min' ?

1. 20 - 15 = -5
2. 20 - 15 = 5
3. 15 - 20 = 5
4. 15 - 20 = -5

uitleg

wanneer je meer geld van de bank haalt of uitgeeft dan je hebt noem je dat in de min staan of rood staan.

15 euro - 20 euro = 15 - 15= 0  en dan moet er nog 5 euro af

-5 euro op de bank.

Let op: voor in de min of rood staan betaal je een boete!

1. We maken groepjes van 4

2. De meester geeft de uitkomst van een som

2. Je bedenkt zelfstandig (ZONDER OVERLEG MET ANDEREN)  een som die hierbij kan horen

3. Je overlegt in je groepje welke som je het best vindt

4. Elke groepje mag dan de beste som 

1. De meester maakt nu groepjes van 4 en geeft elk kind een nummer (van 1 t/m 4).

2. Onthoud je nummer of schrijf het op je wisbordje.

3. De meester geeft de uitkomst van een som, bv.  Euro - 3

3. Je maakt zelfstandig (zonder overleg met anderen) een opgave die hoort bij de uitkomst, bv. ik koop een broek van Euro 6, maar heb maar Euro 3 op de bank.

4. Je krijgt hier 3 minuten voor, let op het signaal!

5. Zodra je een som hebt bedacht ga je staan. Wanneer alle kinderen uit je groepje staan bespreken jullie in je groepje welke som jullie uitkiezen omdat jullie die het leukst of best vinden. Zodra jullie dit samen besloten hebben gaan jullie zitten. 

6. De meester roept een letter van het groepje en een nummer. Als jij jouw nummer hoort vertel je de opgave die jullie in je groepje hebben bedacht aan de gehele klas. 

Uitkomst som: Oei, ik heb Euro XX te weinig in mijn portemonnaie.

Je bedenkt zelfstandig in 3 minuten een som die deze uitkomst heeft.

Daarna kies je samen in je groepje wie de beste som heeft bedacht.

De meester kiest wie uit welk groepje de som mag vertellen.

Brrr. wat is het koud. - 7C°

3. Je leert over machten en exponenten.

3​2​​

3​2​​

Hier staat 3 tot de macht 2. 

Het getal 3 is het grondtal. 

Het getal 2 is de macht of exponent. 

3​2​​

= 3 x 3 = 9

4​2​​

= 4 x 4 = 16

5​2​​

= 5 x 5 = 25

Vul alleen het eindantwoord in.

6​2​​=

Vul alleen het eindantwoord in.

8​2​​=

2​3​​=

1. 2 x 3 = 6
2. 2 x 2 x 2 = 8
3. 3 x 3 = 9
4. 2 x 2 x 2 = 6

4​3​​=

1. 4 x 4 x 4 = 16
2. 4 x 3 = 12
3. 4 x 4 x 4 = 64
4. 4 + 3 = 7

4. Een som met plaatjes. In de wiskunde heet dit:

Het oplossen van een vergelijking. 

Jouw antwoord op
potlood x geodriehoek x passer =

Test jezelf! 

Denk goed na en schrijf het antwoord op je wisbordje

Is A-B een lijn of lijnstuk?

BRRR.. koud

Vandaag is het in New York 2 graden Celcius. Vorig jaar was het 13 graden Celius kouder. Hou koud was het vorig jaar?

Jullie maken nu zelfstandig tot 09.45 uur:

- het werkblad met de sommen  1 t/m 10

- de plussers maken de sommen 1 t/m 6 en vragen daarna aan de meester uitleg over oplossen van vergelijkingen 

Als jullie klaar zijn met de opgaven kun je  ook de "breinbrekers" proberen op te lossen

-  je werkt zelfstandig maar je mag zachtjes overleggen met je maatje

- wil je extra uitleg? Kom naar de instructietafel

- ben je klaar? ga verder met je eigen taken uit de wereld in getallen

Noem 2 dingen die je hebt geleerd

Noem 1 ding wat je nog wil leren over wiskunde

Stel 1 vraag die je nog beantwoord wil hebben

Einde van een korte introductie op wiskunde.